EHEC-bacterie treft vooral 'zwakke' mensen

De EHEC-bacterie slaat vooral toe bij mensen met een verminderde afweer. Dat schrijft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) op zijn website.

Andere risicogroepen zijn:

  • kinderen onder de vijf jaarouderen boven de zestig
  • mensen die geen goede hygiëneregels op zichzelf toepassen
  • mensen die in de zorg of met kleine kinderen werken
  • mensen die op een boerderij werken

Mensen lopen extra risico op besmetting in de volgende situaties:

  • als ze in contact komen met besmet vee of de mest daarvan
  • als ze rundvlees eten dat onvoldoende verhit is
  • melk drinken die onvoldoende verhit is geweest
  • rauwe ongewassen groente eten

Bij besmetting hebben patiënten de volgende klachten:

  • milde diarree of bloederige diarree. Daar kunnen heftige buikkrampen bij optreden, soms met braken, vaak zonder koorts.
  • na een etmaal volgt waterige diarree die na twee tot drie dagen bloederig wordt. De klachten duren gemiddeld vier dagen en gaan dan vanzelf over.
  • ongeveer 2 tot 7 procent van de patiënten krijgt HUS, zeg maar ernstige nierklachten. Kinderen onder de vijf jaar lopen extra risico. Bij hen kan het oplopen tot 15 procent. Ook 65-plussers zijn extra gevoelig. De meeste patiënten met HUS herstellen gewoon. Gemiddeld 2 tot 9 procent overlijdt.

De meeste besmettingen uit het verleden zijn in verband gebracht met het eten van onvoldoende verhit vlees (vaak gemalen vlees zoals bij hamburgers, filet americain, carpaccio) en 'ontspruitende' groenten zoals sla, spinazie en radijsjes.