Drugsafval in je tuin - reactie Interprovinciaal Overleg

ipo-logo-780.jpg

Radar heeft het Interprovinciaal Overleg (IPO) om een reactie gevraagd op het item 'Drugsafval in je tuin' in de tv-uitzending van 18 februari 2019. Het antwoord van het IPO lees je hieronder.

'Achtergrond

Drugsdumpingen zijn een groot en toenemend landelijk probleem als gevolg van georganiseerde drugscriminaliteit. De dumpingen concentreren zich in Noord-Brabant, Limburg en de randen van Gelderland, maar duiken inmiddels ook op in andere provincies. De jaarlijkse kosten om dit op te ruimen worden geschat op 2-3 mln euro. Dit is exclusief de kosten voor de inzet medewerkers van gemeenten en provincies, omgevingsdiensten, brandweer, politie en justitie. En dit is ook exclusief de schade die bijvoorbeeld ontstaat als drugsafval op het riool wordt geloosd of wordt gemengd met mest en op het land wordt uitgereden.

Convenant rijk en decentrale overheden

In 2015 hebben gemeenten en provincies met het rijk een convenant gesloten op basis waarvan gedupeerden gedurende 3 jaar 50% van de opruimkosten vergoed konden krijgen. Het plafond van 50% was een voorwaarde van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) vanuit het argument dat er ook een zorgplicht geldt voor terreineigenaren/beheerders. Het rijk heeft voor deze compensatie eenmalig 3 mln euro beschikbaar gesteld aan de provincies. De verdeling van de middelen over de provincies is daarbij naar rato van het aantal gemelde illegale dumpingen. Deze bedragen zijn tevens per provincie het plafond tot welke schade wordt gecompenseerd. De uitvoering van de regeling is gecoördineerd vanuit de provincie Noord-Brabant waar de problematiek het meeste speelt.

Provinciale subsidieregelingen

De afzonderlijke provincies hebben de afgelopen jaren subsidieregelingen ingesteld op basis waarvan gedupeerden aanspraak kunnen maken op compensatie. Een aantal provincies heeft deze regeling gesloten omdat de landelijke regeling is beëindigd en/of er of geen gebruik van werd gemaakt. Het gaat hier met name om provincies waar drugsdumpingen nagenoeg niet voorkomen. De actuele stand van zaken daarin is als volgt.

Klik hier voor het overzicht in tabelvorm

Voorwaarden om voor subsidie in aanmerking te komen

In algemene zin zijn in de opengestelde regelingen de voorwaarden om voor 50% compensatie in aanmerking te komen als volgt:

  • Er moet sprake zijn van een illegale dumping van drugsafval en de grond waarop het afval is gedumpt behoort tot het zakelijk recht van de aanvrager of is gelegen binnen de gemeentegrenzen. 

  • Er moet aangifte gedaan zijn van de dumping. Daarbij hoort een kaart met de locatie waar het afval is gevonden, foto’s van de dumping en de beschrijving van de aangetroffen drugsgerelateerde afvalstoffen. 

  • Daarnaast moet een bewijs overlegd worden van de gemaakte kosten en een bewijs van verwijdering en afvoer van het drugsafval. 

  • Daarnaast is het van belang dat de verwijdering conform de geldende wet- en regelgeving is uitgevoerd en dat het door een erkende verwijderaar wordt verwijderd. 
Illegale dumpingen en toegekende subsidies 
Over de periode 2015-2017 zijn er 524 illegale dumpingen geregistreerd, dat wil zeggen dat er aangifte is gedaan. Dit heeft geleid tot 356 aanvragen waarvan er 311 hebben geleid tot het toekennen van een subsidie. De gegevens over 2018 zijn nog niet beschikbaar. Het aantal dumpingen is naar verwachting op hetzelfde niveau als in 2017, dat wil zeggen ruim 200. In totaal is circa 1,8 mln aan subsidies uitgekeerd. Het grootste deel van de kosten wordt gemaakt door gemeenten. Deels door dumpingen op gemeentegrond. Deels omdat gemeenten soms ook opdracht geven om drugsafval van particulieren gronden op te ruimen. Om daarmee te voorkomen dat er milieuschade of gezondheidsrisico’s ontstaan. In de bijgevoegde rapportage van de stuurgroep zijn de gegevens per provincie terug te vinden. 
Resterende middelen blijven beschikbaar maar geen uitzicht op structurele landelijke regeling 
Het convenant tussen rijk en decentrale overheden is eind 2018 afgelopen. De resterende middelen, circa € 1,2 mln worden door de provincies ingezet om in 2018 gemaakte kosten en voor zover mogelijk in 2019 te compenseren. Uiterlijk eind 2019 zullen de tijdelijke middelen uitgeput zijn. 
Sinds medio 2018 is door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Inter-Provinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW) onderhandeld met het rijk over een structurele financieringsoplossing. Daartoe is in overleg met de Staatssecretaris van I&W een ambtelijke werkgroep ingesteld onder leiding van IPO. Deze heeft verkend wat de mogelijkheden zijn voor een structurele financieringsoplossing. 
In de kern zijn alle betrokken partijen (rijk, gemeenten, provincies, waterschappen) het erover eens dat de beste oplossing is dat de schade wordt vergoed uit middelen die aan drugscriminelen worden onttrokken: dan geldt immers ‘de vervuiler betaalt’. Vooralsnog gaat het rijk hier niet in mee. Enerzijds verwijzend naar afspraken in het Kabinet dat de zogenaamde ‘plukze-gelden’ naar de algemene middelen vloeien. Anderzijds dat het vormen van een schadefonds dat wordt gevuld met boetes die aan veroordeelde drugscriminelen wordt opgelegd op juridische en praktische bezwaren stuit. 
In het vormen van een landelijk fonds of andere voorziening, gefinancierd door de overheden, ziet het rijk vooralsnog geen rol voor zichzelf weggelegd. 


2017

Vanuit deze patstelling heeft IPO in de werkgroep bepleit om te onderzoeken of er dan in elk geval een oplossing mogelijk is voor particulieren. Meer specifiek of de risico’s voor particulieren verzekerbaar zijn. Dit onderzoek loopt nog, maar de uit de voorlopige bevindingen blijkt dat een dergelijke schadevoorzieningen voor verzekeraars (geen verdienmodel) en verzekerden (hoge premie versus kleine kans op schade) geen heel realistische optie is.

Oplossing is landelijke voorziening, gevuld met geld onttrokken aan criminelen of door overheden samen

IPO en VNG vinden drugsdumpingen een landelijke aangelegenheid zijn waar de overheden een gezamenlijke verantwoordelijkheid in hebben. Drugcriminaliteit – en de gevolgen daarvan – is niet slechts een lokaal probleem waar lokaal de kosten voor moeten worden gedragen. En al zeker niet door particulieren of private terreinbeheerders. Het meest voor de hand liggend is dat middelen die worden onttrokken aan criminelen worden gereserveerd om maatschappelijke schade te compenseren die ontstaat door georganiseerde criminaliteit. De verwachting is echter dat hier niet snel een opening voor wordt gevonden bij het rijk. Daarom pleiten VNG en IPO voor het op korte termijn opzetten een structurele voorziening, in de vorm van een schadefonds met weinig bureaucratie, voor waaraan rijk en decentrale overheden bijdragen. De Tweede Kamer is aan zet om hier een doorbraak in te bereiken.'

Meer over