LET OP: Dit topic is meer dan drie jaar geleden geplaatst. De informatie is mogelijk verouderd.

[ archief ] Wie heeft welke vergunning nodig?

Hier kan je discussiëren over de onderwerpen rondom Legio Lease.
JH
Berichten: 2919
Lid geworden op: 30 aug 2003 14:37

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door JH »


Pieter
Berichten: 1874
Lid geworden op: 02 jul 2003 20:06
Contacteer:

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Pieter »

Koppelverkoop element in effecten lease overeenkomsten, Verplichte lening tegen verplichte aankoop van vastgestelde effecten.
Geplaatst op: 06 Jun 2006 01:51 door Okerene
Onderwerp: Is de AFM de onafhankelijke deskundige voor het onderzoek?

(6.) Niet alleen het verzaken van de zorgplicht door de aandelenleaseaanbieders met honorering van de buitengerechtelijke vernietiging door echtgenoten (schriftelijke toestemming vormvereiste) en ambtshalve vernietiging door zonder de wettelijke WCK-vergunning (overtreding van art.9 Wck) kredieten te verstrekken, maar ook de “koppelverkoop” (Art.33 WCK), in de contracten nauwelijks herkenbaar terug te vinden en duiden op ambtshalve vernietiging, moet aanleiding zijn tot meeweging of de Algemeen Verbindend Verklaring van de Duisenberg-Regeling wel redelijk te noemen is. Zaken waar het toezicht, niet alleen van de AFM (voorheen STE) maar ook van DNB, Economische en Financiële Zaken, schromelijk tekort in is geschoten.

6. LJN: AX2257, Rechtbank Zwolle, 108815 / HA ZA 05-622 Datum uitspraak: 12-04-2006 Datum publicatie: 17-05-2006 Inhoudsindicatie: Aandelenlease. Naar voorlopig oordeel is op Sprintplan van Spaarbeleg de WCK van toepassing. Partijen krijgen gelegenheid te reageren op dit voorlopig oordeel. http://zoeken.rechtspraak.nl/zoeken/dtl ... ljn=AX2257
(…) Voorts is er sprake van nietigheid indien het zou gaan om een overeenkomst zoals omschreven in artikel 33 WCK. Meer in het bijzonder is ingevolge artikel 33 sub e WCK nietig de overeenkomst waarin wordt afgeweken van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 34 tot en met 46, met uitzondering van een afwijking als bedoeld in artikel 42 lid 5 WCK. Op de nietigheid dient ambtshalve acht te worden geslagen. (…)

"Het leasen van effecten; over hoogmoed en de val" door Mr. S.B. van Baalen. (Universitair docent aan de rechtenfaculteit van de Rijksuniversiteit Groningen, bezig met het schrijven van een proefschrift over de civielrechtelijke aansprakelijkheid van effecteninstellingen wegens schending van zorgplichten). Bron: Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie http://www.platformaandelenlease.nl/Doc ... ndelen.htm
(….) De uitzondering uit art. 4 Wck gaat voor deze effectenlease producten in mijn ogen dan ook niet op. Op basis van het bovenstaande is het niet ondenkbaar dat de Wck van toepassing is. Wat zijn de gevolgen van eventuele toepasselijkheid? De rechtbank Arnhem stelt apodictisch dat het effectenlease product in haar voorlopige oordeel ambtshalve nietig is. Dit oordeel zal zien op het niet voldoen aan bepaalde vormvoorschriften Uit de Wck die met nietigheid worden bedreigd.52 Mij is niet geheel duidelijk op welke nietigheidsgrond de rechtbank het oog heeft. Mogelijk gaat het om het geval zoals bestreken door art. 33 sub b Wck. Daar wordt de kredietovereenkomst nietig geacht voorzover daarbij de kredietnemer, zich verplicht tot het aangaan van een andere overeenkomst (koppelverkoop). 53 Op die grond dreigt inderdaad nietigheid voor effectenlease overeenkomsten, immers er wordt slechts krediet verleend met het oog op de gelijktijdig gesloten overeenkomst van opdracht en lastgeving waarbij de aanbieder voor rekening en risico van de belegger gelden belegt in effecten (effectenovereenkomst). (….)

N.B.In het zojuist verschenen artikel van Wieringa Advocaten door Jonathan Barth wijst ook hij op deze mogelijke vernietigingsgrond vanwege art. 33 van de WCK voor [alle] aandelenleasecontracten. “Het maakt dan niet meer uit of deze zijn gesloten met Dexia (zonder vegunning) of met Aegon, Fortis of Defam (met vergunning). Een oordeel over deze stelling hebben wij echter nog niet in gepubliceerde rechtspraak teruggevonden.”

AFM waarschuwt tegen koppelverkoop 6-3-2003 http://www.afm.nl/marktpartijen/default ... entId=2473
(…)Kredietgevers kunnen en mogen consumenten verplichten om bij het aangaan van een lening eveneens een andere overeenkomst af te sluiten, maar dan moet deze verplichting vooraf duidelijk worden gemaakt. Ook moet de consument uitdrukkelijk het recht hebben zelf te bepalen met welke partij deze verplichte overeenkomst wordt aangegaan. Dit gebeurt echter vaak niet. Wanneer dit recht niet uitdrukkelijk aan de consument is toegekend, handelt de kredietgever in strijd met de Wet op het consumentenkrediet (Wck). De consument kan zich in dat geval beroepen op de ongeldigheid van de verplicht afgesloten extra overeenkomst.(…)
Met vriendelijke groet,
Pieter Hezemans
Vereniging Payback

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

De effecten voor de aandelenleasecontractanten zijn niet op wettige wijze GELEVERD.

Tros RADAR schenkt vanavond 28 aug 2006 om 20.00 uur op NED 2 weer aandacht aan de aandelenlease affaire en gaat o.m. in op het door de rechter gelaste onderzoek bij Dexia door de AFM naar de toedracht van de aan-en verkoop van aandelen bij aandelenlease.

Nu weten we eigelijk al dat de effecten – zo zij al op een correcte manier zijn verkregen – niet op de wettelijke voorgeschreven wijze aan de aandelenleasers op naam zijn geleverd. In de contracten hebben zij zich hiertoe gebonden aan naleving van artikel 17 van de Wet op het girale effectenverkeer (Wge). Daarbij komt dat dit een dwingend rechtsartikel is. Dit dient niet verward te worden met verkrijging in eigendom van effecten middels opschortende voorwaarde i.v.m. de verschuldigde algehele (af)betaling. Het eigendom gaat na voldoening van alle verplichtingen uit de overeenkomst automatisch en van rechtswege over. Dexia en/of haar voorgangers zijn door niet nakoming van de verbintenissen uit de overeenkomsten (het niet op juiste wijze leveren en kennisgeving bijschrijving van effecten) schromelijk tekort geschoten. Dit valt onder het plegen van een onrechtmatige daad. (Zie hierover meer in de besproken DSI hoger beroeps uitspraak).

Er zal beslist meer jurisprudentie hierover vrijkomen. De rechtbank heeft naar de juiste levering van effecten in de aandelenleasezaken al in eerder stadium op gewezen bij de behandeling van de vraag of de aandelenleasezaken wel of niet onder huurkoop valt. Hij verwees ambtshalve naar de kantonrechter omdat dit wel het geval was. (LJN: AO3255). (Ook andere rechters verwijzen naar verschillende oudere Kamerstukken en het zou goed zijn dat degenen die aan deze stukken kan komen dit even meld).

Omdat we nog geen link kunnen plaatsen naar de complete Parlementaire behandeling over de Wge geef ik hieronder alvast het juridische commentaar uit het boekje Wge. Het boekje is door uzelf ook aan te schaffen en zal in de betere gespecialiseerde advocatenkantoren al gebruikt worden.

Wet giraal effectenverkeer : wet van 8 juni 1977, Stb. 1977, 333, houdende bepalingen betreffende het giraal effectenverkeer. - 3e dr., bijgew. tot 1 juli 2003 / bew. door J.L.S.M. Hillen. - Deventer : Kluwer, 2003. - 152 p.: ill. ; 19 cm. - (Nederlandse wetgeving : editie Schuurman & Jordens ; 169)
1e dr. bew. door A.J. Kronenberg: Zwolle : W.E.J. Tjeenk Willink, 1978. - (Nederlandse staatswetten : editie Schuurman & Jordens ; 169). - Met reg. ISBN 90-13-00122-X http://www.kluwershop.nl/details.asp?pr=7318

De volgende gegevens hieruit zijn inmiddels ook al bij de AFM bekend gemaakt (G.P. Overdevest hoofd van Illegale Financiële Activiteiten – i.v.m klacht van W. R, die overigens ook bij de NIVRA bezwaar maakt over het achterhouden van de naam van de accountant die de jaarrekening bij Dexia gecontroleerd heeft)
Art. 17 Wge
Levering van een aandeel in een verzameldepot geschiedt door bijschrijving op naam van de verkrijger in het daartoe bestemde deel van de administratie van de aangesloten instelling.

Parlementaire behandeling

- 'Aan dit artikel ligt de gedachte ten grondslag dat BIJSCHRIJVING hier DE ENIGE LEVERINGSVORM dient te zijn. Andere leveringsvormen zouden veelal neerkomen op bezitsverschaffing door mondelinge wilsovereenstemming. De daaraan verbonden complicaties, zoals bewijsmoeilijkheden, worden afgesneden door de bijschrijving als enige leveringsvorm te erkennen.

De levering geschiedt door bijschrijving op naam van de verkrijger. De levering is dus voltooid op het moment van de bijschrijving, niet eerst op het moment dat de verkrijger van de bijschrijving kennis krijgt. De in dit artikel gebezigde term "levering is in overeenstemming met de terminologie van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, waarbij verwezen kan worden naar artikel 3.4.2.2., lid 1(thans 3:84 BW). Het gaat in dit artikel 17 (Wge) om de formele handeling die nodig is voor de overdracht van het aandeel in het verzameldepot. De overige eisen die aan een geldige overdracht gesteld kunnen worden komen in deze bepaling niet aan de orde. Alleen bijschrijving in dat deel van de administratie dat is bestemd voor boekingen betreffende de rechten van cliënten op het verzameldepot, geldt als levering(...). Iedere aantekening die als bijschrijving kan worden opgevat en tot het voormelde deel van de administratie kan worden geregeld, behoort voldoende te zijn.

Een aangesloten instelling zal veelal behalve bewaarder ook commissionair zijn en als zodanig voor rekening van cliënten effecten kopen. Uit dergelijke transacties ontstaan leveringsaanspraken van de desbetreffende cliënten, welke - zolang nog geen levering is gevolgd - slechts een verbintenisrechtelijke positie hebben. Een zakelijk rechtelijke positie verkrijgen zij eerst als aan hen een aandeel in het verzameldepot is geleverd. Dit onderscheid zal tot uitdrukking moeten komen in de administratie.

Art. 25. - 1. Wge
Een aangesloten instelling is verplicht van een door haar verrichte bijschrijving terstond een kennisgeving te zenden aan degene op wiens naam de bijschrijving heeft plaatsgevonden.

Art. 25. - 2. Wge
Van het voorgaande lid kan niet bij overeenkomst worden afgeweken.

Parlementaire behandeling

- 'Het is van belang dat de cliënt, wiens rechtspositie afhangt van de bijschrijving, daarvan een BEWIJSSTUK ONTVANGT. Dit geldt voor alle bijschrijvingen, dus ook voor bijschrijvingen die een gevolg zijn van de uitvoering van een aankooporder. Aangezien aankoop en levering normaliter niet gelijktijdig plaatsvinden, zal op het gebruikelijke bericht dat voor rekening van de cliënt effecten zijn gekocht, dus nagenoeg altijd nog een kennisgeving van bijschrijving moeten volgen. Pas dan weet de cliënt dat hij gerechtigd is geworden in het verzameldepot. Bovendien schept de verplichting om in dergelijke gevallen een kennisgeving van bijschrijvingen te verzenden, een zekere mogelijkheid van CONTROLE VAN DE ZIJDE VAN DE CLIENT op de afwikkeling van de transactie. De verplichting tot het zenden van een kennisgeving van bijschrijving is in het eerste artikel neergelegd.

De met deze bepaling beoogde bescherming van de effectencliënt zal alleen worden gerealiseerd als de bepaling DWINGEND RECHT is. Zou met een bepaling van een aanvullend recht worden volstaan, dan valt te verwachten dat daarvan in de praktijk zal worden afgeweken, In het bijzonder in de algemene voorwaarden van de instellingen. Daarom bepaalt het tweede lid dat de VERPLICHTING TOT HET ZENDEN VAN EEN KENNISGEVING NIET KAN WORDEN WEGGECONTRACTEERD.
STEMRECHT OP AANDELEN UIT UW LEASECONTRACT UITGEOEFEND DOOR VEB?

Toch blijf ik nog steeds gek vinden dat de VEB zich niet over de aan- en verkoop van de effecten voor de aandelenlease-overeenkomsten uitlaat. De VEB weet als geen ander hoe deze transacties in het verleden (zouden) zijn verlopen aangezien deze Vereniging van Effectenbezitters over deze aankopen op één of andere wijze kennelijk stemrecht verkregen had. Dit is terug te vinden in de Legio Nieuws uitgaven van Legio Lease, dat een paar keer per jaar verscheen . In 1997 zat het gele VEB Verenigingsnieuws in de Legio Nieuwsuitgaven geniet met als titel:

VEB Verenigingsnieuws

Het voorwoord is van onze bekende Drs. P.P.F.de Vries
Op de laatste bladzijde telkens een omkaderde kolom met de titel:
"Verenigingsnieuws

Legio-Lease is ten behoeve van haar klanten lid van de Vereniging van Effectenbezitters (VEB), die de belangen behartigt van de Nederlandse effectenbezitter.

De VEB verzorgt in dat kader dit katern in Legio Nieuws
en oefent het stemrecht in aandeelhoudersvergaderingen uit op de aandelen, die Legio-Lease namens haar klanten houdt.

Daarnaast kunnen klanten van Legio-Lease VEB-producten bestellen en deelnemen aan de cursus Omgaan met Effecten (zie verdere informatie elders op deze pagina), tegen de VEB-ledenprijs.

Inhoudelijke vragen kunnen slechts schriftelijk worden gesteld en wel via Legio-Lease, die na ontvangst en controle of de afzender inderdaad klant is de brief aan de VEB doorsturen.
U krijgt dan van deVEB rechtstreeks antwoord.

Voor de goede orde: de VEB geeft geen beleggingsadviezen."
Kennelijk willen zij hierover niet meer praten. Het zal hooguit door bijvoorbeeld een rechter eruit getrokken moeten worden. Ik denk dat zij meer weten! Zij hebben er bovenop gezeten.

Overigens als de VEB daadwerkelijk (zoals gesuggereerd namens de lessees?) stemrecht heeft uitgeoefend, heeft de VEB dan soms ongewild meegewerkt (misschien wel met de VEB-bottomline) aan verkeerde registratie van de aandelen? http://www.platformaandelenlease.nl/Doc ... Legiob.htm

Het wordt tijd dat de VEB hierin volledige uitleg geeft. Of is de VEB al eerder achter de onvolkomenheden gekomen? Heeft men zich wel gehouden aan wettige regels als de Wge? Vanaf 1998 was de katern van de VEB uit de Legio Nieuws verdwenen. Toevallig? In dat jaar werd Legio Lease kennelijk door de STE op de vingers getikt en moesten de contracten (als goed nieuws voor de cliënten) geoptimaliseerd worden. (zie brief van Legio Lease 23 april 1998 Optimalisering cliëntenbescherming http://www.platformaandelenlease.nl/Documenten/opti.htm )

In deze brief wordt ook het e.e.a. geschreven over de registratie van de aandelen.
"… Teneinde te bewerkstelligen dat uw rechten met betrekking tot de door u geleaste effecten onder alle omstandigheden -een eventueel faillissement van Legio-Lease en/of Bank Labouchere daaronder begrepen- adequaat gewaarbord zijn, heeft Legio-Lease, in samenwerking met Bank Labouchere en na overleg met de Stichting Toezicht Effectenverkeer [STE], voorzien in een samenstel van maatregelen gericht op een verdere bescherming van uw juridische positie.

In de eerste plaats zullen de door u geleaste effecten voorwaardelijk aan u worden overgedragen. Dit geschiedt doordat de effecten op uw naam worden bijgeschreven in de depotadministratie van Bank Labouchere, zulks ter uitvoering van de in de overeenkomst vervatte verplichting van Legio-Lease de effecten voorwaardelijk aan u over te dragen onder de opschortende voorwaarde dat u aan al uw verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst heeft voldaan. Deze bijschrijving brengt mee dat Legio-Lease weliswaar eigendom van de effecten behoudt zolang deze voorwaarde niet is vervuld, maar dat u automatisch eigenaar wordt zodra dat wel het geval is. Zolang de voorwaarde niet is vervuld mag u uiteraard niet over de effecten beschikken

In de tweede plaats zal op de door u geleaste effecten een eerste pandrecht te uwen gunste worden gevestigd. Dit geschiedt door bijschrijving van dit pandrecht op uw naam in de depotadministratie van Bank Labouchere. enz. enz.”
De contracten waren dus toen al verkeerd en het één en ander moest dus kennelijk wettelijk beter worden geregeld. (Ook de stroom van dividendgelden over het vermogen van Legio Lease/Bank Labouchere)

Hoe kon uitoefening van stemrecht door de VEB zonder medeweten en/of mededeling hierover aan de lessees toen mogelijk zijn? Er schijnt geen werkelijke verandering in de aankoop van de effecten te hebben plaatsgevonden nu men beweerd deze in ‘bulkpartijen’ te hebben aangeschaft en niet op de wettelijk voorgeschreven manier op naam van de cliënt zijn bijgeschreven waarover bericht (bewijs) moet worden gedaan. VEB kom op. Het moet met jullie medewerking ook gemakkelijker te bewijzen zijn op welke wijze alle aandelen uit de leasecontracten zijn verworven en/of wat er met de contracten (nadien) is gebeurd. Niemand heeft van deze wettelijke bijschrijving volgens art. 17 Wge op naam van de cliënt als enige leveringsvorm een afschrift gekregen, ook niet van de dividendgelden. (art. 25 Wge) Het gaat in dit artikel 17 om de formele handeling die nodig is voor de overdracht van het aandeel in het verzameldepot van de bank.

We zullen vanavond zien of en hoe in de Tros RADAR-uitzending deze zaken worden behandeld. Ik ben erg benieuwd. U toch ook? Kijken dus.

Met vriendelijke groet,

Okerene


Noot: Ik wil de redactie van Tros RADAR complimenteren met de wijze waarop in de uitzending opnieuw uitvoerig aandacht is besteed aan het aandelenleasedrama. Het punt over de verplichting waarop de aandelen uit de contracten geadministreerd dienen te worden overeenkomstig wet en contract is eveneens goed uit de verf gekomen. Dat dhr Knuppe aangeeft ervan niet op de hoogte te zijn dat in de bij het leasecontract behorende “Bijzondere voorwaarden effecten lease” is aangegeven dat "genoemde waarden onverwijld na verkrijging ervan door Legio-Lease ten name van lessee worden bijgeschreven in de administratie van Bank Labouchere, overeenkomstig artikel 17 van de Wge...." geeft toch te denken.

Aan deze uitspraak heb ik dan ook ernstige twijfel over zijn oprechtheid in deze. Zeker nu hij als topadvocaat "de kleine lettertjes" echt wel kent.

Nog erger is het slappe verhaal van de AFM en zet opnieuw grote vraagtekens hoe adequaat zij hun opdracht van het Gerechtshof zullen uitvoeren. Gelet moet worden op niet alleen de aan- en verkoop van de aandelen maar vooral op de wijze waarop. Hoe en of zij dit volgens wettelijk voorschriften geadministreerd en aan de klant hebben gemeld.

Nogmaals bedankt. Voor de inbreng en betrokkenheid wil ik vooral Willy R. en andere medegedupeerden bedanken. Het is materiaal dat alle hulpverleners zeker op prijs zullen stellen. Laat het in ieder geval ook aan jouw advocaat weten wat er nu speelt. (In een posting hieronder meer)



Inmiddels zijn de officiële Kamerstukken door spaarvarken boven water gehaald, waarvoor dank. Deze belangrijke informatie geeft een sterke ondersteuning van hetgeen hierover al verteld is en zal de link bij de betreffende artikelen plaatsen.

Ook onderstaande zinsnede geeft aan dat er een goede boekhouding van de in een depot bewaarde aandelen voor de leaseklanten (data/fonds/aantallen/e.d. op naam cliënt) moet worden gevoerd.

Ook in het girale systeem zal naast een aankoopboekhouding een depot-boekhouding moeten worden gevoerd: deze laatste geeft aan voor welke cliënten de tot een verzameldepot behorende effecten worden bewaard.
Klasse. Ik weet dat spaarvarken er een hele klus aan heeft gehad dit voor ons te regelen. Dexia kan er niet onderuit. Mitst zij een of andere ontheffing van de minister kunnen laten zien. (Dit lijkt mij overigens niet van toepassing te zijn.)

De overeenkomsten zijn nietig volgens de parlementaire geschiedenis.
Kamerstukken 2 1975/1976, 13 780, MvT pagina 40 *nrs. 1-4:
kamerstukken.1975-1976.13780.nr.1-4.pdf (grootte: 2.99 MB)

MvT pg 40
Artikel 25 [Wge]

Het is van belang dat de cliënt, wiens rechtspositie afhangt van de bijschrijving, daarvan een bewijsstuk ontvangt. Dit geldt voor alle bijschrijvingen, dus ook voor bijschrijvingen die een gevolg zijn van de uitvoering van een aankooporder. Aangezien aankoop en levering normaliter niet gelijktijdig plaatsvinden, zal op het gebruikelijke bericht dat voor rekening van de cliënt effecten zijn gekocht, dus nagenoeg altijd nog een kennisgeving van bijschrijving moeten volgen. Pas dan weet de cliënt dat hij gerechtigd is geworden in het verzameldepot of kan hij zo nodig een beroep doen op de artikelen 18 en 19, tweede lid. Bovendien schept de verplichting om in dergelijke gevallen een kennisgeving van bijschrijven te verzenden, een zekere mogelijkheid van controle van de zijde van de cliënt op de afwikkeling van de transactie.

De verplichting tot het zenden van een kennisgeving van bijschrijving is in het eerste lid van dit artikel neergelegd. De met deze bepaling beoogde bescherming van de effectencliënt zal alleen worden gerealiseerd als de bepaling dwingend recht is. Zou met een bepaling van aanvullend recht worden volstaan, dan valt te verwachten dat daarvan in de praktijk zal worden afgeweken, in het bijzonder in de algemene voorwaarden van de instellingen. Daarom bepaalt het tweede lid dat de verplichting tot het zenden van een kennisgeving niet kan worden weggecontracteerd.

In het derde lid is de mogelijkheid van een vrijstelling van de kennisgevingspiicht opgenomen voor bepaalde fondsensoorten. Te denken valt bij voorbeeld aan claims en stockdividenden: de desbetreffende dividendbewijzen zijn door de uitgevende instelling meestal voor een korte periode aangewezen om tegen inlevering van die dividendbewijzen en zo nodig tegen betaling van een geldbedrag nieuwe effecten te verkrijgen; van de bijschrijving van die nieuwe effecten ontvangt de cliënt uiteraard wel een kennisgeving van bijschrijving.

Vrijstelling kan worden verleend door of namens de Minister van Financiën. Het zal dus mogelijk zijn dat de Minister bij voorbeeld het centraal instituut.
Laatst gewijzigd door Okerene op 02 okt 2006 00:42, 3 keer totaal gewijzigd.

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Contractueel is Dexia gehouden tot aankoop van de aandelen op de Amsterdam Exchanges (AEX).

De teksten in reclames, brochures, fiscale opinie, brieven en het leasecontract van de leaseaanbieder(s) moeten u in ieder geval de indruk geven dat de te verleasen aandelen op de Amsterdamse beurs (AEX) worden aangekocht. Stuk voor stuk betrouwbare en vooraanstaande hoofdfondsen aan de Amsterdam Exchanges (Beursplein 5).

- In de “fiscale opinie”, van Bruinzeel+van der graaf belastingadviseurs die door Legio-Lease was geconsulteerd, werd uitgelegd:
“[…] In het kort komt de “WinstverDrieDubbelaar” erop neer dat Legio-Lease op naam en rekening en risico van de deelnemers een pakket aandelen koopt op de Amsterdam Exchanges, alsmede een optiecombinatie. […]”
- Onder het kopje “Leasecontract” in de brochure van b.v. de WinstVerDriedubbelaar staat o.a.letterlijk:
“Binnen een week na uw aanmelding koopt Legio-Lease uw eerste pakket aandelen op de Amsterdam Exchanges. Tegelijkertijd wordt het bijbehorende kooprecht en –plicht voor uw tweede en derde aandelenpakket voor u verzorgd. Daarna ontvangt u uw leasecontract op basis van de exacte aankoopkoersen ter ondertekening.”
- In de begeleidende brief bij dit contract staat:
“[…] Gefeliciteerd met uw besluit om deel te nemen aan de Legio-Lease WinstVerDrieDubbelaar. Op [xx-xx-xxxx] hebben we voor u op de Amsterdam Exchanges voor [xxxx,xx] aandelen ABN AMRO, Ahold en ING aangekocht. Volgend jaar doen we dat opnieuw en over twee jaar voor de derde keer. ………….. En steeds tegen dezelfde koers als nu ! Als we uw aandelen over drie jaar weer verkopen is uw resultaat dus verdriedubbeld. In de lease-overeenkomst staan o.a. de exacte aantallen en aankoopkoersen per fonds vermeld. […]”
- Op het “leasecontract” zelf (WINSTVERDRIEDUBBELAAR LEASE-OVEREENKOMST) staan deze aankopen dan ook vermeld onder het kopje “beurs:” Amsterdam Exchanges N.V. “gevestigd te:” Amsterdam. Gevolgd door de aankoop/valutadatum en omschrijving van de aankopen.

- In de bijbehorende “Bijzondere voorwaarden effecten lease” is de huurkoop geregeld en wordt er een voorwaardelijke overdracht van de aandelen overeengekomen. Van belang hierin is onder meer:
[Artikel 2 ][..] "Teneinde te bewerkstelligen dat lessee alsdan van rechtswege eigenaar van de waarden wordt."
[...]
"Deze voorwaardelijke overdracht geschiedt doordat genoemde waarden onverwijld na verkrijging ervan door Legio-Lease ten name van lessee worden bijgeschreven in de administratie van Bank Labouchere, overeenkomstig artikel 17 van de Wge. [Wet giraal effektenverkeer][…]”
- Onde meer ter meerdere zekerheid over de aandelen en bijbehorende rechten is nog aan lessee een eerste pandrecht verleend op de waarden in het verzameldepot. In artikel 15 kunnen we lezen:
[Artikel 15] "Legio-Lease verleent lessee een eerste pandrecht op de waarden als bedoeld in de Wge betreffende in de overeenkomst genoemde waarden. Dit pandrecht wordt onverwijld na de verkrijging door Legio-Lease van de waarden gevestigd door bijschrijving in de administratie van Bank Labouchere overeenkomstig artikel 20 lid 1 van de Wge. [Wet giraal effektenverkeer][…]”
Duidelijk is hiermee vast komen te staan, dat Dexia als rechtsopvolger van Bank Labouchere en Legio-Lease contractueel is gehouden tot aankoop van de aandelen op de Amsterdam Exchanges (AEX) en “de waarden” op naam van de klant moeten zijn bijgeschreven in het verzameldepot van de Bank volgens de wettige regelgeving uit de Wet giraal effectenverkeer (Wge).


Met vriendelijke groet,

Okerene :wink:



Wet van 8 juni 1977, houdende bepalingen betreffende het giraal effectenverkeer
(Tekst geldend op: 18-09-2003; bron: www.wetten.nl)

Artikel 17 (Wge)
Levering van een aandeel in een verzameldepot geschiedt door bijschrijving op naam van de verkrijger in het daartoe bestemde deel van de administratie van de aangesloten instelling.

Artikel 20 (Wge)
1. Vestiging van een pandrecht op een aandeel in een verzameldepot ten behoeve van een ander dan de aangesloten instelling geschiedt door bijschrijving ten name van de pandhouder in de administratie van de instelling.

Pikant detail is wel dat wijlen De Minister van Financiën, W. F. Duisenberg samen met De Minister van Justitie, Van Agt aan de wieg hebben gestaan bij de totstandkoming van de Wet giraal effectenverkeer (Wge)
Wet giraal effectenverkeer (Wge)

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

De constructie aandelenlease is bedoeld om consumenten te laten beleggen met geleend geld.

Onvermelde geldlening bij aandelenlease.
In de praktijk blijkt echter dat de aanbieders van deze producten ontzettend hun best hebben gedaan de daarmee verbonden lening te versluieren. Omdat o.m. de uitdrukking ‘spaarleasen’en ‘inleg’ werd gebruikt dacht men vaak op een attractieve manier te sparen. De klant leende daarom vaak ongemerkt geld bij de bank. Het geleende geld wordt door de bank voor de contractant belegd in aandelen van een beperkt aantal beursfondsen, zoals Wolters Kluwer, ABN Amro, Ahold en KPN. Het uitgangspunt is dat de aandelen in waarde zullen stijgen. Aan het einde van de contractuele looptijd heeft de klant de keuze om het contract te verlengen, de schuld bij de bank af te lossen en de aandelen zelf te houden, of de aandelen te verkopen en met de verkoopopbrengst de schuld bij de bank af te lossen. Dat laatste blijkt bij afloop het meest gekozen te zijn.

De beurskoersen zouden gedurende de looptijd wel blijven stijgen.
Men gaat er bij deze contructie van uit dat de beurskoersen van deze fondsen gedurende de looptijd dermate zullen stijgen, dat de klant met gemak het geleende bedrag en de daarover verschuldigde rente bij de bank kan aflossen. Het verschil tussen de verkoopopbrengst van de aandelen en het verschuldigde bedrag aan de bank is dan winst voor de klant. Helaas liep het in werkelijkheid minder goed. De beurskoersen kelderden.

Weerstand tegen bijbetalen bij afloop.
Een door de aanbieder opgenomen maar voor de klant minder gunstige bepaling in de overeenkomst was dat hij in geval van een daling van de waarde van de aandelen moest bijbetalen. Veel klanten van Dexia c.s. werden zo met forse schulden opgezadeld. Met alle gevolgen van dien. Het Rapport van de AFM van oktober 2002 toont aan dat ongeveer 700.000 aandelenleasecontracten zijn afgesloten (ongeveer 6% van de gezinnen had in 2001 één of meer contracten), met een totale omvang van ongeveer € 6,5 miljard. Het meeste van dit geld zou door de beursdaling ‘verdampt’zijn. Hier hadden de contractanten niet op gerekend en was men hiervoor niet voor gewaarschuwd. Ook blijkt de wijze waarop de contracten tot stand zijn gekomen niet goed te zijn verlopen. Dexia en andere aandelenleaseaanbieders hebben bij het aanbieden van de aandelenleaseproducten de zorgplicht niet in acht genomen. Zou er verkeerd zijn gehandeld en de producten zonder Wck-vergunning illegaal verkocht zijn. Gedupeerden bieden terecht weerstand tegen bijbetaling van restschuld en willen hun inleg terug.

Verzwegen risico's.
Bovendien voelen velen zich misleid. Men was niet in voldoende mate op de hoogte gebracht, dan wel gewaarschuwd voor de aan aandelenlease verbonden risico's. Daarbij is bekend geworden dat er van agressieve verkoopmethoden en misleidende informatie bij het aanbieden van aandelenleaseproducten gebruik is gemaakt. Zij eisen daarom massaal hun geld terug. Het heeft dan ook ingrijpende maatschappelijke gevolgen voor de grote groep benadeelden met soms enorme financiële stroppen.

Verwarring door vreemde uitlatingen van rechters
Vele rechtszaken zijn er het gevolg van waarbij sommige rechters zich ook vreemd uitlaten over de toepassing van de wet. Zie als leek daar de weg maar eens bij (terug) te vinden. Voor de beoordeling of de contracten juist zijn opgesteld en uitgevoerd is een goed overzicht van de belangrijkste kenmerken noodzakelijk. Wat zijn de wettelijk voorgeschreven rechten en verplichtingen?
http://wetboek.net/nl/index.html
BW Artikel 7A> http://wetboek.net/nl/BW7a.html

De (af)betalingsregeling valt onder HUURKOOP
Het contract bevat een betalingsregeling, op grond waarvan de klant de bank het geleende bedrag en de daarover verschuldigde rente terug moet betalen. Deze (maand)bedragen werden de inleg genoemd. De gebruikelijke looptijd van de aandelenlease-overeenkomst is 3 jaar. Gedurende deze periode dient de klant maandelijks een vast bedrag en aan het einde van de contractuele looptijd een restantbedrag aan de bank te betalen. Ook kon het totaal te betalen “in te leggen bedrag” vooruitbetaald worden, maar dat wordt toch contractueel en wettelijk als huurkoop en als een afbetalingsregeling beschouwd.

Niet direct juridisch maar wel economisch eigenaar door eigendomsvoorbehoud

Kenmerkend voor aandelenlease is dat de klant niet onmiddellijk (juridisch) eigenaar wordt van de aandelen waarin belegd wordt. De overeenkomst behelst een eigendomsvoorbehoud. De bank behoudt zich de eigendom voor tot op het moment dat de klant alle verplichtingen jegens de bank is nagekomen. Op het moment dat aan deze opschortende voorwaarde wordt voldaan, gaat de eigendom van rechtswege over op de klant. (Art. 5 van de aandelenleaseovereenkomst spreekt van 'automatisch en van rechtswege eigenaar worden'. Zie ook art. 2 Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease.)
Deze voorwaardelijke overdracht en levering van de aandelen vindt plaats door bijschrijving van de aandelen ten name van de klant in de administratie van de bank, in overeenstemming met artikel 17 Wet Giraal Effectenverkeer (Wge). Tot zekerheid dat de klant de aandelen uiteindelijk krijgt overgedragen of een vervangende schadevergoeding ontvangt, vestigt de bank ten gunste van de klant een eerste pandrecht op de aandelen. (Art. 15 Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease). Kennelijk waren de aandelenleasecontracten in het verleden niet goed en moesten deze (op aandrang van de STE) geoptimaliseerd worden. Het betrof de verplichte registratie van de aandelen en (af)levering van de voor de klant verworven aandelen volgens dit wettelijke voorschrift ingevolge de Wge Art. 17. Ook de stroom van dividendgelden over het vermogen van Legio Lease/Bank Labouchere mocht niet langer. Dit waren immers “baten" die de klant toebehoorden (zie brief van Legio Lease 23 april 1998 Optimalisering cliëntenbescherming http://www.platformaandelenlease.nl/Documenten/opti.htm

Genotverschaffing. 'Alle baten en waardeveranderingen van de waarden komen lessee toe. [...]'.

Ondanks het feit dat de juridische eigendom van de aandelen niet direct overgaat op de consumentbelegger, maar voorbehouden blijft aan de bank, draagt de klant direct het gehele economische risico. Juist als gevolg van het feit dat hij weliswaar niet juridisch maar wel economisch eigenaar is. De bank draagt slechts het risico van het tenietgaan van de waarde, waarmee bedoeld wordt: het verloren gaan van het papier dat de waarde van het aandeel belichaamd. (Art. 4 Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease) De klant draagt ook uitdrukkelijk het gehele risico van koersfluctuaties. Daarnaast heeft de klant recht op dividend uit de aandelen. Art.3 Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease: 'Alle baten en waardeveranderingen van de waarden komen lessee toe. [...]'. Deze (af)levering met bijbehorende aanspraken moet worden gezien als genotverschaffing Dat Dexia zich heeft verbonden het genot van de aandelen te verschaffen, blijkt uit de eerste volzin van artikel 3 van de bijzondere voorwaarden, die bepaalt dat alle baten van de aandelen aan lessee toekomen. Voorts blijkt ook uit de tweede volzin van artikel 3 van de bijzondere voorwaarden, die bepaalt dat Dexia de dividendbaten zo spoedig mogelijk na betaalbaarstelling daarvan aan de klant zal doen toekomen. Een en ander stemt overeen met het bepaalde in artikel 7A:1576n leden 1 en 2 BW. De aflevering van de aandelen met genotverschaffing is een verplichting die bij huurkoop bij de verkoper berust. Dexia betwist dat in vrijwel alle rechtszaken maar halen steeds bakzeil. Ik vermoed omdat zij weten dat zij zich niet aan (alle) wettelijke verplichtingen uit de Wge art. 17 en 25 hebben gehouden.

De feitelijke aflevering van de geleasde aandelen
Bij huurkoop moet het koopobject door de huurverkoper aan de koper worden afgeleverd (art. 7A:1576h jo. 1576l). Afleveren betekent het stellen van het koopobject in de macht van de koper, zoals bedoeld in artikel 7:9 BW. Aflevering in de zin van machtsverschaffing duidt op het feit dat de regeling van huurkoop in eerste instantie is geschreven voor huurkoop van zaken. Dat huurkoop op grond van artikel 7A: 1576 lid 5 van overeenkomstige toepassing is op aandelen, voorzover dat in overeenstemming is met de aard van het recht, zal hierna worden uitgelegd. Aflevering van aandelen vindt niet in fysieke vorm plaats. Dat hoeft ook niet. De levering van aandelen vindt plaats door voorgeschreven bijschrijving op naam van de verkrijger in de administratie van de betrokken instelling (art. 17 Wge).

AANDELENLEASE WORDT GEKWALIFICEERD ALS EEN OVEREENKOMST VAN HUURKOOP

Aan de hand van de kenmerken van huurkoop - formele vereisten, huurkoopobject, betaling in termijnen, aflevering, eigendomsvoorbehoud en eigendomsoverdracht - kan worden gesteld dat aandelenlease aan de kwalificatie huurkoop voldoet. Van een huurkoopovereenkomst is sprake indien wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 7A:1576h (betaling in termijnen, geen eigendomsoverdracht door aflevering maar door volledige betaling van de koopsom), ongeacht wat partijen hebben beoogd overeen te komen.
De regeling van koop op afbetaling en huurkoop uit het oud Burgerlijk Wetboek is bij de invoering van titel 7.1 voorlopig gehandhaafd en is te vinden in titel 7A.5A, artikelen 7A:1576-1576x BW. In geval van huurkoop aan een consument moet in het bijzonder worden gelet op de regeling van consumentenkoop en de Wet op het Consumentenkrediet (Wck). De Wck geldt voor alle geld- en goederenkredieten aan natuurlijke personen tot een bepaald limiet (art. 2 en 3 Wck). Art.4 Wck somt een aantal krediettransacties op waarop de wet niet van toepassing is, zoals hypothecaire geldleningen. Koop op afbetaling en huurkoop kunnen onder de werking van de Wck vallen. Hier zijn al diverse uitspraken van bekend en op www.rechtspraak.nl en www.platformaandelenlease.nl als jurisprudentie terug te vinden.

Een aandeel is een vermogensrecht en een goed in de zin van artikel 3:1 BW.
Hoewel sommige rechters - waar onder de rechter uit Helmond - niet erkennen dat de geleasde aandelen als huurkoopobject onderwerp zijn van het huurkoopcontract is de regeling van huurkoop op grond van artikel 7A: 1576 lid 5 BW uitdrukkelijk van overeenkomstige toepassing op vermogensrechten, niet zijnde registergoederen, voor zover dat in overeenstemming is met de aard van dat recht. Een aandeel is een vermogensrecht en een goed in de zin van artikel 3:1 BW. Een aandeel is geen registergoed, omdat overdracht of bezwaring van het aandeel niet geschiedt door inschrijving in een daartoe bestemd openbaar register.
J. Hijma, Mr. C. Assers Handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht. 5. Bijzondere overeenkomsten. Deel I. Koop en ruil, Deventer: W.E.J. Tjeenk Willink 2001, nr. 127- 129. Rb. Amsterdam (AO7593), r.o. 3.2. :

'De overeenkomst betreft, naar de rechtbank begrijpt, lease van aandelen in verzameldepots als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer (Wge). Dergelijke aandelen zijn vermogensrechten in de zin van artikel 3:6 BW. Uit de artikelen 7:47 en 7A: 1576 lid 5 BW volgt dat huurkoop betrekking kan hebben op vermogensrechten. Het verweer van Dexia dat de overeenkomst geen huurkoopovereenkomst is omdat deze geen lease van zaken, maar van vermogensrechten betreft, wordt derhalve verworpen.'
Ondanks het feit dat aandelen op grond van de wet duidelijk vatbaar zijn voor huurkoop, wordt dit in de veel rechtbankprocedures door Dexia toch herhaaldelijk betwist. Dexia voert aan dat lid 5 geen uitbreiding van de definitie van koop op afbetaling inhoudt, maar slechts een uitbreiding van de werkingssfeer betreft. Dit verweer wordt door vrijwel alle rechtbanken verworpen, onder verwijzing naar de strekkingsbepaling van artikel 7a: 1576h lid 2 BW. Deze strekkingsbepaling heeft immers tot gevolg dat alle overeenkomsten met dezelfde strekking als huurkoop, ongeacht onder welke benaming aangegaan, als huurkoop worden aangemerkt, met als gevolg dat de daarop betrekking hebbende bepalingen overeenkomstig van toepassing zijn. In de visie van de rechtbank brengt de overeenkomstige toepassing op vermogensrechten uit lid 5 niet met zich mee dat de definitie van koop op afbetaling uit lid 1 wordt uitgebreid (zoals Dexia stelt). Mocht iemand de visie van Dexia delen dan is koop op afbetaling in hun redenering geen overeenkomst met betrekking tot een vermogensrecht. Een rechtbank die hierin meegaat, miskent hiermee de rol van de schakelbepaling in het gelaagd systeem van het BW. Art. 7A: 1576 lid 5 heeft eenzelfde functie als artikel 7:47 BW in de algemene kooptitel.
De aandelenleaseovereenkomst vertoont in verschillende opzichten grote gelijkenis met huurkoop. De vraag is echter of aandelenlease als een overeenkomst van huurkoop kan worden aangemerkt. Deze vraag stond centraal in diverse rechtbankprocedures. Voor de kwalificatie als huurkoop moet een overeenkomst aan een aantal wettelijke voorwaarden voldoen.

De aandelenleaseovereenkomst is bij schriftelijk contract gesloten.

De overeenkomst bevat bepalingen omtrent de totale leasesom en de betalingsregeling in termijnen. Hiermee voldoet de aandelenleaseovereenkomst aan artikel 7A: 1576i-1576j.

De aandelenleaseovereenkomst heeft betrekking op aandelen. Een aandeel is een vermogensrecht en geen registergoed. De regeling van huurkoop c.q. koop op afbetaling is op grond van artikel 7A: 1576 lid 5 uitdrukkelijk van overeenkomstige toepassing op vermogensrechten, voor zover dat in overeenstemming is met de aard van dat recht. Met andere woorden, aandelen kunnen onderwerp zijn van een huurkoopovereenkomst.

Ook aan de voorwaarde dat betaling van de koopprijs moet plaatsvinden in termijnen (art. 7A: 1576 lid 1) is voldaan. In de aandelenleaseovereenkomst is een betalingsregeling opgenomen, op grond waarvan gedurende de contractperiode maandelijkse termijnen en aan het einde van de overeenkomst een restantbedrag moet worden betaald. De totale leasesom, moet worden aangemerkt als de koopprijs, nu ter verkrijging van de aandelen dit bedrag moet worden betaald. Dat de overeenkomst de termijnbetalingen benoemt als 'leasetermijnen' of 'rentevergoedingen' is daarbij niet van belang.

De aandelenleaseovereenkomst bevat net als huurkoop een eigendomsvoorbehoud. Eigendomsvoorbehoud is eigendomsoverdracht onder opschortende voorwaarde: wanneer aan de opschortende voorwaarde is voldaan gaat de eigendom van rechtswege over op de lessee.

Eigendomsovergang is noch afhankelijk van een koopoptie, noch van een nadere leveringshandeling. De aandelen zijn reeds door bijschrijving ten name van de lessee in de administratie van de bank in de zin van artikel 17 Wge afgeleverd. Op grond van de overeenkomst gaat de eigendom in beginsel over op de lessee. De lessee heeft evenwel de bevoegdheid om van verkrijging van de aandelen af te zien en de aandelen via bemiddeling door de bank aan een derde te verkopen. Dat doet echter niets af aan het feit dat de overeenkomst in beginsel tot eigendomsoverdracht strekt.

Concluderend, de aandelenleaseovereenkomst voldoet aan de wettelijke omschrijving van huurkoop. De overeenkomst strekt tot eigendomsoverdracht en heeft daarom de zelfde strekking als huurkoop in de zin van 7A:1576h lid 2. De aandelenleaseovereenkomst moet als een overeenkomst van huurkoop worden gekwalificeerd. [3.8 Conclusie]
Als leidraad voor dit artikel heb ik de bekroonde bijdrage in het juninummer 2004 van Ars Aequi genomen 'Huurkoop of Duurkoop? Kan de aandelenleaseovereenkomst worden gekwalificeerd als huurkoop?' (p. 390-400) http://www.arsaequi.nl/nieuwsbrief/arti ... aprijs.htm
‘Huurkoop of Duurkoop?’ is de titel van het artikel van Frank Jaspers (OU) en Kasper Krzeminski (EUR) over het fenomeen aandelenlease. De jury merkte allereerst op dat het artikel al in 2004 was geschreven, op een moment dat de kwestie door de toen lopende procedures tegen de Dexia bank actueel was. Dit nu is een stuk dat niet zozeer uitmunt door de originaliteit van beschrijving of zienswijze, maar wel door de voortreffelijke en informatieve wijze waarop een actueel maatschappelijk probleem juridisch wordt ontleed en wordt voorzien van concrete conclusies die rechtstreeks betrekking (kunnen) hebben op lopende procedures. Toen de jury ook nog vernam dat het artikel daarom wordt gebruikt als leesstof bij postdoctorale cursussen over dit onderwerp was de beslissing onontkoombaar: het stuk ontvangt een eervolle vermelding.
http://www.platformaandelenlease.nl/Doc ... urkoop.pdf

Laat je niet van de wijs brengen als sommige uitspraken afwijkend zijn. Misschien is dit wel om persoonlijke aandacht te krijgen, voelt men wel wat voor de (kromme) redenering van Dexia of om juist een doorbraak te forceren zodat iemand wel in Hoger Beroep moet gaan om zijn recht te halen. Je weet het maar nooit. Vast staat dat er al heel wat uitspraken zijn gedaan die uitstekend door gedupeerden als jurisprudentie gebruikt kunnen worden.

Met vriendelijke groet,

Okerene

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Opzet nalaten verplichte kennisgeving van bijschrijving door Dexia niet uitgesloten.

Men wil ons in het onlangs verschenen concept 28 september 2006 Deskundigenbericht AFM doen geloven dat de gebruikte systematiek van Dexia voor de aankoop van de aandelen voor de effectenleasecliënten en levering aan hen normaal en juist is. Volgens de Wet giraal effectenverkeer (Wge) dient dit echter te geschieden op een wijze zoals vermeld in Artikel 17 Wge. Bovendien rust op de instelling de verplichting op voet van Artikel 25 lid 1 Wge om de verkrijger van deze girale effecten terstond een kennisgeving te zenden (bewijs) Dat wist Dexia en haar voorganger(s) als bankinstelling drommels goed en is daarom opzet niet uitgesloten. Niemand van de gedupeerden heeft enige berichtgeving hieromtrent ontvangen.

Wet giraal effectenverkeer

Artikel 25 lid 1 Wge:

”Een aangesloten instelling is verplicht van een door haar verrichte bijschrijving terstond een kennisgeving te zenden aan degene op wiens naam de bijschrijving heeft plaatsgevonden.

Artikel 25 lid 2. Wge:

”Van het voorgaande lid kan niet bij overeenkomst worden afgeweken. "

Artikel 20 lid 1. Wge:

"Vestiging van een pandrecht op een aandeel in een verzameldepot ten behoeve van een ander dan de aangesloten instelling geschiedt door bijschrijving ten name van de pandhouder in de administratie van de instelling."

Aan dit alles gaat de AFM in dit bericht snel aan te gemakkelijk voorbij. Trouwens, de AFM heeft op geen enkel moment in het onderzoek bij deze belangrijke wettelijke voorschriften goed (willen) stil(ge)staan en hiermee rekening gehouden. Hoewel men weet dat die (af)leveringsvoorwaarden aan de effectenleasecliënten en (recht op) verpanding ook in de ‘Bijzondere voorwaarden effectenleaseovereenkomsten’ staan. Over het eerste pandrecht dat effectenleasecliënten zouden moeten genieten wordt al helemaal niet gesproken in het concept Deskundigenbericht AFM. Zinnen op blz. 26 van het AFM-bericht die over levering conform (Artikel 17 Wge gaan luiden onder meer:
( ...) De clausule verwees naar een zogenoemde ‘voorwaardelijke overdracht’, overeenkomstig artikel 17 Wge. De vraag of voorwaardelijke levering conform artikel 17 Wge mogelijk is wordt buiten beschouwing gelaten.

Bijschrijving van aandelen
De AFM heeft vastgesteld dat aandelen ten behoeve van effectenleasecliënten werden bijgeschreven op naam van Dexia in de administratie van de bij Euroclear Nederland aangesloten instelling RBC Dexia. Uit informatie van Dexia en van Euroclear Nederland blijkt evenwel dat óók Dexia vanaf november 1995 tot heden aangesloten instelling bij Euroclear Nederland is geweest. De AFM merkt op dat als gevolg van de Wge-systematiek – artikel 10 Wge juncto 17 Wge - en het feit dat Dexia aangesloten instelling van Euroclear Nederland is geweest, het mogelijk zou kunnen zijn19 dat geen voorwaardelijke, maar een ‘onvoorwaardelijke’ bijschrijving van de aandelen ten gunste van de effectenleasecliënten van Dexia heeft plaatsgevonden. De AFM heeft, gegeven de reikwijdte van de beschikking, geen onderzoek verricht naar de eventuele juridische implicaties van deze mogelijkheid.(…)
Systematiek van Dexia bij aankoop
- oorzaak van het niet kunnen herleiden van orders voor afzonderlijke effectenleasecliënten.


De door Dexia gevolgde methode bij de aankoop via verzamelorders en deelorders is beschreven op blz.4:
(...)Dexia telde alle orders voor effectenleasecliënten bij elkaar op tot een verzamelorder. Deze werd door de afdeling die deze verzamelorder diende uit te voeren vervolgens weer opgesplitst om in verschillende deelorders op de effectenbeurs uit te voeren. Hierdoor is het niet mogelijk gebleken om door Dexia op de effectenbeurs uitgevoerde transacties te herleiden tot orders voor individuele effectenleasecliënten.(…)
Een groot aantal van dezelfde soort aandelen die men door middel van wervingsbonnen (vaak vooraf voor het gemak al ingevuld) te weten was gekomen, werden bijeen verzameld (soms ook nog voor heel andere cliënten), uitgesplitst en per fondssoort in deelopdrachten over de eerste daarvoor in aanmerking komende beursdag door Dexia aangekocht. Dit kan zonder toevoeging en verwerking van de individuele gegevens van de aandelenleasecliënten (hun contracten waren nog niet eens getekend terug ontvangen) er alleen maar toe geleid hebben dat Dexia daarmee zelf volledig en enige eigenaar van deze aandelen werd. Dus niet de individuele effectenleasecliënten. Dat kon ook niet want de opdracht daartoe was op dat moment nog niet officiaal door de contractant gegeven. Dexia had een aanbod gedaan maar men kon nog stoppen. Daarom spreekt Dexia over ervaringdcijfers bij de aankoop van de aandelen. Ze kochten zo vaak meer dan nodig was. Niet iedereen stuurde namenlijk het aandelenleasecontract getekend retour. Indien men bij het onderzoek ook de betalingstromen gevolgd zou hebben dan zou men sneller te weten zijn gekomen voor en aan wie de aandelen gekocht en geleverd zijn. Alleen, deze geldstroom is nu net niet door de AFM gevolgd. (Dat zou buiten de opdracht vallen en te veel tijd vergen). Daarom kan onder andere ook niet bepaald worden welke aandelen Dexia heeft verkregen uit de omstreden termijncontracten door middel van otc-opties. Hoe zijn die dan aan de effectenleasecliënten geleverd?

Dexia stelt dat het om forwards gaat (otc-opties)
link:http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#242709

Om de optiegelden hiervan te bekostigen zou dividend worden ingehouden. Ook hier rijst de vraag waarom hier niemand een schriftelijke verrekening of verantwoording van heeft gehad? Uitgekeerde dividendgelden zijn immers ‘baten’ die de effectencliënt toebehoren zo weten we ook uit de AHOLDclaim. Door gebrek aan bewijs (transactienota’s aankoop levering in verzameldepot en dividend) kunnen gerechtigden niet eens fatsoenlijk hun claim indienen. Heeft de AFM dit over het hoofd gezien? In het concept Deskundigenbericht AFM vinden we daar helemaal niets over terug!
(…)Wel is het mogelijk te beoordelen of en hoe verzamelorders zijn samengesteld en of zij hebben geleid tot een bijboeking van aandelen op de depotrekeningen die Dexia ten behoeve van de betreffende effectenleaseproducten bij RBC Dexia Investor Services Netherlands N.V. (hierna: RBC Dexia6) aanhoudt. Een bijschrijving van aandelen op naam van Dexia op deze depotrekeningen in de administratie van RBC Dexia kwalificeert op grond van de Wet giraal effectenverkeer (hierna: Wge) als een levering van aandelen.(…)
Vanwege al deze vragen is er meer duidelijkheid van de AFM gewenst.

Wat wil de AFM hier nu mee zeggen? Willen ze ons toch laten geloven dat Dexia de aandelen aan de leasecliënten op een wettige wijze volgens voorschrift uit Art.17 Wge heeft (af)geleverd? De vraag is nu: Aan wie zijn deze aandelen nu feitelijk wettelijk geleverd? Wie kan daar rechtens aanspraak op maken? En in geval van faillissement van de bank, hoe kan de effectenleasecliënt op grond van de wettelijke voorschriften uit o.a. de Wge aantonen welke aanspraken hij/zij op de gekochte en bewaarde aandelen bij die bank heeft? De AFM geeft zelf in hun deskundigenbericht al toe:
(…) “Een levering is een vast onderdeel van een eigendomsoverdracht. Indien effecten op de beurs zijn aangekocht dienen effecten aan de koper geleverd te worden om het (juridisch) eigendom te doen overgaan. Van een levering van effecten is volgens de Wge sprake indien effecten worden bijgeboekt op het verzameldepot van een bij het centraal instituut aangesloten instelling.”(…)
Hoe je het wendt of keert. In feite zijn deze effecten dus met verzamelorders (“bulkorders”) voor eigen rekening door Dexia gekocht en levering in deze depots aan hen leveren niet zonder meer eigendomsaanspraken voor derden op. Men bevestigt hier alleen maar dat aan Dexia aandelen zijn geleverd volgens de Wge en de bank de eigenaar ervan is. Of iets moet ‘hebben geleid tot’ en daarmee een mogelijke beoordeling gedaan kan worden over de samenstelling van verzamelorders doet eigenlijk niet ter zake. Van feitelijke vaststelling is geen sprake. Zeker nu niet het geldspoor er van is gevolgd. De AFM heeft meer het spoor gevolgd of er wel voldoende (aantallen) effecten in de fondsendepots van Dexia aanwezig (intern geadministreerd) waren en daarmee aangenomen dat ze op de Amsterdamse effectenbeurs wel moesten zijn aangekocht. Zo staat het immers ook in de contracten die Dexia had samengesteld. Papier is geduldig zegt men toch. Vergeet echter niet dat in de verzameldepots van RBC Dexia ook effecten worden bewaard die van andere partijen afkomstig zijn. Meer duidelijkheid is dan ook dringend gewenst. De AFM heeft hierover zeker wat uit te leggen.

Hoe zit het met de derivaten uit (over the counter) otc-opties effecten.

Hoe zijn die verkregen en hoe zijn de aandelen hiervan in de verzameldepots terecht gekomen? Gelden die wel als rechtsgeldige Wge-aandelen? Hoe is het rechtmatige eigendom van deze aandelen vast te stellen? Met heel veel effectenleasecontractanten zijn er op die manier verplichtingen aangegaan. (Ook in de opgave transactieoverzichten ingevolge de AHOLDclaim in 2006 heeft Dexia door haar gebruikte methode onjuiste gegevens verstrekt – men denke hierbij o.a. aan de vermelde aankoop in één keer vooruit in plaats van de afgesproken aankoop in drie tranches waarbij volgens contract verschillende aankoopdata zouden moeten gelden).
(..) 13 In productie 23 bij het verzoekschrift tot algemeen verbindend verklaring geeft Dexia het volgende aan: “Een aantal typen effectenleaseovereenkomsten – zoals de zogenoemde ‘WinstVerdriedubbelaar Termijnbetaling’ en de ‘Triple Effect Maandbetaling’ – verplichtte Dexia in drie opeenvolgende tranches aandelen aan de cliënt te leveren: de eerste tranche op de aankoopdatum, de tweede tranche één jaar daarna, de derde tranche twee jaar daarna. In geval van de bedoelde typen overeenkomsten werden alledrie de tranches in één keer besteld. Vervolgens werden alleen de aandelen van de eerste tranche aanstonds geleverd. De tweede en derde tranche werden één, respectievelijk twee jaar later aan de effectenlease-cliënt geleverd. Dexia was zeker van die leveringen, omdat zij ter zake van de tweede en derde tranche onderhandse (over the counter) termijntransacties aanging. (…)”
Het is niet te verteren dat juist deze belangrijke zaken niet tot op het bot (volledig) zijn uitgezocht. Uit de soort gebruikte opties is immers heel goed af te leiden hoe Dexia te werk is gegaan. Het gaat om grote aantallen aandelen die hiermee vooruit (alle drie de traches tegelijk) zouden zijn aangekocht. Nog even daargelaten dat otc-opties zijn aangewend kan in rede afgevraagd worden; Hoe zijn deze geregistreerd en geadministreerd? Deze aandelen zouden volgens Dexia in depot zijn blijven staan en niet overgedragen maar verpand. Dat zou dan een tweede verpanding opleveren? Dit vinden wij terug op bladzijde 25 bij 5.2 Securitisatie:
(..) De SPV geeft verhandelbare effecten uit met genoemde bezittingen als een soort onderpand.
De betreffende securitisatietransacties zijn in 2002 beëindigd waarna de SPV’s zijn opgeheven. Ter extra waarborg voor de SPV’s waren de aandelen die Dexia ten behoeve van haar effectenleasecliënten op bepaalde depotrekeningen bij RBC Dexia aanhield, aan de SPV’s verpand.
Van overdracht van aandelen aan SPV’s is geen sprake geweest, aldus Dexia.
De door de AFM beoordeelde fondsenstaten bevestigen dat de aandelen op de depotrekeningen zijn blijven staan. Derhalve heeft de AFM geen aanleiding te veronderstellen dat de aandelen die onderdeel uitmaken van de zes securitisatietransacties niet zijn behouden(..)
Wij vragen ons af wiens aandelen hier worden verpand? Die op naam van Dexia of op naam van de effectenleasecliënt? (In het PwC-accountantsrapport dat door Dexia aan de rechter is voorgelegd staat dat de aandelen meteen zijn doorverkocht met recht van terugkoop!) Waarom wordt hier met geen woord meer verder over gerept? Uit persberichten weten we dat aan SPV’s - Lease Assets Backed Securities BV's (LABS) de (vorderingen uit) effectenleasecontracten als onderpand zijn gebruikt en aangewend voor uitgifte van AAA-obligaties. Het terugkopen van deze contracten was later kennelijk noodzakelijk geworden (om het Dexia-aanbod te kunnen doen) toen de problemen zich gingen voordoen en mensen van hun contracten af wilden. Het volgende stond hierover te lezen in het Dagblad De Telegraaf 12-12-2002:
“‘Dexia koopt 1,3 miljard aan obligaties terug’

BRUSSEL (Dow Jones) - De Belgische Bank Dexia heeft besloten tot de terugkoop van 1,3 miljard euro aan obligaties.

De rentebetaling op deze schuldpapieren was verzekerd met de inkomsten die de bank genereert met haar producten op het gebied van aandelenlease. Dit meldt het Financieele Dagblad donderdag. Deze actie is volgens een woordvoerder van de bank noodzakelijk om de leaseklanten een schadevergoeding te kunnen uitkeren.

Het betreft hier gesecuritiseerde obligaties, wat onder meer inhoudt dat ze zijn doorverkocht aan grote beleggers.

Het terugkopen van dit soort schuldpapieren is volgens analist Nigel Greenwood van kredietbeoordelaar Standard & Poor's (S&P) een 'zeldzame' aangelegenheid. S&P besloot afgelopen dinsdag tot een verlaging van de kredietstatus van Dexia Bank Nederland. “
Alle effecten stonden en/of staan in deze depotrekeningen vermeld op naam van de verkrijger. In dit geval op naam van (de voorgangers van) Dexia. “RBC Dexia is een aangesloten instelling bij Euroclear Nederland zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet giraal effectenverkeer en kan uit dien hoofde op de beurs aangekochte aandelen bijschrijven in haar verzameldepots en op haar depotrekeningen (zie voetnoot 6)”. Maar, geen enkele aandelenleaser heeft ook maar enig bewijs van aankoop, aflevering, inschrijving van of verkrijging van aandelen (in het verzameldepot) op hun eigen naam ontvangen. Indien de aandelen op naam van de effectenleasecliënten zijn ingeschreven mogen zij niet zonder toestemming aan de SPV’s verpand worden is het niet?

Hier is kennelijk iets fundamenteels fout gedaan. Dit is namelijk een verplichting ingevolge het wettelijke voorschrift bij (af)levering van Wge-aandelen hetgeen ook is opgenomen in de “Bijzondere voorwaarden aandelenlease” van de diverse aandelenleasecontracten. De AFM laat hier weten dat het uitsluitend bijboekingen betreft op naam van Dexia t.b.v. effectenleaseproducten en zijn dus geen bijboekingen voor en ten name van de afzonderlijke effectenleasecliënten.

Zijn de aandelen dan wel op de juiste wettelijke wijze aan hen (af)geleverd?

Nee! Dexia levert hier aan zichzelf en niet aan de aandelenleasecliënt. Deze levering is niet zoals bedoeld in art. 17 en art. 25 lid 1 en lid 2 van de Wge. Voorts kocht Dexia niet alleen aandelen op de beurs, maar schoof ook van links naar rechts (en omgedraaid) met aandelen uit haar eigen effectendepots. Dit schuifsysteem is terug te vinden bij 3.2 Proces van aankoop en levering op blz.16. Deze aandelen lijken daarmee uitsluitend administratief te worden toebedeeld terwijl Dexia gewoon zelf eigenaar blijft. Ook over de wijze waarop Dexia met dividendgelden is omgesprongen en waaarom er geen dividendendbewijzen aan de effectenleasecliënten zijn verstuurd dient opheldering te komen. Geen enkele diepgaande poging is in deze richting door de AFM ondernomen.
(Zie ter verduidelijking OPTIEWEEK:Dexia zwijgt over geschreven putopties
Publicatiedatum: 4/1/2003 Prisco Battes)
http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#241608
zie ook: http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#241250

Dat de AFM geen verder onderzoek heeft gedaan naar de reconciliaties uit de periode 1997 tot en met 1999 is echt van de gekke. Voetnoot 8 op pagina 4 geeft de reden waarom er geen onderzoek naar gedaan kon worden:
“Dexia heeft aangegeven dat de beschikbare informatie voor de jaren 1997 tot en met 1999 afkomstig was van haar rechtsvoorganger Bank Labouchere N.V. Volgens Dexia is deze informatie onvoldoende bruikbaar, omdat niet meer kan worden beoordeeld of de betreffende historische informatie destijds adequaat tot stand is gekomen. De AFM heeft hierom de voor deze periode aanwezige reconciliaties niet verder betrokken bij haar onderzoek.”
Nota bene die periode waarin de meeste aandelenleasecontracten werden afgesloten die verdacht geacht moeten worden! Dexia heeft daar zelf over geklaagd en dingen gemeld aan de AFM. Dexia kan niet instaan voor de juistheid van de informatie die zij moesten verstrekken. Heeft Dexia een reden om deze informatie uit die periode als ongeschikt aan te merken? Welk belang dient dat dan? De AFM kan deze gebrekkige informatie die Dexia hier aandraagt toch niet zomaar voor zoete koek aannemen? Het is juist raadzaam hier doortastender in op te treden. Hoewel Dexia misschien geen blaam treft voor de slordige administratie en fout opererende bank (Labouchère) is men wel door overname (al heeft Dexia zelf ook al geklaagd over het achterhouden van informatie) aansprakelijk te stellen.

Beschouwing van Kamerstukken over Wge van groot belang.

Naast deze en andere onduidelijkheden die in het concept Deskundigenbericht AFM naar voren komen en zeker een antwoord behoeven is nadere beschouwing van Kamerstukken van de Tweede Kamer over de behandeling van de Wet giraal Effectenverkeer en in het bijzonder de juiste toepassing van Artikel 17 en 25 (Wge) van groot belang.

Kamerstukken van de Tweede Kamer, zitting 1975-1977, 13 780 (Bepalingen betreffende het giraal effectenverkeer ) nrs. 1-4: Wetsontwerp, Memorie van Toelichting (MvT), Toelichting op de artikelen kamerstukken.Tweede.Kamer.1975-1976.13780.nr.1-4.pdf (2.99 MB)
http://www.nijdam.de/dexia/19760206.kam ... nr.1-4.pdf
(zie ook nadere uitleg: Wet giraal effectenverkeer Editie Schuurman & Jordens, Nederlandse Staatswetten, deel 169 mr. J.L.S.M. Hillen)
In deze kamerstukken nrs. 1-4 bij de 'Toelichting op de artikelen' (vanaf pagina 25) staat er over art. 17 (pagina 36) onder meer:
(..)Artikel 17 (Wge) Aan dit artikel ligt de gedachte ten grondslag dat bijschrijving hier de enige leveringsvorm dient te zijn. Andere leveringsvormen zouden veelal neerkomen op bezitsverschaffing door mondelinge wilsovereenstemming. De daaraan verbonden complicaties, zoals bewijsmoeilijkheden, worden afgesneden door de bijschrijving als enige leveringsvorm te erkennen. De levering geschiedt door bijschrijving op naam van de verkrijger. De levering is dus voltooid op het moment van de bijschrijving, niet eerst op het moment dat de verkrijger van de bijschrijving kennis krijgt. Dit laatste tijdstip is wel van belang voor de vraag of de verkrijger te goeder trouw is: dit punt komt aan de orde in de twee volgende artikelen.
De in dit artikel gebezigde term «levering» is in overeenstemming met de terminologie van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, waarbij verwezen kan worden naar artikel 3.4.2.2., lid 1. Het gaat in artikel 17 om de formele handeling die nodig is voor de overdracht van het aandeel in het verzameldepot. De overige eisen die aan een geldige overdracht gesteld moeten worden komen in deze bepaling niet aan de orde.
Alleen bijschrijving in dat deel van de administratie dat is bestemd voor boekingen betreffende de rechten van cliënten op het verzameldepot, geldt als levering. Het Duitse Depotgesetz spreekt van boeking in het «Verwahrungsbuch», dat in de praktijk ook wel wordt aangeduid als «Depotbuch». Het verdient echter geen aanbeveling hier een boeking in een bepaald «boek» te eisen, ledere aantekening die als een bijschrijving kan worden opgevat en tot het voormelde deel van de administratie kan worden gerekend, behoort voldoende te zijn. De aantekening kan eventueel bestaan in de kopie van het bericht van bijschrijving. Voorts is bij een moderne wijze van administratie de term «boek» niet geschikt tot verduidelijking bij te dragen.

Men lette voorts op het volgende. Een aangesloten instelling zal veelal behalve bewaarder ook commissionair zijn en als zodanig voor rekening van cliënten effecten kopen. Uit dergelijke transacties ontstaan leveringsaanspraken van de desbetreffende cliënten, welke - zolang nog geen levering is gevolgd - slechts een verbintenisrechtelijke positie hebben.

Een zakenechtelijke positie verkrijgen zij eerst als aan hen een aandeel in het verzameldepot is geleverd. Dit onderscheid zal tot uitdrukking moeten komen in de administratie.

Ook bij naturalevering van effecten ter uitvoering van aankooporders pleegt onderscheid te worden gemaakt tussen boeking op «stukken-rekening» of «algemene rekening koop/verkoop» en boeking in depotadmi-nistratie. Eerstbedoelde boeking vindt plaats als voor rekening van de cliënt is gekocht, maar levering nog niet heeft plaatsgehad. De tweede boeking vindt plaats als voor de cliënt bepaalde stukken in bewaring zijn genomen.

Ook in het girale systeem zal naast een aankoopboekhouding een depot-boekhouding moeten worden gevoerd: deze laatste geeft aan voor welke cliënten de tot een verzameldepot behorende effecten worden bewaard.

Het verschil met een systeem van naturalevering is echter dat per cliënt slechts hoeveelheden effecten worden aangegeven, terwijl in een systeem van naturalevering per cliënt nummers worden vastgelegd(..)
De vet gemaakte zinsneden geven aan dat er aanvullend op de aankoop en (af)levering een goede boekhouding van de in een verzameldepot bewaarde aandelen voor de leaseklanten (data/fonds/aantallen/e.d. op naam cliënt) moet worden gevoerd. Aankoop met bijschrijving op naam van de effectenleasecliënt in het verzameldepot levert een zakenrechterlijke positie op dat als enige (af)leveringsvorm geldt.
Iedere effectenleasecliënt hoort direct een bewijs van aankoop en aflevering te ontvangen.
Dit wordt uitgelegd in de Memorie van Toelichting Kamerstukken 2 1975/1976, 13 780, MvT pagina 40: kamerstukken.1975-1976.13780.nr.1-4.pdf (grootte: 2.99 MB)
http://www.nijdam.de/dexia/19760206.kam ... nr.1-4.pdf
(..)MvT pg 40 - Artikel 25 (Wge) Het is van belang dat de cliënt, wiens rechtspositie afhangt van de bijschrijving, daarvan een bewijsstuk ontvangt. Dit geldt voor alle bijschrijvingen, dus ook voor bijschrijvingen die een gevolg zijn van de uitvoering van een aankooporder. Aangezien aankoop en levering normaliter niet gelijktijdig plaatsvinden, zal op het gebruikelijke bericht dat voor rekening van de cliënt effecten zijn gekocht, dus nagenoeg altijd nog een kennisgeving van bijschrijving moeten volgen. Pas dan weet de cliënt dat hij gerechtigd is geworden in het verzameldepot of kan hij zo nodig een beroep doen op de artikelen 18 en 19, tweede lid. Bovendien schept de verplichting om in dergelijke gevallen een kennisgeving van bijschrijven te verzenden, een zekere mogelijkheid van controle van de zijde van de cliënt op de afwikkeling van de transactie.

De verplichting tot het zenden van een kennisgeving van bijschrijving is in het eerste lid van dit artikel neergelegd. De met deze bepaling beoogde bescherming van de effectencliënt zal alleen worden gerealiseerd als de bepaling dwingend recht is. Zou met een bepaling van aanvullend recht worden volstaan, dan valt te verwachten dat daarvan in de praktijk zal worden afgeweken, in het bijzonder in de algemene voorwaarden van de instellingen. Daarom bepaalt het tweede lid dat de verplichting tot het zenden van een kennisgeving niet kan worden weggecontracteerd(..)


Dit alles overwegende is het is goed nota te nemen van de DSI Uitspraak KCHB nr. 91 d.d. 27 januari 2005 van de Commissie van Beroep DSI. (Effectenlease Hoger beroepsprocedure vindplaats: http://www.dsi.nl/?sid=104&uitspraak=1076)
“5.8.4 (..) de levering zal, nu het gaat om effecten waarop de Wet giraal effectenverkeer (verder Wge) van toepassing is, moeten geschieden op de wijze zoals vermeld in art. 17 Wge. Op de instelling rust vervolgens de verplichting om van een door haar verrichte bijschrijving terstond een kennisgeving te zenden aan degene op wiens naam de bijschrijving heeft plaatsgevonden. Dit een en ander is niet anders wanneer het de bedoeling mocht zijn de effecten te leveren onder de opschortende voorwaarde dat belanghebbende aan de deelnemer heeft betaald wat hij krachtens de overeenkomst aan deze verschuldigd is.

Van een verkrijging door belanghebbende van de effecten van rechtswege, met achterwege laten van levering op de voet van art. 17 Wge, kan geen sprake zijn (vgl. HR 23 september 1994, NJ 1996, 461)

Nu niet gesteld is dat de effecten op de voet van art. 17 Wge zijn bijgeschreven op naam van belanghebbende en evenmin is gebleken van het doen van een kennisgeving als bedoeld in art. 25 lid 1 Wge,

moet er van worden uitgegaan dat geen sprake ervan is dat de overeenkomst is uitgevoerd in de zin van art. 6:278 lid 1 BW. Reeds hierom is niet aan de voorwaarde voor toepassing van deze bepaling voldaan.

5.9.4 …[laatste drie regels] Voor zover belanghebbende zijn verbintenis reeds is nagekomen zal de deelnemer het door hem ontvangen bedrag aan belanghebbende dienen te restitueren. Zoals hiervoor onder 5.8.3 is overwogen, moet ervan worden uitgegaan dat de deelnemer geen effecten aan belanghebbende heeft overgedragen. Van restitutie door belanghebbende kan daarom geen sprake zijn(..)
Vandaar dat verweerders van de WCAM en Duisenbergregeling het Gerechtshof tevens in herinnering willen brengen te bedenken dat Legio Lease (nu Dexia) en andere effectenleaseaanbieders, toen op 1 maart 1998 de Nieuwe Richtlijn (DNB) voor de meeste beleggingsfondsen van kracht werd, dit geen einde heeft gebracht aan de overmoedige verkoop van aandelenleaseplannen zoals de Winstverdriedubbelaar. Hoewel met de nieuwe eisen men probeerde te voorkomen dat de veel te overdreven reclame voor deze aandelenleaseproducten de pan uit rees, hebben zij moedwillig de uiterste grenzen van het toelaatbare gezocht. (bron: Consumenten GeldGids mei/juni ‘Nieuwe Richtlijn legt beleggingsfondsen aan banden’ sept/okt. 1998 ‘Fraaie beloften’) De beoogde bescherming voor consumenten heeft jammer genoeg niet goed genoeg gewerkt. Het is eerder een blamage geworden.

De laatste tijd horen we steeds meer berichten dat bij vele financiële producten met beleggingsconstructies ontoelaatbare ‘fouten’ zijn gemaakt. Een reden te meer om het concept Deskundigenbericht AFM met extra aandacht en argusogen te bezien. Dexia heeft grote belangen en laat geen truc ongebruikt. Iedereen kan dat zien of heeft dat meegemaakt. Ook het College Bescherming Persoonsgegevens weet hierover mee te praten. Dat is niet alleen de ervaring van alle betrokkenen toezichthouders en hulpverleners maar zeker van de duizenden gedupeerden. Ongetwijfeld zal Dexia grote druk en invloed op wat er in dit bericht wordt opgenomen hebben uitgeoefend of willen uitoefenen. Dit zal alleen al blijken uit hetgeen zij zelf over het concept deskundigenbericht zullen inbrengen.

Gedupeerde aandelenleasecliënten Dexia zijn nog steeds dolende.

Gedupeerde cliënten met aandelenleaseproducten van Dexia c.s. zijn al lange tijd en nog steeds als dolenden in een dorre woestijn. Snakkend naar dorstlessend ‘water van waarheidsvinding’ over de werkelijke toedracht van de aan- en verkoop van hun effectenlease-aandelen door Dexia hadden zij hun hoop gevestigd op het Gerechtshof Amsterdam die toch de AFM deskundig genoeg achtte gedegen onderzoek hier naar te doen. Maar helaas, ook nu weer blijkt uit het concept 28 september 2006 Deskundigenbericht AFM inzake Effectenleaseproducten – Dexia Bank Nederland N.V., dat deze verfrissend geachte ‘vloeistof’ vermengd is met een flinke dosis ‘zout’.

Men kan dan ook niet verwachten dat de slachtoffers van de ‘boosaardige’praktijken bij en van de verkoop van de effectenleaseproducten door (de voorgangers van) Dexia deze ‘brakke dronk’ klakkeloos tot zich willen nemen. Al wil de AFM dit misschien wel nu zij zelf al een conclusie in het bericht hebben opgenomen ter voorkoming van nog meer schade aan de economie in Nederland. Terwijl dit niet gevraagd en hun opdracht was. Zij moesten er onderzoek naar doen. De rechter zou daar verder over oordelen. Nee, gedupeerden en verweerders willen ‘koel en helder water’, feitelijke duidelijkheid over de gang van zaken zoals de Wet dat (dwingend) voorschrijft. Zij zitten niet te wachten op nog meer theorieën, aannames, onduidelijkheden en erom heen gedraai zoals nu in de conclusie van de AFM onderzoeksdeskundigen.

Deze dolende effectenleasecliënten van Dexia mogen niet langer in het ongewisse of aan hun lot worden overgelaten. Het Gerechtshof zal hen uit de greep moeten bevrijden van een ongegeneerde Dexia die na gedane zaken de deur zonder schroom zeker achter zich zal dichttrekken. Gedupeerden ontgoocheld en berooid achter willen laten. Zij horen te kunnen vertrouwen op ‘onze’ rechterlijke macht. Het hof wordt dringend verzocht onze opmerkingen terdege ter harte te nemen en de door ons aangereikte aandachtspunten nauwkeurig(er) door de AFM te laten onderzoeken en/of te omschrijven.

Met vriendelijke groet,

Okerene

Link toegevoegd:
Van een verkrijging door belanghebbende van de effecten van rechtswege, met achterwege laten van levering op de voet van art. 17 Wge, kan geen sprake zijn (vgl. HR 23 september 1994, NJ 1996, 461)

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Aanvullende reactie op het Definitief deskundigenbericht AFM
(Dit bericht is aanvullend bedoeld en voor een groot deel gemeld voor inbreng Verweer WCAM)

Deze aanvullende reactie op het Definitief deskundigenbericht AFM, 9 november 2006 Inzake Effectenleaseproducten - Dexia Bank Nederland N.V. moet gelezen worden in aansluiting op hetgeen al is vermeld in de postings op de site’s van Tros RADAR en Platformaandelenlease, “Opzet nalaten verplichte kennisgeving van bijschrijving door Dexia niet uitgesloten.”
http://www.platformaandelenlease.nl/php ... 2&start=21
http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#542160

Vooraf
‘Het is banken niet toegestaan orders bij elkaar op te tellen of tegen elkaar weg te strepen. Daardoor zouden cliënten immers zaken kunnen doen via banken en zou de beursvloer als centrale marktplaats buitenspel worden gezet.’
(http://www.nrc.nl/W2/Lab/Profiel/Beurs/kwestie.html
Supplement Beurs NRC Webpagina's 31 oktober 1996)

Na het definitieve AFM rapport gelezen te hebben blijft nog steeds de meest urgente de vraag:
Welke formele handelingen conform artikel 17, 20 en 25 Wge (wettelijke aankoop, levering en verpanding met bijschrijving op naam van en berichtgeving aan de effectenleasecliënt) die nodig zijn voor de overdracht van effecten met berichtgeving aan effectenleasecliënten in het verzameldepot van de bank hebben de AFM-deskundigen kunnen vaststellen?

Volgens de Wet giraal effectenverkeer (Wge) levert alleen effectenaankoop op naam van de effectenleasecliënt in het verzameldepot een zakenrechtelijke positie op dat als enige (af)leveringsvorm geldt.

Nu de effecten op naam van (de voorgangers van) Dexia zouden zijn bijgeschreven en afgeleverd, heeft Dexia niet volgens contract en op wettige wijze tegenover haar effectenleasecliënten gepresteerd.

Het Hoger Gerechtshof is daar dan ook heel duidelijk in. - DSI hoger beroep nr. 91 2005 http://www.dsi.nl/index.php?sid=104&uitspraak=1076
5.8.4 (..)Weliswaar wordt daar bepaald dat de effecten van rechtswege gaan toebehoren aan belanghebbende nadat deze aan de deelnemer heeft betaald wat hij krachtens de overeenkomst aan de deelnemer verschuldigd is, maar de levering zal, nu het gaat om effecten waarop de Wet giraal effectenverkeer (verder Wge) van toepassing is, moeten geschieden op de wijze zoals vermeld in art. 17 Wge. Op de instelling rust vervolgens de verplichting om van een door haar verrichte bijschrijving terstond een kennisgeving te zenden aan degene op wiens naam de bijschrijving heeft plaatsgevonden. Dit een en ander is niet anders wanneer het de bedoeling mocht zijn de effecten te leveren onder de opschortende voorwaarde dat belanghebbende aan de deelnemer heeft betaald wat hij krachtens de overeenkomst aan deze verschuldigd is. Van een verkrijging door belanghebbende van de effecten van rechtswege, met achterwege laten van levering op de voet van art. 17 Wge, kan geen sprake zijn (vgl. HR 23 september 1994, NJ 1996, 461). Nu niet gesteld is dat de effecten op de voet van art. 17 Wge zijn bijgeschreven op naam van belanghebbende en evenmin is gebleken van het doen van een kennisgeving als bedoeld in art. 25 lid 1 Wge, moet er van worden uitgegaan dat geen sprake ervan is dat de overeenkomst is uitgevoerd in de zin van art. 6:278 lid 1 BW.[ In deze bepaling wordt een regeling gegeven voor het geval waarin na ontbinding of vernietiging van een overeenkomst de reeds verrichte prestaties ongedaan moeten worden gemaakt.] Reeds hierom is niet aan de voorwaarde voor toepassing van deze bepaling voldaan.(..)

5.9.4 (..) Zoals hiervoor onder 5.8.3 is overwogen, moet ervan worden uitgegaan dat de deelnemer geen effecten aan belanghebbende heeft overgedragen.(..)
Algemeen.
Een aantal partijen heeft op het concept-deskundigenbericht gereageerd. De inhoud van vragen en verzoeken van partijen alsmede de reactie van de AFM hierop zijn in dit deskundigenbericht opgenomen.
In Hoofdstuk 7 “Vragen en verzoeken van procespartijen” gaat de AFM hier weliswaar op in maar hun analyse heeft niet geleid tot inhoudelijke wijzigingen in het deskundigenbericht.

Veel informatie met opmerkingen en vragen aan de AFM zouden niet direct betrekking hebben op de vraagstelling van het Gerechtshof en de beantwoording daarvan door de AFM. De AFM laat deze informatie daarom buiten beschouwing. Ook blijkt uit enkele ontvangen reacties dat procespartijen zelfstandig conclusies trekken op basis van het concept-deskundigenbericht van de AFM. De AFM gaat hier bij de behandeling van de reacties niet op in.

Wij vinden de materie echter belangrijk genoeg om dit toch aan het Gerechtshof kenbaar te maken ook al is deze informatie die de AFM niet passend (genoeg) vindt. Het Gerechtshof is hierin naar de mening van Verweerders wel degelijk geïnteresseerd, hetgeen alleen al uit de herhaalde tekst van de AFM onderzoekers blijkt.
“Daarnaast verzoekt het Gerechtshof geïnformeerd te worden over verdere opmerkingen of bevindingen waarvan geldt dat het voor het Gerechtshof van belang is of kan zijn om er kennis van te nemen, in verband met de beoordeling van gegeven verweer 4.

4 Naast de twee genoemde vragen heeft het Gerechtshof ook twee vragen gesteld met betrekking tot de uitvoering van het onderzoek. Dit betreft de vraag of feiten of omstandigheden zijn gebleken in het onderzoek met betrekking tot het verkrijgen van inzicht door de AFM in de feitelijke gang van zaken en de vraag op welke wijze en met welke methodiek de AFM het onderzoek heeft verricht en waarom voor deze wijze en methodiek is gekozen. De antwoorden op deze vragen zijn opgenomen in dit deskundigenbericht, maar niet in de conclusie.
Slechts in zeer beperkte mate komt de AFM aan deze, mede op aandrang van Verweerders, toch wel zeer ruime opdracht van het Gerechtshof tegemoet. Veel van de gemelde zaken en vragen blijven dus onbeantwoord en onveranderd staan. En er zijn meer zaken te vermelden.

Stemrecht.
Één van deze feiten of omstandigheden die de AFM zou moeten zijn opgevallen en gemeld moeten worden is wel de uitoefening van het stemrecht (in ieder geval gedurende geheel 1997) over de aandelen die Dexia ten behoeve van aandelenleasecliënten zou hebben verworven, door de Vereniging van Effectenbezitters (VEB). Hiervan wordt echter door de AFM geen enkele melding in het rapport gemaakt. De voorgangers van Dexia zou de VEB in die tijd verzocht hebben ten behoeve van haar leden dit stemrecht over de effectenleaseaandelen uit te oefenen en staat dit in die periode ook vermeld in de Legio Lease Nieuws uitgaven in het kader “Verenigingsnieuws” met de volgende tekst:
"Verenigingsnieuws

Legio-Lease is ten behoeve van haar klanten lid van de Vereniging van Effectenbezitters (VEB), die de belangen behartigt van de Nederlandse effectenbezitter.

De VEB verzorgt in dat kader dit katern in Legio Nieuws
en oefent het stemrecht in aandeelhoudersvergaderingen uit op de aandelen, die Legio-Lease namens haar klanten houdt.

Daarnaast kunnen klanten van Legio-Lease VEB-producten bestellen en deelnemen aan de cursus Omgaan met Effecten (zie verdere informatie elders op deze pagina), tegen de VEB-ledenprijs.

Inhoudelijke vragen kunnen slechts schriftelijk worden gesteld en wel via Legio-Lease, die na ontvangst en controle of de afzender inderdaad klant is de brief aan de VEB doorsturen.
U krijgt dan van deVEB rechtstreeks antwoord.

Voor de goede orde: de VEB geeft geen beleggingsadviezen."
(Zie:De effecten voor de aandelenleasecontractanten zijn niet op wettige wijze GELEVERD.
http://www.platformaandelenlease.nl/php ... 0&start=71 )

Het is op zich al gek dat de VEB zich niet over de aan- en verkoop van de effecten voor de aandelenlease-overeenkomsten uitlaat. De VEB weet als geen ander hoe deze transacties in het verleden (zouden) zijn verlopen aangezien deze Vereniging van Effectenbezitters over deze aankopen op één of andere wijze kennelijk stemrecht verkregen had. Het had op de weg van de AFM gelegen hierover bij hen navraag te doen. (Dit stemrecht kan immers niet anders dan met machtiging van de eigenaar door de VEB zijn uitgevoerd – aangenomen dat de (cliënten van) VEB niet zelf op enigerlei wijze eigenaar (waren) was). De individuele leasecliënten zijn niet geïnformeerd, weten van niets en hebben nooit een machtiging aan wie dan ook hiertoe verstrekt. Men deed voorkomen alsof de effectenleasecliënten de bezitters van de door Dexia aangekochte effecten waren overeenkomstig contract en wetgeving en voor hen stemrecht werd geregeld. Toch zien we net als in het AFM Deskundigenbericht dat ook het VEB Verenigingsnieuws overduidelijk aangeeft wie de toenmalige eigenaar van de aandelen was. Legio-Lease nu Dexia.
“De VEB verzorgt in dat kader dit katern in Legio Nieuws en oefent het stemrecht in aandeelhoudersvergaderingen uit op de aandelen, die Legio-Lease namens haar klanten houdt.”
Zij zijn dus niet op naam van de individuele effectenleasecliënten geleverd. Het niet terstond verzenden van transactienota’s van aankoop en/of verpanding aan de effectenleasecliënten is een verdere aanwijzing dat er nooit effecten op hun naam in het verzameldepot zijn bijgeschreven en aan hen is ‘geleverd’. Dit is namelijk een wettelijk vereiste. (Art. 25 lid 1 en 2 Wge). Ook hierom al is een wettelijke uitlevering (uit het verzameldepot) aan hen bij volledige voldoening van de financiële verplichtingen (vanwege voorwaardelijke levering) niet eens mogelijk.

Structuur contracten.
De structuur van de leasecontracten en de uitvoering ervan was voor 23 april 1998 al verkeerd alsook de stroom dividendgelden dienaangaande. Voorheen werden de effecten kennelijk al niet op naam van de effectenleasecliënt in het verzameldepot en bijbehorende administratie bijgeschreven. Dit was echter al een dwingend wettelijk voorgeschreven verplichting.
(zie brief van Legio Lease 23 april 1998 ‘Optimalisering cliëntenbescherming’. http://www.platformaandelenlease.nl/Documenten/opti.htm )

Dividendgelden, aanschaf opties en pandrecht
De aankoop/levering met verstrekking van pandrecht was toen ook al niet aan hen op de juiste wijze verricht Bij veel contracten werden dividendgelden ingehouden voor de aanschaf van opties. Van dit cashgemaakte (stock)dividend (de keuze werd later wel gevraagd) hebben de effectenleasecliënten nooit een kennisgeving (transactienota) ontvangen. Het lag op de weg van de AFM om dit alles vanuit de veranderde situatie te onderzoeken. Van het hele optiegebeuren is (vrijwel) niets vermeld in het AFM-deskundigenrapport. Terwijl dit toch een belangrijk gegeven is in verband met de vraag op welke wijze aandelen ten behoeve van effectenleasecliënten zijn aangeschaft. Bij de Winstverdriedubbelaar zou het in één keer kopen van alle drie pakketten aandelen tegelijk zijn toegepast. Het tweede en derde pakket bleven dan bij Legio Lease op de plank liggen tot de leasebeleggers er volgens het tweejarenplan recht op krijgen. In dit scenario dat volgens een anonieme ingewijde ook bij Legio Lease is voorgekomen, worden echter helemaal geen opties gebruikt. Het inhouden van dividend zou in deze gevallen dus helemaal onterecht zijn. In een interview wordt door een woordvoerder van Dexia in tegenstelling hiermee opgemerkt:
"Verder zijn er inderdaad optieconstructies toegepast door Dexia, onder meer om de klanten in de gelegenheid te stellen om gedurende een bepaalde periode bepaalde aandelen tegen telkens dezelfde prijs te kopen." - Dexia betwist onjuist optiegebruik VVP WEEKBLAD VOOR FINANCIELE DIENSTVERLENERS 38 - 15 SEPTEMBER 2004
http://www.platformaandelenlease.nl/Nie ... 004VVP.htm
Onder de kop 'Dexia zwijgt over geschreven putopties' berichtte het Financieele Dagblad in januari 2003 eveneens dat een aantal van de omstreden leaseproducten met derivaten in elkaar is gezet. In het artikel wordt een rechtszaak aangekaart waarin naar voren kwam dat de maatschappij onder meer voor de Winstverdriedubbelaar putopties heeft geschreven die niet in het belang zijn van de leasebeleggers. Na verloop van tijd zou Dexia voor een ander scenario hebben gekozen.
Niet alleen Dexia zwijgt over geschreven putopties. Ook de AFM-onderzoekers doen er het zwijgen toe en is er niets in het rapport over terug te vinden. Vandaar dat wij menen dat het Gerechtshof van het bewuste artikel op de hoogte gebracht moet worden. Daarom wordt dit hier integraal vermeld.
OPTIEWEEK
Dexia zwijgt over geschreven putopties
Publicatiedatum: 4/1/2003
Prisco Battes

Opties zijn niet alleen populair bij beleggers die speculeren op koersbewegingen. Als instrument zijn ze ook geschikt om beleggingsproducten mee te maken. Zo zijn garantiefondsen uit opties opgebouwd en ook een aantal leaseproducten, waarover Dexia en de stichting Leaseverlies de degens kruisen, zijn met derivaten in elkaar gezet.

Van de tientallen Legio Lease producten die sinds 1990 zijn aangeboden, is de Winstverdriedubbelaar veruit het meest verkocht. Dit beleggingsproduct is met behulp van opties in 1996 in de markt gezet en heeft snel aan populariteit gewonnen dankzij de aanhoudende koersstijgingen. In januari 1996 staat de AEX-index op zo'n 225 punten. Aan het eind van de 'haussanna' halverwege het jaar 2000 bereikt de AEX de 700 puntengrens.

De aanbieders van de Winstverdriedubbelaar kopen voor beleggers gedurende een periode van twee jaar drie pakketten met aandelen. Het eerste pakket wordt aan het begin van de periode gekocht. De overige twee in een later stadium tegen de koers van het eerste pakket. Aangezien de koersen in deze tijd alleen maar stijgen, is dit voor veel beleggers een aanlokkelijk perspectief. Zelfs al geschiedt de aankoop met geleend geld waarover ongeveer 12% rente moet worden betaald.
In de rechtszaak die de stichting Leaseverlies tegen Dexia heeft aangespannen, is een van de bezwaren dat Legio Lease zonder goede reden dividend heeft ingehouden. Dexia stelt dat het dividend is gebruikt om de vereiste optiepremies te kunnen betalen. Op het eerste gezicht lijkt dit logisch, maar bij nadere aanschouwing klopt er iets niet.

Bij de Winstverdriedubbelaar wordt het eerste pakket op de aandelenbeurs gekocht. Met behulp van callopties wordt vervolgens het recht gereserveerd om na een en twee jaar een zelfde pakket te kunnen kopen tegen de koers van het eerste pakket. De premie voor de calls die hiervoor is verschuldigd, kan ongeveer worden weggestreept tegen de ingehouden dividenden.

Tegelijk heeft Legio Lease echter naar het zich laat aanzien putopties geschreven (verkocht) die premie opleveren. Deze puts hebben dezelfde uitoefenprijs als de calls, zodat de hoogte van de ontvangen premie ongeveer gelijk moet zijn aan de kosten die voor de gekochte calls zijn gemaakt. Dit heeft te maken met de zogeheten call-put-pariteit die optiehandelaren voor hun modellen gebruiken. Het dividend dat is ingehouden hoefde daardoor waarschijnlijk niet meer te worden gebruikt om de premie te betalen, maar kon naar eigen inzicht worden benut.

Tegelijk is het schrijven van de puts niet in het belang geweest van de leasebeleggers. Want bij een eventuele koersdaling konden zij niet profiteren van een lagere instapkoers. De tegenpartij die de puts heeft gekocht zal deze immers uitoefenen zodat de leasebelegger de aandelen geleverd krijgt tegen een hogere koers dan op dat moment op de beurs wordt betaald.

Dat dit laatste tot de mogelijkheden behoort lijkt volgens advertenties van Legio Lease te zijn ingecalculeerd. Nadrukkelijk wordt gewezen op 'het recht en de plicht' om na een en twee jaar tegen dezelfde aankoopprijs als het eerste pakket aandelen te kopen. De plicht lijkt te verwijzen naar de geschreven putopties.

Een alternatieve manier om een product als de Winstverdriedubbelaar te maken, is het in een keer kopen van alle drie pakketten aandelen tegelijk. Het tweede en derde pakket blijven dan bij Legio Lease op de plank liggen tot de leasebeleggers er volgens het tweejarenplan recht op krijgen. In dit scenario dat volgens een anonieme ingewijde ook bij Legio Lease is voorgekomen, worden echter helemaal geen opties gebruikt. Het inhouden van dividend zou in deze gevallen dus helemaal onterecht zijn. Dexia was vrijdag niet in staat om te reageren. Volgens een persbericht zijn alle argumenten van de leasebeleggers ongegrond.

Copyright (c) 2003 Het Financieele Dagblad
http://web.archive.org/web/200305080646 ... /id170.htm
De effectenleasecliënten zijn door ‘Dexia’, zonder dat zij dit hebben kunnen onderkennen, met het gebruik van deze zeer risicovolle optieconstructies (combinatie gekochte call- met geschreven putoptie) of wel soortgelijke lange termijn contracten, in een zeer gevaarlijke financiële situatie gebracht.

Zie de uitleg over het hoe en waarom in het artikel: "Met futures meer toekomst?" Het resultaat van deze hier besproken optie (Futere of de ‘Over The Counter’variant Forwards) is vergelijkbaar met die van de WinstVerDrieDubbelaar. Datum van plaatsing: 13 juni 2001, Het artikel komt van de hand van mr H. Bouter en K.P. Breukelaar die beide partner zijn van Capital Consult & Coaching in Amsterdam-Zuidoost. (Direct na plaatsing op het Internet met verwijzing naar dit artikel is het artikel verwijderd op de site van http://www.capitalconsult.nl/ en was de site van FiscAlert down en later beperkt toegankelijk).
Het bewuste artikel is nog op het Internet te vinden op onderstaand adres: http://web.archive.org/web/200305080646 ... /id170.htm
Dit artikel is eerder verschenen in FiscAlert nr 6, juni 2001

FiscAlert Magazine is een product van Legio-Lease onder de bedrijfsnaam Legio-Service B.V.
Het geheel afwentelen op hun klanten van deze grote risico's zoals in dit artikel uiteengezet moet 'Dexia' bijzonder kwalijk worden genomen. Het was de plicht van de AFM geweest naar het gebruik van deze risicovolle optieconstructies te kijken en te onderzoeken en er melding van te maken. Zoals dat nu gebeurd is absoluut onvoldoende.
Zie ook:
HET GEBRUIK VAN LANGETERMIJN-OPTIES ZOALS FUTURES VOL MET VOETANGELS EN KLEMMEN.
http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#257056

Waarborgen en (extra) verpanding
In de eerder aangehaalde brief van Legio Lease 23 april 1998 ‘Optimalisering cliëntenbescherming’ wordt ook het e.e.a. geschreven over de registratie van de aandelen en juridische waarborgen voor de cliënt. Uit deze brief blijkt dat voorheen dit niet goed geregeld was. De AFM gaat, en naar onze mening onterecht, niet in op onze stelling dat een extra verpanding van aandelen door Dexia niet zonder meer mogelijk is. Toch heeft een tussentijdse (extra) verpanding aan SPV’s van Dexia eigenmachtig plaatsgevonden. Dit heeft de AFM weliswaar van Dexia vernomen maar hecht daar in hun rapport geen verdere betekenis aan. Daarom zal het Gerechtshof nu zelf op wettelijke gronden moeten beoordelen of deze handelwijze een juiste is (geweest).

Compromitterende zaken bij Bank Labouchere
Een andere feitelijke bijzonderheid is het verdonkeremanen van contracten met belangrijke cliëntgegevens en schadeloosstelling van betrokkenen door Bank Labouchere tijdens een dreigende crisis met aangifte bij DNB door hun toenmalige interne accountant (Hans Duivenvoorde). Alsook het zwijgen over het daarop volgende onderzoek door De Nederlandse Bank (DNB). Zie hierover het compromitterende artikel uit Quote nummer 205 april 2003: “De listen van Labouchere” http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/DeListen.htm
(ook beschouwd in: Gedupeerden aandelenlease vergelijkbaar met afslachten jonge zeehondjes? http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#310814 )

In “De listen van Labouchere” wordt geschreven over het aandelenlease-demasqué, de ontmaskering van verkopers van risicovolle beleggingsproducten van bank Labouchere die tonnen verdienden aan de naïviteit van klanten, totdat deze ineens moesten bijbetalen. Specifiek wordt melding gemaakt dat er binnen het bedrijf een paar dappere klokkenluiders, die op straffe van ontslag, anoniem en gewapend met dossiers het drama Dexia van binnenuit vertellen.
“Het beeld dat naar voren komt is dat van hoogmoed, hebzucht en gewetenloosheid. Labouchere-verkoopchef Jack Troost heeft op zijn bureau een bordje geplant met daarop een mantra van vijf woorden: the sky is the limit. “Hij nam geen genoegen met minder. Hij was enthousiast en charmant en stimuleerde tussenpersonen nog meer te verkopen”, melden ingewijden. Alles staat in het teken van geld verdienen en het verkopen van polissen, het liefst zo risicovol mogelijk, want dan zijn de marges het hoogst. Poorter: ”Op sommige contracten konden tussenpersonen 16.8 procent provisie scoren”.”
In hetzelfde artikel is te vinden dat intern de leiding van Labouchere al is gewaarschuwd voor fatale gevolgen bij de leaseconstructies wanneer de beurs instort.
"(..) Intern wordt er af en toe gewezen op de kans van instortende beurzen en op fatale gevolgen daarvan. Ami Krol, nu marketingmanager bij effectenbank Stroeve, spreekt directeur Troost aan op mogelijke risico’s Vooral de leaseconstructies, waarbij met geleend geld aandelen worden aangeschaft, trakteert hij op zure recensies.(..)”
Ondanks intern aangevoerde oplossingen heeft de leiding afgezien van het alsnog afdekken van de te verwachten financiële strop.

Belangrijke artikelen en uitspraken zijn o.a.nog:
http://www.rtl.nl/(/financien/rtlz/doss ... se2004.xml (a.u.b.overnemen in adresbalk browser)

"Dexia-top negeerde advies om leaserisico af te dekken"
(telegraaf 12 augustus 2004) Het bewuste advies werd volgens bronnen uitgebracht door Jan Walter, destijds risicomanager bij Dexia.
http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/12082004.htm
"Volgens een ex-bestuurder van Labouchere, dat na de verkoop door Aegon in 2001 samen met zakenbank Kempen & Co fuseerde tot Dexia Bank Nederland, hebben bestuurders van de bank consequent adviezen om de financiële risico’s in te perken naast zich neergelegd. Inmiddels heeft het concern € 500 miljoen uitgetrokken voor financieel zwakkere klanten die hun schulden niet kunnen afbetalen. Daarnaast zijn er tienduizenden klanten die hun schuldpositie aanvechten...."
"Kritiek oud-Dexia-topman sterkt Lease-beleggers"
Het Financieele Dagblad Publicatiedatum: 4/2/2003
http://www.fd.nl/ShowKrantArtikel.asp?C ... lId=432773
'Dat is echt een hausseproduct', aldus Krant over effectenlease. 'Maar de beurs gaat niet altijd omhoog. Als je verstandig bent, breng je geen product met zo'n korte tijdshorizon en zo'n hoog afbreukrisico. Want je weet dat dat fout kan aflopen.' De problemen rond de leaseproducten van Legio hebben uiteindelijk tot het vertrek van Krant geleid [1 december 2002]: 'Ik zei op een gegeven moment: ik wens hier niet meer verantwoordelijk voor te zijn. Ik ga dit niet zitten verdedigen.'"
(zie ook FD "Ex-Dexia topman Krant: de rek was eruit na Legio-claim Publicatiedatum: 1/2/2003) http://www.fd.nl/ShowRedactieNieuws.asp ... ntId=10944

Kwalijke zaken die gemeld moeten worden
Van belang uit dit gehele verontrustende verhaal met name beschreven in “De listen van Labouchere” is echter de moraliteit van zowel tussenpersonen als de bank(managers) van Bank Labouchere zelf .
“Verschillende tussenpersonen gaan, jagend op het rijkdomfantoom al snel over de schreef. In 1999 verwijdert Labouchere de Haagse tussenpersoon. Han Panhuyzen uit zijn bestand, omdat uit een boekenonderzoek blijkt dat hij valse contracten heeft getekend. De verschroeiend ambitieuze verkoper heeft spaarplannen geadresseerd op niet bestaande postcodes. De zaak blijft nog net binnenskamers.
Als interne accountant Hans Duivenvoorden met aangifte dreigt bij de Nederlandsche Bank (DNB), de bancaire controleur, pacificeert Troost de waakzame werknemer met een vage belofte. “Hij zei dat hij ernaar zou kijken, maar hij deed niks”, vertelt een betrokkene. Duivenvoorden verbreekt de verbinding als hem om opheldering wordt gevraagd.
Even later start de DNB uit eigen beweging een routineonderzoek naar aanleiding van geruchten over mogelijke onregelmatigheden.
Troost schrikt en laat subiet dubieuze contracten uit het bestand vissen en vernietigen ; Hij geeft vervolgens opdracht klanten hun geld terug te geven en kondigt zwijgplicht af,
“ik zeg dus niks. Ga maar naar persvoorlichting”, verklaart Troost nu.
Edwin Weerdenburg, de keurige klerk die namens DNB onderzoek verricht, wil ook niet ingaan op de zaak…”[drs. E.W.R. Weerdenburg RA, Werkzaam bij Directoraat Toezicht De Nederlandsche Bank N.V.]
Als Verweerders kunnen wij wel begrijpen dat al deze zaken liever binnenskamers worden gehouden en dat de Nederlandse Bank (DNB) en vooral de AFM nu niet genegen is verder onderzoek naar deze praktijken te doen.(Gezien hun eenzijdige wens net als dhr.Duisenberg – de vroegere baas van De Nederlandse Bank - zo snel mogelijk orde op zaken te stellen in de Nederlandse financiële markt). Niettemin zijn dit omstandigheden waarvan het Gerechtshof op de hoogte gesteld dient te worden.

Want, indien het zo erg gesteld is gezien het bovenstaande met de bereidheid van toentertijd (het management van) BankLabouchere om bij dreigend boekenonderzoek door De Nederlandse Bank (DNB) administratieve aanpassingen te maken en/of complete schrappingen van voor de bank confronterende zaken in de administratie uit te laten voeren geeft dit niet veel vertrouwen in de juistheid van de overige (overgenomen) gegevens van deze bank. In de spraakmakende rechtszaak tussen Dexia en AEGON heeft Dexia zelf ook al geklaagd over het achterhouden van gegevens bij de overname van Bank Labouchere dat toen nog onderdeel van AEGON was.

Dexia verwijt Aegon dat zij Dexia onvoldoende heeft geïnformeerd over de risico’s van aandelenlease. Met een beroep op dwaling wilde Dexia de acquisitie, waarvoor zij 900 miljoen euro heeft betaald, ongedaan maken. Tijdens de zitting zei de advocaat van Dexia:
“We zijn nog eens met een stofkam door de dossiers gegaan en we ontdekten een patroon van achterhouden van informatie door Aegon.
Alle zaken die wezen op de aanstaande problemen met aandelenlease zouden zijn weggemoffeld.
Zo kreeg Aegon al voor de verkoop van Labouchere een schrijven van de financiële toezichthouder met kritiek op de verkoopbrochures voor aandelenlease.(- Peter Paul de Vries Effect jaargang 2004 nummer 20)
http://www.veb.net/effect/effectartikel.php?newsnr=2485

Zie ook: Beursbaas hekelde Legio Lease 09-07-2003 Gevaren aandelenlease al in 1998 bekend
van onze verslaggevers Douwe Douwes Merijn Rengers AMSTERDAM - Bron: De Volkskrant
http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/09072003.htm of
http://www.leaseverlies.nl/index.php?pa ... php?nid=32

Aegon: Dexia wist wel van gevaar Legio-Lease
In de eerste Nederlandse rechtszaak waarin het ongedaan maken van een miljardenovername wordt geëist, ontkende Aegon gisteren dat het Dexia heeft bedrogen bij de verkoop van Legio-Lease in 2000.
Volgens verzekeraar Aegon zijn er aanwijzingen dat het Belgische Dexia voor de aankoop wist van gebreken bij Legio-Lease, een aanbieder van aandelenleaseproducten. Na een boekenonderzoek in maart 2000 vroeg Dexia extra garanties van Aegon over de rechtmatigheid van het reclamemateriaal van deze producten.
Hoewel Aegon de garanties weigerde, bleef Dexia geïnteresseerd. In augustus 2000 kocht Dexia voor ruim euro900 mln het moederbedrijf van LegioLease, Labouchere.

Verslag rechtszitting: Dexia: 'Zonder ons was Aegon nu failliet'
15-09-2004 Het financieele dagblad
Bron: http://www.beursklacht.nl/toondetails.p ... MED&ID=451

Brief van de beursdirecteur George Möller door top Legio-lease genegeerd en weggemoffeld
http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#242452

Leaseverdriet: Dexia voelt zich bedrogen door Aegon
http://www.rtl.nl/(/financien/rtlz/nieu ... uchere.xml
( a.u.b overnemen in adres browser)

Dan is er nog het feit dat de AFM zelf heeft geconstateerd dat één of meer aanbieders de cliënten niet tegen de beste prijs heeft/hebben afgerekend. In het AFM Deskundigenbericht wordt er met geen woord meer over gerept. Dit zijn toch belangrijke ontwikkelingen geweest die het Gerechtshof in het kader van de aankoop en behoud van aandelen gemeld moet worden.
(..)De conclusies van de Autoriteit Financiële Markten zoals die op donderdag 23 oktober [2003] bekend worden gemaakt, blijken niet mals: de consument is op zijn zachtst gezegd bedot. Het reclamemateriaal was ondeugdelijk, er werd geen onderzoek gedaan naar de financiële achtergrond van mensen die het 'product' aanschaften en er is wel degelijk - anders dan de Erasmus Universiteit beweerde - met beurskoersen geknoeid.

'De AFM heeft geconstateerd dat één of meer aanbieders de cliënten niet tegen de beste prijs heeft/hebben afgerekend,' schrijft de AFM in nette juristentaal. Om welke aanbieders het precies gaat (Aegon, Dexia, DSB, Fortis, ING, Levob, Ohra, of SpaarSelect), maakt de AFM nu eenmaal nooit openbaar.

Maar Het Financieele Dagblad onthult op woensdag 5 november [2003]op de voorpagina wat iedereen in de financiële wereld al vermoedt. Bij het beursgeknoei gaat het inderdaad om LegioLease, de 'winstverdriedubbelaar', tevens 'marktleider' van het omstreden 'leaseproduct'. De tienduizenden klanten van Legio Lease werden hogere bedragen in rekening gebracht dan erin werkelijkheid voor de aandelen door Legio Lease op de beurs was betaald. Bij verkoop kregen ze juist een lagere beurskoers uitbetaald. Zo creëerden de beurshandelaren van Legio Lease een 'eigen winstpotje', uiteraard op kosten van de beleggers, aldus het FD. (..)

(..)‘Dexia lijkt niet meer in te staan voor de integriteit van Legio-Lease/Bank Labouchere. Volgens Het Financieele Dagblad heeft de bank zelf het beursgeknoei bij de AFM opgebiecht.
Het past in de jongste strategie van Dexia de schuld van de LegioLease-ramp in de schoenen van verzekeringsmaatschappij Aegon te schuiven, van wie Dexia in '2000 de 'winstverdriedubbelaar' overnam.’(..)
- 'Legio Lease is bepaald geen jofele tent' - Vrij Nederland nummer 48, 29 november 2003.
http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/29112003.htm
AFM Dossier aandelenlease
http://www.afm.nl/marktpartijen/default ... entId=3623

Rapport AFM over aandelenleaseproducten 24-10-2002
http://www.afm.nl/marktpartijen/default ... entid=2505

Met het rapport 'Aandelenlease: niet bij rendement alleen' wil de Autoriteit Financiële Markten (AFM) - als gedragstoezichthouder op de financiële markten - de consument informeren over de mogelijke gevolgen van het beleggen met geleend geld. In dit rapport analyseert de AFM een fictieve elementaire vorm van effectenlease, vergelijkbaar met de meest verkochte leasevorm in de periode 1989 - 2000. In het rapport wordt onderzocht welke kenmerken het product heeft en wat de beleggers ervan kunnen verwachten in termen van risico en rendement.

In het kort luiden de conclusies dat de kans op een restschuld het grootst is bij kortlopende contracten, dat het wegvallen van het fiscale voordeel deze kans heeft vergroot en dat de kans op een break-evenrendement voor de consument zeer nuttige informatie zou zijn bij de beslissing om een dergelijk product aan te schaffen.
De AFM benadrukt dat zij zich in dit rapport niet specifiek wil richten op één product of één aanbieder. De AFM kiest voor het in detail uitwerken van een voorbeeld om in algemene zin te illustreren wat de kenmerken en de te verwachten prestaties zijn van leaseproducten. De AFM heeft begin december 2001 publiekelijk gewaarschuwd voor de te verwachten prestaties van aandelenleaseplannen.
U kunt het rapport 'Aandelenlease: niet bij rendement alleen' hier in pdf-formaat downloaden. Het downloaden kan afhankelijk van uw internetverbinding enige tijd duren.

Bank Labouchere benadeelde klanten van dochter Legio
Het Financieele Dagblad 05-11-2003
http://www.platformaandelenlease.nl/Nie ... 2003FD.htm

“AMSTERDAM - Bank Labouchere heeft klanten van dochter Legio Lease jarenlang te veel in rekening gebracht bij het kopen van aandelen voor leasepakketten. Legio was hiervan niet op de hoogte. Labouchere-handelaren pompten hiermee de resultaten van hun afdeling op.(..)”
Het was niet alleen AEGON/Legio(Lease)/Bank La bouchere/Dexia Ook tussenpersonen die leaseproducenten van Dexia verkochten waren vertrouwd met de manier waarop dingen achtegehouden dan wel verzwegen moesten worden.
- Leaseverkoper getraind in verzwijgen risico http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/15062005.htm

‘De Autoriteit Financiële Markten maakte onlangs bekend tussenpersoon Spaar Select te hebben beboet wegens ongeoorloofde telefonische verkoop van onder meer aandelenleaseproducten. Een voormalig Spaar Select-manager met wroeging legt uit hoe de verkoopmethode was opgebouwd’ (Spaarselect verkocht o,a, leaseproducenten als Dexia, Aegon en Fortis)

De strategie van wegmoffelen werd ook bij Dexia vergaand doorgevoerd waarbij o.a. samenwerkende intermediairs door Dexia werden aangeschreven al hun materiaal van Dexia te vernietigen. Onderstaand staat een kopie van de afscheidsbrief van Dexia naar een aan het met haar samenwerkende intermediair.

- Ook Dexia wil alles wegmoffelen http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#244275
- Overzicht forums/LegioLease/Afscheidsbrief Dexia
http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... heidsbrief

Afscheidsbrief van Dexia aan het met haar samenwerkende intermediair
Amsterdam, 24 november 2004

Geachte heer

Zoals u in augustus 2004 in de media hebt kunnen vernemen is Dexia Bank Nederland gestopt met

haar commerciële activiteiten. Deze brief beschrijft de aanleiding en de gevolgen voor u en uw relaties.

Aanleiding stopzetten commerciële activiteiten
De niet aflatende negatieve beeldvorming omtrent Dexia Bank Nederland naar aanleiding van het effectenleasedossier noopt ons geen verdere commerciële retail-activiteiten te ontplooien. Onze goede producten en dienstverlening konden deze overweldigende tegenstroom helaas niet keren.

Gevolgen voor u als intermediair
Het stopzetten van onze commerciële activiteiten betekent dat het verkopen van onze producten aan nieuwe klanten niet meer mogelijk is. De Overeenkomst Cliëntenremisier wordt middels deze brief opgezegd. Het stopzetten van de verkoop betekent dat u hiervoor derhalve ook geen additionele inkomsten meer kunt genereren. Het spreekt voor zich dat wij dat voor u en voor ons zelf graag anders hadden gezien.

Gevolgen voor uw klanten
Reeds per 15 oktober 2004 zijn door Dexia Bank Nederland geen nieuwe klanten meer geaccepteerd. Bestaande klanten zullen vooralsnog geserviced worden overeenkomstig de van toepassing zijnde voorwaarden.

Tot Slot
Wij verzoeken u vriendelijk om al het Dexia-materiaal dat u nog in uw bezit heeft terug te sturen dan wel te vernietigen. Hierbij gaat het zowel om het commerciële promotiemateriaal als de inschrijvingsformulieren. Zodoende voorkomt u mogelijke misverstanden.

Zoals reeds eerder aangegeven: wij betreuren bovenstaande boodschap te moeten communiceren, maar zien geen andere mogelijkheid.

Wij vertrouwen erop dat u zich kunt vinden in de strekking van deze brief.

Met vriendelijke groet,
Dexia Bank Nederland


Raad van Bestuur Dexia Bank Nederland N.V.

De AFM onderzoekers zouden vanwege de omschreven en andere onoorbare aangelegenheden bij Legio (Lease) /Bank Labouchere zeker op hun hoede moeten zijn tijdens hun onderzoek of de aandelen ten behoeve van de leasecliënten in die periode wel op contractuele en wettige wijze zijn aangeschaft (geleverd volgens art 17, 20 en 25 Wge) en behouden. De compromitterende zaken zouden in ieder geval aan het Gerechthof (door de AFM Deskundigen) gemeld horen te worden.
Het kost geen enkele moeite artikelen in diverse media te vinden die hierover wel iets vermelden.

Deze reactie op het Definitieve AFM Deskundigenbericht dient als aanvulling op het reeds in eerder stadium in het concept ervan via het Gerechtshof gemelde beschouwd te worden.

Met vriendelijke groet,

Okerene
Laatst gewijzigd door Okerene op 26 feb 2007 14:31, 1 keer totaal gewijzigd.

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Bijzondere betekenis Wet giraal effectenverkeer bij levering van aandelen

De (af) levering van aandelen
Van belang is verder om vast te stellen dat ook bij huurkoop van aandelen de huurverkoper in staat is om aan zijn leveringsverplichring te voldoen 19. Ingeval van koop met een eigendomsvoorbehoud wordt ex art. 7:9 lid 3 BW onder afleveren verstaan het stellen van de zaak in de macht van de koper. Deze bepaling is ingevolge art. 7:47 BW ook van toepassing op vermogensrechten en dus ook op effecten. Voor de wijze van levering van effecten komt bijzondere betekenis toe aan de Wet giraal effectenverkeer.

Deze wet vervangt het stelsel van materiële levering van effecten door een stelsel van giraal effectenverkeer.

Daarmee voorziet deze wet in een bijzondere wijze van levering van een aandeel in een gemeenschap. Art. 17 Wge bepaalt dat levering van effecten plaats heeft door middel van bijschrijving op de naam van de verkrijger in de administratie van de aangesloten instelling. Deze bijschrijving is de enige mogelijke levering, de bezitsverschaffing speelt daarmee voor de levering geen enkele rol meer 20. Het 'in de macht brengen van de koper' dient aldus zo te worden verstaan dat de vereiste bijschrijving plaatsvindt zodat daarmee de lessee economisch eigenaar wordt van de effecten (en dus ook het risico draagt van de waardeveranderingen).
De bijzondere wijze van levering van effecten staat dus er niet aan in de weg dat deze voorwaardelijk overgedragen worden ter uitvoering van een effectenleaseovereenkomst 21.


19. Vgl. Frank Jaspers en Kasper Krzeminski, Huurkoop of Duurkoop, Kan de aandelenleaseovereenkomst worden, gekwalificeerd als huurkoop?, Aa 53 (2004) 6, pagina 394; terecht tellen deze schrijvers vast dat aflevering geen vereiste is voor een overeenkomst van huurkoop doch slechts een kenmerk.
http://www.platformaandelenlease.nl/Doc ... urkoop.pdf

20. Asser-Mijnssen-De Haan, no. 461; RB. Rank-Berenschot, Het WGE-aandeel: een recht op naam van eigen aard, in: Onderneming en Effecten, Serie Onderneming en Recht deel 13, 1995, pagina 149 e.v.

21. Zie evenwel E.M. Van Ardenne-Stachiw, De voorwaardelijke overdracht van effecten in de zin van de Wet giraal effectenverkeer, in: Onderneming en Effecten, Serie Onderneming en Recht deel 13, 1995, pagina 169 e.v. Van Ardenne signaleert een probleem bij het uitblijven van de opschortende voorwaarde en het intreden van de ontbindende voorwaarde. In het gesloten systeem van art. 17 Wge zou de lessor niet van rechtswege weer deelgenoot worden doch een afzonderlijke leveringshandeling (bijschrijving) vereist zijn. De ruime derdenbescherming die de Wge biedt zou zich hiermee niet verdragen. Daarnaast speelt de vraag of voor voorwaardelijk overgedragen effecten een apart verzameldepot moet worden gevormd. Deze bezwaren hangen echter niet samen met de hier besproken kwalificatie van een aanddenlease-overeenkomst.


Bij aandelenlease is het de bedoeling van partijen om zodanige koerswinsten te realiseren dat aan het einde van het contract de aandelenportefeuille kan worden aangewend om de schuld af te lossen. Dit betekent dat de lessee dan ook moet kunnen beschikken over de waarde van de aandelen. Een aandelenlease-overeenkomst zal dan ook altijd de strekking hebben van huurkoop. Met het intreden van de opschortende voorwaarde (betaling van de leasetermijnen) wordt de lessee onvoorwaardelijk rechthebbende. Een afzonderlijke leveringshandeling is daartoe niet vereist 24. Niet relevant is of de lessee al dan niet opteert voor verkoop van de aandelen. De lessee is immers [door volledige (af)betaling] al juridisch eigenaar 25.



24. TM, Parlementaire Geschiedenis Boek 3, pagina 186.
25. Vgl. Breken, a.w., pagina 631.

Bron: WPNR: Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie
De kwalificatie van een aandelenlease-overeenkomst;
huurkoopovereenkomst of overeenkomst sui generis

Mr. J.F. Verheijen
http://www.platformaandelenlease.nl/Doc ... elWPNR.htm


Men kan er wettelijk niet (meer) omheen. Het bovenstaande zal beslist van grote invloed (moeten) zijn in de beoordeling door het Gerechtshof over de gegevens die het heeft ontvangen uit:


Definitief deskundigenbericht AFM Inzake Effectenleaseproducten - Dexia Bank Nederland N.V. (9 november 2006)

http://www.rechtspraak.nl/NR/rdonlyres/ ... rtage1.pdf

Alsook uit de diverse reacties van Verweerders daarop:

Documenten Samenwerkingsverband
bestaat uit een aantal belangenbehartigers, advocatenkantoren en juridische dienstverleners, waaronder de Stichting Platform Aandelen Lease en Leaseproces.
Bron: http://www.duisenbergverweer.nl/documenten
  • • Reactie Samenwerkingsverband n.a.v. de Dexia reactie op het definitieve rapport AFM 1 december 2006

    • Reactie Samenwerkingsverband op het definitieve rapport van de AFM 24 november 2006

    • Definitief rapport AFM 9 november 2006

    • Reactie samenwerkingsverband op concept rapport AFM 13 oktober 2006

    • Verslag hoorzittingen 16t/m 19 mei 2006

    • Concept Rapport AFM dd 28 september 2006

    • Beschikking Gerechtshof Amsterdam van 20 juni 2006. AFM aangewezen voor onderzoek naar aankoop effecten door Dexia

    • Antwoord op 12 juni aan het hof omtrent de beschikking van het hof van 2 juni 2006

    • Beschikking hof n.a.v. de hoorzittingen van 16 t/m/ 19 mei 2006

    • Verweerschrift samenwerkingsverband i.v.m. het verzoek tot verbindend verklaren van de Duisenberg regeling

    • De Wet collectieve afwikkeling massaschade
Stichting Platformaandelenlease (PAL)
Definitieve reactie van PAL op AFM rapport over aankoop van aandelen
Eindrapport AFM : Aankoopbewijzen aandelen niet aangetroffen
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/EindrapportAFM.htm

Voorlopig AFM rapport éénzijdig onderbouwd met aannames maar zonder bewijzen
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/Rea ... rapprt.htm

Persbericht:AFM misleidend in conclusie na onderzoek naar aandelenaankoop door Dexia
Bron: http://www.perssupport.nl/Home/Persberi ... emId=85451

Leaseproces
Waarom Leaseproces tegen de Duisenberg-regeling is (Pleitnotities Mr G. van Dijk)
Bron: http://leaseproces.nl/brieven/pleitnota.pdf

Vereniging Payback/ Beursklacht.
Reactie inzake definitieve deskundigenbericht
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/printer_fr ... 2&MID=1016

Reactie van Beursklacht/Payback naar aanleiding van reactie van Dexia
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/printer_fr ... 2&MID=1017

Persbericht: Payback stelt dat Dexia haar klanten heeft opgelicht
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/forum_posts.asp?TID=445

Nieuwsflits, Dexia-proces inzake WCAM
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/forum_post ... ID=92&PR=3

WCAM Tussenbeschikking Reactie Vereniging Payback/Beursklacht
Bron: http://www.pay-back.nl/WCAMReactieTussenbeschikking.asp

Advocatenkantoor Bosman
Twijfel objectiviteit AFM bij uitbrengen deskundigenbericht aan Gerechtshof.
Bron: http://www.bosman-advocaten.nl/ext_file ... 20AFM1.pdf


Met vriendelijke groet,

Okerene
Laatst gewijzigd door Okerene op 31 jan 2007 10:28, 2 keer totaal gewijzigd.

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Overzicht rond de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam
over de Duisenberg regeling


Vooraf aan de uitspraak:

15-Augustus-2005 De WCAM: nieuwste troef van Dexia?
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/forum_post ... D=261&PN=1

Persbericht Vereniging Consument & Geldzaken (http://www.geldwijs.nl/ )
[Ook] Consument & Geldzaken verweert zich tegen algemene gelding van magere Duisenberg-schikking in Dexia aandelenlease-affaire
Bron: http://leaseproces.nl/kranten/geldwijs.html
.
15 mei 2006 Persbericht Leaseproces. Ernstige bezwaren tegen verbindend verklaren Duisenbergregeling
Bron: http://www.perssupport.nl/Home/Persberi ... ganisation

Beslissing schikking Dexia in januari/ Morgen zullen we het weten
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/php ... 29&start=5

24 januari 2007 Ontknoping in affaire rond Dexia
Bron: http://www.volkskrant.nl/anp/anp_thema/ ... 391174.ece
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/24012007.htm

25 januari 2007 Persbericht van Leaseproces
Vandaag startschot voor de finale ronde in de Dexia-affaire
http://www.platformaandelenlease.nl/php ... 9&start=12

De uitspraak

25 januari 2007 De uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam over de Duisenberg regeling:
Bron: http://www.rechtspraak.nl/ljn.asp?ljn=AZ7033

Diverse reacties op de uitspraak van het Hof over de Duisenberg regeling :

26 januari 2007 Reactie rechtbank Amsterdam op Duisenberg-beschikking Hof
Bron: http://www.rechtspraak.nl/Actualiteiten ... ng+Hof.htm

Leaseproces Nieuws en Mededelingen
Bron: http://leaseproces.nl/dexia/nieuws/

Een overzicht van media berichten na de uitspraak van het Hof over de Duisenberg regeling :
Bron: http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#581364

Aanverwant Nieuws:
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/

Platform aandelenlease
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/Dui ... pr_hof.htm
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/php ... 67&start=2
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/php ... 9&start=14
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/Vee ... vragen.htm

30-1-2007 Rompelberg & Ruiter Advocaten. De WCAM-eindbeschikking en de gevolgen voor uw casus
Bron: http://www.rechten.nl/nieuws/nieuwsartikel.asp?id=68

Payback
Payback stelt dat Dexia haar klanten heeft opgelicht
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/forum_post ... =last#1000
Is er nog hoger beroep mogelijk na donderdag 25/1/2007 inzake WCAM
Bron: http://www.pay-back.nl/forum/forum_posts.asp?TID=464
NIEUWSFLITS Algemeen verbindend verklaarde Duisenberg-Regeling
Bron: http://forum.trosradar.nl/viewtopic.php ... ht=#584132

Leaseverlosser ( http://www.leaseverlosser.nl/home.php )
Reactie uitspraak Gerechtshof
Bron: http://www.leaseverlosser.nl/downloads/ ... htshof.doc
BESLISMODULE “DUISENBERG REGELING: DOEN OF NIET DOEN?”
Bron: http://www.leaseverlosser.nl/beslismodule.php

zondag 28 januari 2007 Herhaling van Buitenhof: Kijk vanaf tijdstip 39:40.
= >De onzekere toekomst van de kleine belegger
Bron: http://www.vpro.nl/programma/buitenhof/ ... /32954433/
- Een debat over de positie van kleine beleggers en de'zorgplicht' van grote banken en verzekeraars naar aanleiding van de uitspraak over de Duisenberg-schikking in het aandelenleasedrama Dexia. Met Ben Knüppe, voorzitter Dexia Bank Nederland, en Peter Paul de Vries, directeur van de VEB.
- Donderdag is er na vier jaar strijd een einde gekomen aan het aandelenlease-drama Dexia. Het Gerechtshof in Amsterdam heeft de zogenoemde Duisenberg-schikking algemeen bindend verklaard. Klanten die met geleend geld belegd hebben hoeven nog maar eenderde van hun restschuld te betalen. Het gaat om honderdduizenden beleggers. Versterkt deze uitspraak de positie van de kleine beleggers? En wat betekent het arrest voor de 'zorgplicht' van banken/verzekeraars als Dexia, Fortis, Aegon en DSB. Een debat met Ben Knüppe, voorzitter Dexia Bank Nederland en Peter Paul de Vries, directeur van de VEB.

29-01-2007 Uitzending Radar. Kies een uitzending uit ons archief:
Bron: http://www.trosradar.nl/PHP/broadcast/tv/307
Kies/ 29 januari 2007 / Bij items uit de uitzending: Uitspraak Dexia
-Onlangs is de lang verwachte uitspraak gedaan in de aandelenlease-affaire. Het gerechtshof boog zich over het verzoek om de Duisenbergregeling verbindend te laten verklaren. In de uitzending komen onder meer de consequenties van deze uitspraak voor de gedupeerden aan bod.

29-01-2007 Uitzending Radar Extra gemist !! (Real Player)
Bron: http://cgi.omroep.nl/cgi-bin/streams?/t ... raDexia.rm
Bron: http://www2.trosradar.nl/PHP/news/1/3199

Jurofoon over aandelenlease en schikking
Bron: http://www.jurofoon.nl/aandelenlease/
24 januari 2007. 2007 belooft een stortvloed aan Dexia-procedures
Bron: http://www.jurofoon.nl/nieuws/weblog.asp?id=2709

Om na te lezen
Dexia-dossiers van stichting Toezichthoudend Nederland.
Inzake: Dexia / Labouchère. Operatie: dubbele bodem of bodemloze put? Brieven gericht aan AFM
Bron: http://www.toezicht.nl/ Dossiers/Dexia.

Met vriendelijke groet,

Okerene

Aankondiging Platformaandelenlease
Op 31 januari 2007 heeft Dexia c.s. in de Telegraaf , de Volkskrant en het Financieele Dagblad een advertentie geplaatst met de aankondiging van de verbindend verklaring van de Duisenberg regeling.
De advertentie is hier te lezen.

02-02-2007 Leaseleed commentaar op artikel in Financieel Dagblad
Bron: http://www.leaseleed.nl/nieuws.php
Hierin geeft stichting Leaseleed een genuanceerder beeld over wie er daadwerkelijk in aanmerking komen voor de Duisenberg Regeling en de financiële gevolgen voor diegene die zijn aangesloten bij de Stichting, als men in zou gaan op het schikkingsvoorstel.
Bron: http://www.platformaandelenlease.nl/Nieuws/02022007.htm
Laatst gewijzigd door Okerene op 02 feb 2007 16:27, 2 keer totaal gewijzigd.

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

AANKONDIGING VERBINDENDVERKLARING 'DUISENBERG-REGELING'

Verbindendverklaring van de 'Duisenberg-Regeling'
Bij beschikking van 25 januari 2007 heeft het Gerechtshof Amsterdam verbindend verklaard de WCAM-overeenkomst tussen Dexia Bank Nederland N.V., de Stichting Leaseverlies, de Stichting Eegalease, de Consumentenbond en de Vereniging van Effectenbezitters d.d. 23 juni 2005 zoa ls aa ngepast bij aanvullende overeenkomst d.d. 8 mei 2006 (hierna: de Overeenkomst), waarin de zogenaamde Duisenberg-Regeling is opgenomen. De beschikking is op 30 januari 2007 onherroepelijk geworden. De Overeenkomst voorziet, ten behoeve van personen die met Dexia Bank Nederland N.V. (of haar rechtsvoorgangers) (hierna: Dexia) een effectenleaseovereenkomst hebben gesloten alsmede hun echtgenoot/echtgenote of geregistreerd partner (zowel afzonderlijk en tezamen:'Gerechtigden'), in bepaalde gevallen en onder voorwaarden in een vergoeding in de vorm van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de uit die effectenlease-overeenkomst voortvloeiende 'restschuld'. Is die schuld al betaald, dan voorziet de Overeenkomst in gehele of gedeeltelijke terugbetaling daarvan. Aldus komt een groot deel van het koersverlies op de effectenlease-overeenkomst voor rekening van Dexia. Hiertegenover staan bevestiging van de overblijvende verplichtingen uit de effectenleaseovereenkomst jegens Dexia en kwijting aan Dexia ten aanzien van verdere aanspraken. Ook is in de Overeenkomst bepaald dat voor bepaalde categorieen van personen en in sommige gevallen geen recht bestaat op een vergoeding.

Verkrijging van vergoeding
De vergoeding waarin de Overeenkomst voorziet kan op de navolgende wijze en binnen de hieronder genoemde termijnen worden verkregen:

(a) Indien de restschuld die geheel of gedeeltelijk wordt kwijtgescholden nog niet is betaald, vermindert Dexia de restschuld. De Gerechtigde behoeft dan niets te doen.

(b) Indien de restschuld die geheel of gedeeltelijk wordt kwijtgescholden wel al is betaald, moet de gerechtigde de terugbetaling schriftelijk aanvragen. De aanvraag moet voor 25 januari 2009 door Dexia ontvangen zijn. Een aanvraagformulier is beschikbaar op de website van Dexia ( www.dexialease.nl ). De aanvraag dient ondertekend te zijn door de contractant en te zijn ondertekend door zijn of haar echtgenootlechtgenote of geregistreerd partner, of de verklaring te bevatten dat er ten tijde van het aangaan van de overeenkomsten waarop de regeling betrekking heeft geen sprake was van een echtgenoot/ echtgenote of geregistreerd partner. De aanvraag dient voorts te bevatten de contractnummers van alle effectenlease-overeenkomsten van de contractant en een opgave van de bankrekening bij een Nederlandse bankinstelling waarop de uitbetaling kan plaatsvinden.

Indien de contractant vanwege een door zijn echtgenoot/echtgenote of geregistreerd partner verzonden zogenaamde Eega-brief in aanmerking wil komen voor de kwijtschelding/terugbetaling van 100%, dient aan een aantal voorwaarden te worden voldaan. Een van de voorwaarden is dat een gewaarmerkt uittreksel uit de Gemeentelijke Basisadministratie wordt overgelegd waaruit van het huwelijk of het geregistreerd partnerschap en de datum daarvan blijkt (zie www.dexialease.nl ).
Dexia heeft zich het recht voorbehouden om een uitbetaling te verrekenen met een bestaande schuld van de contractant aan Dexia.

Gevolgen van verbindendverklaring
Doordat het Gerechtshof de Overeenkomst verbindend heeft verklaard, ontstaat enerzijds . mits aan de voorwaarden van de Overeenkomst is voldaan - voor de Gerechtigden recht op (gehele of gedeeltelijke) kwijtschelding van hun restschuld of op terugbetaling. Anderzijds vervallen de eventuele (verdere) aanspraken, die de Gerechtigden in verband met hun effecten(ease-overeenkomst op Dexia mochten hebben.

'Opt-out' mogelijkheid
Deze gevolgen treden niet in voor de Gerechtigde die voor 1 augustus 2007 schriftelijk meedeelt niet aan de Overeenkomst gebonden te willen zijn. Het afleggen van een dergelijke verklaring heeft tot gevolg dat men niet aan de Overeenkomst gebonden is, maar er ook geen rechten aan kan ontlenen. De verklaring, bij voorkeur onder vermelding van naam, adresgegevens en relatienummer, kan uitsluitend worden gezonden aan notaris mr. J.R.E. Kielstra, Van Buttingha Wichers Notarissen. Lange Voorhout 24, 2514 EE Den Haag. De verklaring moet uiterlijk op 31 juli 2007 bij de notaris zijn aangekomen.

Inzage, afschrift en inlichtingen
De Overeenkomst en de beschikking van het Gerechtshof kunnen worden ingezien op de website van het Gerechtshof, http://www.rechtspraak.nl/gerechten/ger ... n/dossiers , alsook op de websites van Dexia en de hierboven genoemde belangenorganisaties: www.dexialease.nl ; www.leaseverlies.nl ; www.eegalease.nl ; www.consumentenbond.nl ; www.veb.net . Een afschrift van de genoemde stukken op papier of desgewenst in elektronische vorm kan kosteloos worden aangevraagd bij Dexia, Postbus 808 1000 AV Amsterdam of via [email protected] .
De genoemde stukken zijn voor diegenen die gerechtigd zijn tot een vergoeding uit hoofde van de Overeenkomst ook op schriftelijke aanvraag in te zien bij de griffie van de handelssector van het Gerechtshof. Een aanvraag daartoe dient te worden gericht aan het Gerechtshof Amsterdam (handelssector), Prinsengracht 436, 1017 KE Amsterdam, ter attentie van mevrouw 1. Torn en met vermelding van kenmerk R 1783/2005 Dexia.
Voor meer informatie over de Duisenberg.Regeling kunt u op werkdagen van 9.00 uur tot 17.00 uur contact opnemen met Dexia Klantenservice via telefoonnummer 0900 - 339 4222 (E 0,15 per minuut).

Dexia Bank Nederland N.V.
Stichting Leaseverlies
Stichting Eegalease Consumentenbond
Vereniging van Effectenbezitters

Luc Jurgens, advocaat

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Luc Jurgens, advocaat »

Zie hier voor actualiteit bij eega-vernietiging:

http://www.platformaandelenlease.nl/essentieleinf.htm

Mvg Luc Jurgens

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Kamerstuk Eerste Kamer 1989-1990 kamerstuknummer 19785 ondernummer 45a
Regels met betrekking tot het consumentenkrediet (Wet op het consumentenkrediet)

http://resolver.kb.nl/resolve?urn=urn:m ... 6&role=pdf
(met medewerking van Zirkoon, waarvoor dank)

Bij de totstandkoming van de Wet op het consumentenkrediet (Wck) werd in de Memorie van ANTWOORD Ontvangen 7 juni 1990 in het hierbovenstaande Kamerstuk op pagina 5 het volgende vastgelegd:
Voorts vroegen deze leden of terecht gesteld werd in meergenoemde brief dat artikel 46 [*] slechts ziet op gevallen waarin de krediettransactie buiten Nederland tot stand is gekomen[/b] In artikel 46 is bepaald dat de bepalingen van hoofdstuk IV omtrent nietigheid en vernietigbaarheid mede van toepassing zijn op overeenkomsten die buiten Nederland worden gesloten door een buiten Nederland gevestigde kredietgever of leverancier met een kredietnemer die zijn gewone verblijfplaats in Nederland heeft en die het krediet in Nederland heeft aangevraagd. Bij het opstellen van dit artikel is er van uitgegaan dat op overeenkomsten die in Nederland tot stand komen, de WCK in ieder geval van toepassing is (zie bladzijde 93 van de memorie van toelichting). Artikel 46 geeft dus, in het voetspoor van artikel 38 van de Wet op het Consumptief Geldkrediet (WCGK) (Stb. 1972, 399), een uitbreiding aan het bereik van de WCK, en niet een uitputtende regeling. Afgezien van artikel 46 leidt het dwingend karakter van hoofdstuk IV van de WCK, tot toepasselijkheid van artikel 7, tweede lid, EEV.
[*]Wet op het consumentenkrediet (WCK)
Wet van 4 juli 1990, houdende regels met betrekkking tot het consumentenkrediet

Artikel 46
De bepalingen van dit hoofdstuk omtrent nietigheid en vernietigbaarheid zijn mede van toepassing op overeenkomsten als bedoeld in artikel 30, eerste lid, die buiten Nederland worden gesloten door een buiten Nederland gevestigde kredietgever of leverancier met een kredietnemer die zijn gewone verblijfplaats in Nederland heeft en die het krediet in Nederland heeft aangevraagd.

Artikel 30
1. Een overeenkomst die een krediettransactie vormt of tot een zodanige transactie behoort en waarbij een kredietnemer partij is, wordt aangegaan bij een door of namens alle partijen ondertekende onderhandse of notariële akte.

De zinssnede “Bij het opstellen van dit artikel [46] is er van uitgegaan dat op overeenkomsten die in Nederland tot stand komen, de WCK in ieder geval van toepassing is (zie bladzijde 93 van de memorie van toelichting).”, is dermate van belang dat wij kunnen vaststellen dat op alle contracten waarbij een (vorm van) krediet wordt verstrekt -zoals ook bij aandelenlease- de Wet op het consumentenkrediet (Wck) als dwingend recht wel degelijk van toepassing is.

Eerste Kamer, vergaderjaar 1989-1990, 19 785, nr. 45a [pagina] 4
De vraag hierbij is in concreto in hoeverre partijen vrij zijn in het kiezen van het rechtsstelsel dat hun overeenkomst zal beheersen. In dit verband is vooral van belang het Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst ((1980), PbEG L 266), verder aan te duiden als EEV. Hoewel Nederland het genoemde verdrag nog niet heeft geratificeerd, en het verdrag nog niet in werking is getreden, wordt in de Nederlandse rechtspraktijk al wel terdege acht geslagen op de inhoud ervan. Een wetsvoorstel houdende goedkeuring van het verdrag is op 13 maart 1989 bij de Tweede Kamer ingediend (Kamerstukken II 1988/89, 21 059(R1365).
Artikel 7, tweede lid, EEV bepaalt dat het verdrag de toepassing onverlet laat van de bepalingen van het recht van het land van de rechter die ongeacht het op de overeenkomst toepasselijke recht, het geval dwingend beheersen. Het lijdt geen twijfel dat hoofdstuk IV van de WCK, met inbegrip van artikel 46, dergelijke bepalingen van dwingend recht inhoudt. In genoemd artikel is uitdrukkelijk een «scope rule» geformu– leerd, die prevaleert boven andersluidende contractuele bepalingen. Hieruit volgt, dat, zeker ingeval aan de in artikel 46 opgenomen voorwaarden is voldaan, de Nederlandse rechter de WCK van toepassing zal achten. Anders dan de specifieke consumentenbeschermende voorziening die artikel 5 van het EEV inhoudt, geldt artikel 7, tweede lid, EEV onafhankelijk van de vraag of er een verband bestaat tussen de lening en het aangeschafte goed.
Eerste Kamer, vergaderjaar 1989-1990, 19 785, nr. 45a [pagina] 5
Overigens merken wij reeds hier op dat het hanteren van rechtskeuze - alsook van jurisdictiekeuzeclausules in Nederland via de weg van het toezicht op de naleving van de WCK kan worden tegengegaan. Bij de beantwoording van nadere vragen van deze leden omtrent bedoelde clausules wordt op deze kwestie ingegaan.
Voorts vroegen deze leden of terecht gesteld werd in meergenoemde brief dat artikel 46 slechts ziet op gevallen waarin de krediettransactie buiten Nederland tot stand is gekomen In artikel 46 is bepaald dat de bepalingen van hoofdstuk IV omtrent nietigheid en vernietigbaarheid mede van toepassing zijn op overeenkomsten die buiten Nederland worden gesloten door een buiten Nederland gevestigde kredietgever of leverancier met een kredietnemer die zijn gewone verblijfplaats in Nederland heeft en die het krediet in Nederland heeft aangevraagd. Bij het opstellen van dit artikel is er van uitgegaan dat op overeenkomsten die in Nederland tot stand komen, de WCK in ieder geval van toepassing is (zie bladzijde 93 van de memorie van toelichting). Artikel 46 geeft dus, in het voetspoor van artikel 38 van de Wet op het Consumptief Geldkrediet (WCGK) (Stb. 1972, 399), een uitbreiding aan het bereik van de WCK, en niet een uitputtende regeling. Afgezien van artikel 46 leidt het dwingend karakter van hoofdstuk IV van de WCK, tot toepasselijkheid van artikel 7, tweede lid, EEV. ….

Als men dit Kamerstuk doorleest komt men tevens de opmerking tegen ”Ten eerste mag geen afbreuk worden gedaan aan de door de WCK beoogde consumentenbescherming.” Dat nu verwoedde pogingen worden gedaan de Wck niet van toepassing te achten dan wel buiten spel te zetten is dan ook in het licht van dit kamerstuk zeer opmerkelijk te noemen. We zullen er beslist meer van vernemen.

Met vriendelijke groet,

Okerene

piloot
Berichten: 28
Lid geworden op: 13 sep 2005 13:58

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door piloot »

wie heet er (van wie de zaak labourchere/dexia al is afgehandeld) ook een brief met vragenlijst gehad van leaseproces.nl. graag reactie

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

piloot,

Vragen en opmerkingen over dit onderwerp zijn reeds te vinden in de topic:

Overzicht forums/LegioLease/Ongevraagde post van LEASEPROCES

Leaseproces bv die duizenden gedupeerden juridische bijstand verleend op 'no cure no pay'- basis heeft kennelijk een ieder die op enige wijze met hen in contact is geweest, hetzij direct of indirect via gezamenlijke acties, een laatste brief gestuurd met uitleg en een uitnodiging te reageren voordat de termijn op 31 juli 2007 afloopt om een zogenaamde 'opt-out brief' te versturen. Deze is nodig om niet 'wettelijk' gebonden te zijn aan de in veler ogen ontoereikende Duisenberg-Regeling die gestoeld is op de Wet Collectieve Afhandeling Massaschade (WCAM). Men vind dat meer bereikt kan worden in een individueel ingerichte rechtszaak. Een overweging waard. Sommigen vragen zich af hoe men aan de adresgegevens zijn gekomen ook al is het goed bedoeld. Hierover kunt u het beste contact opnemen met de afzender zelf. Verlies in ieder geval de hoofdzaak niet uit het oog.

Met vriendelijke groet,

Okerene

Okerene
Berichten: 529
Lid geworden op: 08 apr 2004 16:40

Re: Wie heeft welke vergunning nodig?

Ongelezen bericht door Okerene »

Leaseovereenkomsten vallen als kredietovereenkomsten van meet af aan onder de Europese Richtlijn.

Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft in het Publicatieblad van de Europese Unie 30.9.2003
onderkend dat,
“ 2.4. … gezien de contractuele vorm waarin bepaalde soorten kredietovereenkomsten worden gegoten (m.n. leaseovereenkomsten), alsook gezien het feit dat deze nog steeds onder de richtlijn vallen, …”

“Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft tijdens zijn op 16 en 17 juli 2003 gehouden
401e zitting (vergadering van 17 juli) het volgende advies uitgebracht, dat met 91 stemmen vóór en
1 stem tegen, bij 1 onthouding, werd goedgekeurd.”
In de eerste plaats wordt hiermee (2.4) bevestigd dat ondanks de contractuele vorm waarin de leaseovereenkomsten zijn gegoten deze als kredietovereenkomsten moeten worden beschouwd en ten tweede dat deze toentertijd al wel degelijk onder de Europese Richtlijn vielen.

De bescherming van de consumentenbelangen bij krediettransacties staan hoog in het vaandel van de oorspronkelijke Europese Richtlijn. Een aantal richtlijnen die in deze richtlijn worden opgesomd behelzen voorschriften inzake de bescherming van de belangen van de consument met als doel dat deze als vertrekpunt in de nationale wetgeving zouden worden opgenomen of er aan worden aangepast. Gezien de ontwikkelingen en beoogde doelstellingen op genoemd gebied was een herziening echter hard nodig.

De 401e zitting van 16 en 17 juli 2003 betrof het Advies hierover van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het „Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake consumentenkrediet” (COM(2002) 443 def. — 2002/0222 (COD))(2003/C 234/01)

Om te voorkomen dat de keuze voor totale harmonisering het niveau van consumentenbescherming naar beneden haalt , werd een grondige wijziging op een aantal punten bepleit. Het hoge niveau van consumentenbescherming moest bij aanpassing te allen tijde gehandhaafd blijven.
1.1.1. Er werd immers al lang, zowel door maatschappelijke organisaties als door de nationale overheden, en om diverse redenen, waarvan sommige in de toelichting bij het voorstel worden genoemd en andere in verschillende rapporten en adviezen van het ESC(1) uiteengezet zijn, aangedrongen op herziening van de genoemde richtlijn uit 1987(2).

1.1.2. De redenen die door de Commissie worden genoemd,

zijn m.n.:

a) nieuwe vormen van consumentenkrediet, die in 1987 nog niet gangbaar waren, moeten in de richtlijn worden opgenomen;
b) de rechten en plichten van zowel de consumenten als de kredietgevers moeten terug in evenwicht worden gebracht;
c) de toegang tot andere markten wordt door praktische problemen belemmerd.

1.1.3. Het Comité wijst, op zijn beurt, nog op het volgende:

a) het totale uitstaande bedrag aan consumentenkrediet is toegenomen;
b) er zijn problemen ontstaan als gevolg van een te grote schuldenlast;
c) er bestaan grote verschillen tussen de nationale regelingen en praktijken inzake de tenuitvoerlegging van de richtlijn uit 1987 en latere wijzigingen daarvan;
d) deze richtlijn biedt geen mogelijkheid om tot een duidelijke vergelijking van de werkelijke kosten van consumentenkrediet (jaarlijks kostenpercentage — JKP) te komen;
e) uniforme EU-criteria aan de hand waarvan kan worden vastgesteld of er sprake is van woekerrente, alsook een procedure om dit verschijnsel eventueel te voorkomen en te bestrijden, ontbreken;
f) de regelgeving dient te worden aangepast aan de recent gepubliceerde richtlijnen over grensoverschrijdende betalingen (Richtlijn 97/5/EG van 27 januari 1997), elektronische handel (Richtlijn 2000/31/EG van 8 juni 2000) en de verkoop op afstand van financiële diensten (Richtlijn 2002/65/EG van 23 september 2002).

1.1.4. Deze tekortkomingen van de EU-regeling voor consumentenkrediet waren een bron van zorg voor de lidstaten en de maatschappelijke organisaties, omdat zij
a) aan de basis liggen van grote verschillen in consumentenbescherming en een laag consumentenvertrouwen in de internemarkt voor financiële dienstverlening;
b) tot oneerlijke concurrentie leiden en voor instabiliteit op de Europese kredietmarkt zorgen;
c) de goede werking van de interne markt voor financiële dienstverlening belemmeren.

1.2. Het Comité staat dan ook achter de hoofddoelstelling van het voorstel, nl. „een doorzichtigere, efficiëntere markt te creëren die de consument een zodanige bescherming biedt dat het vrije verkeer van het aanbod van krediet voor zowel kredietgever als kredietnemer zeer goed functioneert”
Het lijkt mij zinvol meer over deze kwestie te weten te komen door alle details te lezen.
2.4. Het EESC is echter allerminst te spreken over de wijze waarop bepaalde oplossingen werden gevonden en bepaalde situaties werden opgelost, en die niet aan het beoogde doel beantwoordt.

Hierbij valt te denken aan: [lees 2.4.1 – 2.4.9]
Opvallend vind ik het punt van kritiek op de voorgestelde wijzigingen waarop het EESC niet zonder verdere aanpassing mee accoord ging:
2.4.3. Aan het voorstel ligt een algemene gedachte ten grondslag, nl. dat consumentenbescherming en consumentenvoorlichting hetzelfde zijn. Het Comité heeft er echter diverse malen op gewezen dat voorlichting weliswaar essentieel is maar moet worden aangevuld met actieve vormen van consumentenbescherming. Aangezien hiertoe geen aparte maatregelen worden getroffen, kan een goede bescherming van de consument slechts worden verwezenlijkt aan de hand van minimumclausules, eventueel in verband met bepaalde, nader aan te geven onderdelen van de richtlijn.
Duidelijk is derhalve de verregaande mate van consumentenbescherming die ook in de nationale wetgeving moest worden doorgevoerd zoals in de Wck en nu de WFD. Met dien verstande dat voorlichting alleen onvoldoende is om dit te bewerkstelligen.

Rechters die nu op de verschillende “leaseovereenkomsten” (lees huurkoopovereenkomsten) de Europese Richtlijn betreffende kredietverstrekking van toepassing achten, houden dientengevolge ook de bedoelde algemene richtsnoeren voor consumentenbescherming bij kredietverstrekking van de Wet op de Consumentenkrediet (Wck) scherp in het oog.(zie onder 1.4) Veel leaseovereenkomsten kennen immers een leningsdeel waarbij krediet vooraf wordt verstrekt en zoals gezegd van meet af aan “nog steeds onder de richtlijn vallen”.

Lees alle overwegingen tot verbetering van de Europese Richtlijn in het Publicatieblad van de Europese Unie dd 30.9.2003

http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/sit ... 010010.pdf (Zirkoon bedankt voor deze belangrijke bronverwijzing)

Met vriendelijke groet,

Okerene

Gesloten