Medicijntekort houdt aan: deze medicatie is het lastigst te verkrijgen
Astmapufjes, medicatie voor Parkinsonpatiënten, antibiotica voor kinderen: de lijst van medicijntekorten wordt langer en langer. De lijst van medicijntekorten wordt langer en langer. In 2022 bestond deze uit 1514 medicijnen. In 2023 loopt het aantal zelfs op tot 2292. Apothekers, huisartsen en patiëntenorganisaties vinden dat er sneller actie moet komen van de overheid en de zorgverzekeraars. Radar duikt in de uitzending van maandag 29 april in de wereld van het medicijntekort in Nederland.
Wanneer spreken we van een medicijntekort?
We spreken van een medicijntekort wanneer een geneesmiddel 14 dagen of langer niet leverbaar is. In 2018 luidde de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) al de noodklok over de stijgende medicijntekorten.
De KNMP komt jaarlijks met cijfers over de tekorten. In onderstaande tabel is goed te zien dat de laatste jaren de tekorten steeds nijpender worden. Nederland is in Europa koploper op het gebied van medicijntekorten.
Wat veroorzaakt het medicijntekort?
Er zijn ruwweg vier oorzaken voor het medicijntekort:
- Fabrikanten trekken zich terug
- Het aantal monopolies neem toe
- Productieproblemen in de fabrieken
- Lage prijzen
Om welke medicijnen gaat het?
Medicijntekort of inkooptekort?
Apothekers en huisartsen klagen over het preferentiebeleid. Wat is dat, het preferentiebeleid? Zorgverzekeraars kunnen één geneesmiddel bestempelen als voorkeursmiddel. Alleen dat medicijn wordt dan vergoed, wat zorgt voor lage prijzen. Andere merken gaan namelijk concurreren met het voorkeursmiddel.
Lagere prijzen zijn fijn voor de consument. Maar de fabrikant wil uiteraard hoge prijzen. Wanneer er een tekort ontstaat aan een geneesmiddel, bijvoorbeeld door een probleem in de fabriek, dan verkoopt de fabrikant ze liever aan een land dat er meer aan besteedt.
In Europa zijn er twee landen die nog lagere prijzen bieden voor medicijnen. Dat zijn Zweden en Denemarken. Nederland staat al jaren in de top 3 van landen die het meest moeten concurreren met andere landen voor de afname van medicijnen.
Hoe hoog zijn die prijsverschillen?
Om een voorbeeld te geven van de prijsverschillen hebben we een aantal medicijnen die niet of nauwelijks op voorraad zijn in Nederland door het BOGIN laten vergelijken. Conclusie: Nederland zit in de laagste regionen qua gemiddelde lijstprijs.
Volgens huisarts Dennis Boon is er helemaal geen sprake van een medicijntekort, maar van een inkooptekort: ”Door dit beleid zijn de vergoedingen in Nederland zo laag geworden dat we achterin de rij staan. Zorgverzekeraars en de politiek noemen dat medicijntekorten, maar er zijn helemaal geen medicijnen tekort. Fabrikanten willen ze gewoon niet aan Nederland leveren voor deze prijs. Huisartsen en apothekers vinden het preferentiebeleid al jaren een slecht idee.”
In Nederland nergens te krijgen, in Spanje bij de apotheek
Peter van der Burg liep in december 2023 tegen het medicijntekort aan. Van der Burg lijdt aan vertigo, wat betekent dat hij last heeft van draaiduizeligheid. Een aanval voelt hij 15 minuten van tevoren aankomen.
“Daarna ben ik 2 tot 8 uur uitgeschakeld omdat ik me zeeziek voel en moet overgeven.” Van der Burg slikt drie keer per dag Betahistine-tabletten. Daarmee heeft hij de Vertigo onder controle. “Eind 2023 informeerde mijn apotheker dat ik ‘leverproblemen’ had met mijn medicatie. Omdat ik niet zonder kan, vroeg ik: ‘wat nu?’. Eerst zei de apotheek, neem maar even niets in en kijk wat er gebeurt. Daar ben ik niet op ingegaan. Later kwam de apotheker met een alternatief: Cinnarizine, een middel tegen wagenziekte. Ik ben er niet eens aan begonnen.”
Van der Burg en zijn vrouw gaan graag op vakantie naar Spanje. Toen hij daar een farmacia binnenliep en vroeg of ze misschien nog Betahistine tabletten hadden, viel zijn mond open. Niet alleen in die apotheek, maar ook in andere apotheken was het geneesmiddel ruim voorradig. Van der Burg heeft niet getwijfeld en aardig wat doosjes gekocht en mee naar huis genomen. Niet voor niets, tot op heden heeft zijn apotheek nog steeds leverproblemen.
De gevolgen van een tekort aan Salbutamol
De laatste weken is het steeds vaker in het nieuws dat het middel Salbutamol niet op voorraad is. Salbutamol is een inhalatiemedicijn (puffer) dat mensen met astma en COPD gebruiken. Meer dan een half miljoen mensen gebruiken Salbutamol. Het tekort is daarom nijpend. Daar kunnen Willemieke van der Zwaag en haar 6-jarige zoon Pepijn over meepraten.
“Op dit moment hebben we nog maar 1 flesje Salbutamol thuis liggen. Mijn apotheek heeft het niet meer op voorraad.” Pepijn heeft snel een allergische reactie, die dan een astma-aanval veroorzaakt. “Vooral in het voorjaar, met alle pollen, heeft hij last van die allergische reacties”, vertelt Willemieke. “Met de Salbutamol die we thuis en op school hebben liggen, kunnen we preventief te werk gaan en astma-aanvallen voorkomen.”
Voor Pepijn heeft het tekort aan Salbutamol grote gevolgen. Hij kan door het zuurstoftekort in het ziekenhuis raken. “Zo ver is het nog niet. Maar zonder Salbutamol lopen we er wel tegenaan of Pepijn wel mee kan doen met de gymles of bijvoorbeeld mee kan spelen op het schoolplein buiten met andere kinderen. Thuishouden is ook iets waar we het over hebben. Maar dat kan toch niet de oplossing zijn?”
Vorige week waren ze in het ziekenhuis voor testuitslagen. Daaruit bleek dat Salbutamol het medicijn is voor Pepijn dat het beste werkt. Omdat het niet op voorraad is hebben ze een alternatief recept voorgeschreven. “Heel fijn dat er een alternatief is, maar we moeten nog maar zien of en welke werking het heeft op Pepijn.”
Willemieke hoopt dat de overheid snel ingrijpt zodat er een oplossing komt. “Wij hebben Salbutamol nodig. Ik ben bereid om naar het buitenland te rijden om het te halen.”
Overheid en zorgverzekeraars aan zet
Bij patiëntenvereniging het Longfonds herkennen ze het verhaal van Willemieke. “We hebben al honderden meldingen ontvangen van mensen die door het tekort aan Salbutamol in de problemen zijn gekomen. Ouders van kinderen met astma die bang zijn dat hun kinderen met ademnood in het ziekenhuis belanden. Ook volwassenen met astma of COPD melden dat ze zonder hun noodzakelijke medicijnen niet meer goed functioneren. Ze zijn kortademig, ervaren soms bijwerkingen van een alternatief medicijn en zijn angstig voor ernstige benauwdheid”, laat directeur Károly Illy weten.
Het Longfonds doet daarom een beroep op de overheid en de zorgverzekeraars: “Wij vrezen dat dit nog maar het topje van de ijsberg is. Veel mensen hebben nu nog voor een paar weken medicijnen en zijn daarna aangewezen op alternatieven, die ook al op raken. We horen zelfs al verhalen van mensen die door dit medicijntekort op de spoedeisende hulp belanden. Wij roepen de overheid en zorgverzekeraars op tot snelle actie om dit probleem op te lossen.”