'Met goed geweten kweekvis eten'

Een technologisch hoogstandje levert een allemansvriendje met milde smaak op dat ook nog duurzaam wordt gekweekt. De geboorte van de 500.000e Claresse was donderdag reden voor een feestje bij familie Foolen, viskwekers in Son samenwerkend met Anova Food BV in den Bosch.

Na vijftien jaar experimenteren levert het bedrijf een nieuwe kweekvis die goed valt bij consumenten. In nog geen jaar tijd steeg de verkoop in Nederland, België, Oostenrijk en Zwitserland van 1 ton filet naar 10 tot 12 ton per week. De blik wordt nu gericht op Duitsland en Italië. Het Wereld Natuur Fonds (WNF) en stichting De Noordzee zien tevreden toe. Volgens de natuurorganisaties is de Claresse, een meervalkruising, een prima keuze om in een tijd dat steeds meer vis gegeten wordt ,,te eten met een goed geweten''.

Hoewel het zeker niet de bedoeling is dat kweekvis de wilde vis vervangt, geeft het overbeviste soorten in de zeeën wel de kans zich te herstellen, meent Carel Drijver (WNF). Na de tilapia, pangasius en zalm, speelt Nederland nu serieus een partijtje mee met deze nieuwe kweekvis. De Claresse staat in de nieuwe viswijzer die eind mei verschijnt dan ook in de groene - veilig te eten soorten - kolom. Drijver vindt dat er een knappe prestatie is geleverd. ,,Viskweek is heel moeilijk. Je moet de natuur nabootsen en dat valt niet mee. Dit is echt een technologisch hoogstandje.''

De Claresse groeit in ongeveer dertig weken van een larfje tot de vis die de verkoop in gaat. Wekelijks gaan er 40.000 vissen weg. In grote kweekbassins zitten vijfduizend kleine vissen die groeien terwijl de radio door de hal schalt. ,,Anders schrikken ze zo als er iemand komt kijken.'' Zwakke vis komt bovendrijven en wordt eruit gehaald.

De kweek gebeurt zo dat het milieu minimaal wordt belast en heeft daarom het stempel van Milieukeur. Het allernieuwste recirculatiesysteem zorgt ervoor dat 90 procent van het water wordt hergebruikt. Ook is voor de kweek van een Claresse maar weinig voedsel (700 gram) nodig, dat ook bovendien voor 70 procent plantaardig is.

Ook daarom beschouwt het WNF deze 'visboerderij' als een vooruitgang vergeleken met de milieubelastende varkenshouderij in dit gebied.

Bron: ANP