Klachten over NCOI - Reactie NCOI

ncoi-reactie-01032021.jpg

Opleidingsinstituut NCOI heeft gereageerd op ons item 'Veel klachten over NCOI: '20.000 euro kwijt, maar geen diploma' in de uitzending van 1 maart 2021. Lees hieronder de schriftelijke toelichting NCOI.

'Bij ons volgen meer dan 200.000 volwassenen een opleiding, training of cursus in het kader van hun werk en hun ambities op de arbeidsmarkt. Het gaat daarbij om Leven Lang Ontwikkelen, een domein waarbinnen wij als NCOI Groep een belangrijke en verantwoordelijke bijdrage leveren. Wij werken daarbij samen met diverse arbeidsmarktpartijen als overheden, UWV, uitzendbureaus en werkgeversorganisaties.
 
Wij vragen onze studenten ons tijdens en na hun opleiding te evalueren. Jaarlijks ontvangen wij zo’n 40.000 evaluaties. Studenten beoordelen ons gemiddeld met een cijfer net onder de 8. Specifiek evalueren zij ons met een 8,2 voor onze docenten, een 7,5 voor het studiemateriaal en een 7,9 voor de locaties.
 
Omdat we benieuwd waren hoe deeltijdstudenten in Nederland hun bekostigde of private opleider evalueren, hebben we afgelopen najaar een groot onderzoek laten uitvoeren door marktonderzoekbureau PanelWizard, onderdeel van Kien Onderzoek. In totaal zijn hiervoor 2.698 Nederlanders die naast hun werk een opleiding volgen of volgden ondervraagd. Ook uit dit onderzoek blijkt dat deeltijdstudenten tevreden zijn over hun opleider, zowel bekostigd als particulier. De particuliere opleiders scoren hoger op de deelgebieden flexibiliteit en georganiseerdheid van de opleider. Twee belangrijke aspecten als het gaat om de keuze voor een opleider. Het rapport van dit onderzoek heb ik je eerder deze week al gemaild.
 
Uit onze eigen studentenevaluaties blijkt dat jaarlijks zo’n 175 van die ruim 200.000 studenten ontevreden zijn over ons als opleider. De opleiders binnen NCOI Groep dragen een grote verantwoordelijkheid. Het is onze gezamenlijke missie om leven lang ontwikkelen voor iedereen mogelijk te maken. Dat er jaarlijks zo’n 175 studenten niet tevreden zijn over hun opleiding betreurt ons. We doen er alles aan om dat aantal naar 0 te brengen. Uit jullie onderzoek – waarover ik opmerkingen maakte over de representativiteit en dat ook andere opleiders bevat – komen ook mensen met klachten naar voren. Ook die klachten nemen wij natuurlijk serieus.
 
Tenslotte nog een korte schets van het totale volwassenenonderwijs domein in Nederland. Uit een overzicht van onze brancheorganisatie NRTO blijkt dat in 2018 1,7 miljoen Nederlanders (Bron CBS) tussen 25 en 65 jaar deelnamen aan leven lang leren. Volgens CBS en Eurostat staat Nederland daarmee op positie 4 in Europa, alleen in Zweden, Finland en Denemarken nemen meer mensen deel aan leven lang leren.
 
86% van deze mensen (1,4 miljoen Nederlanders) volgden de opleiding bij private opleiders, 300.000 deden dat via het bekostigd onderwijs. 35,8% volgden een door de overheid erkende opleiding, bij de rest (64,2%) ging het om een cursus of training.
 
Omdat steeds meer mensen voorkeur hebben voor een korte opleiding i.p.v. een volledige Mbo of Bachelor, maar deze opleiding wel willen afronden met een waardevol diploma of certificaat (dat verder gaat dan een aanwezigheidscertificaat), zien we een sterke groei in de vraag naar programma’s of modules die kort zijn, maar wel onderdeel van een erkende opleiding. De overheid stimuleert partijen ook om deze waardevolle kortere opleidingen aan te bieden. Het ontwikkelen van dat soort programma’s en mogelijkheden is vanaf het begin een van de sterke punten van de NCOI Groep opleiders geweest. Juist omdat we zagen dat er in de arbeidsmarkt grote behoefte aan is. Je ziet dat bekostigd onderwijs deze route ook steeds meer gaat volgen. Wel ontbreekt een wettelijk kader voor dit soort onderwijs, dat zich begeeft tussen ‘erkende opleidingen’ en meer ‘cursorisch onderwijs of trainingen’. Juist daarom hebben wij onze voorlichting hierover in 2017 afgestemd met de Inspectie. Onze voorlichting is afgestemd op de uitgangspunten die de Inspectie ons destijds aanreikte. Het onderzoek van de Inspectie gaat niet over de waarde van onze diploma’s, maar over de manier waarop wij daarover voorlichten. Het kan zijn dat het onderzoek leidt tot voortschrijdend inzicht en dat er duidelijkere kaders gesteld gaan worden over wat wel en wat niet mag worden gecommuniceerd over diploma’s en certificaten. Die kaders zullen dan voor het gehele onderwijsveld gelden, wij zullen daar uiteraard onze voorlichting op aanpassen, mocht dat de uitkomst zijn.'

Meer over