Minder vergoeding fysio voor COPD-patiënt - reactie KNGF

Hier lees je de antwoorden van Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) op vragen van Radar in verband met het televisie-item over fysiotherapie voor COPD-patiënten (17 februari 2020).
Radar: Wat krijgen jullie voor signalen binnen van fysiotherapeuten over de gevolgen van het maximeren van de vergoeding voor fysiotherapie bij COPD?
KNGF: 'Patiënten zijn de dupe en krijgen niet het aantal behandelingen dat ze gezien hun ziektelast nodig hebben, daardoor stijgt het risico op longaanvallen en veel duurdere behandeling in de tweede lijn. Deze signalen komen met name door de veel striktere beperking dan verwacht voor de aanspraken in het tweede jaar. Wij krijgen signalen van leden dat ze daardoor behandelingen moeten afbreken wat ten koste gaat van de gezondheidstoestand van de COPD patiënten, zie ook de antwoorden van Longfonds over de noodzaak van 1x per week contact.'
Wat verwachten jullie voor gevolgen van die maximering?
'De problemen zitten bij categorie B en bij de aanspraken in het tweede jaar bij C en D. In feite komt het er in deze categorieën op neer dat wanneer de patiënt in het eerste jaar het maximale aantal behandelingen fysiotherapie heeft gehad (in die categorie) en geen longaanval heeft gehad, de patiënt terugvalt naar slechts enkele behandelingen in het volgende jaar, waardoor het risico op longaanvallen weer stijgt en de patiënt zich in het algemeen (veel) slechter voelt dan bij het aantal behandelingen dat hij in het eerste jaar kreeg.'
Wanneer verwacht u dat de nieuwe kwaliteitsstandaard fysiotherapie bij COPD uitkomt? Worden hierin uitspraken gedaan over wenselijke frequentie van fysiotherapie bij patiënten met een verschillende ziektelast?
'De vernieuwde KNGF-richtlijn COPD wordt binnenkort opgeleverd (naar verwachting in juni). Deze richtlijn is opgesteld i.s.m. o.a. patiënten, fysio-/oefentherapeuten, huisartsen, longartsen, psychologen, verpleegkundigen, diëtisten en ergotherapeuten. Kern van deze richtlijn is dat de inhoud van de zorg door de zorgverlener moet worden bepaald. Er staat op een genuanceerde manier in beschreven welke fysiotherapeutische zorg aan COPD-patiënten geboden moet worden. Het KNGF stelt zich op het standpunt dat de aanspraak moet aansluiten bij het gestelde in deze nieuwe richtlijn.'
Is het onderzoek van Martin Keesenberg wetenschappelijk verantwoord en kan aan de hand van de uitkomsten iets gezegd worden over de wenselijkheid van de huidige maximering?
'Het uitvoeren van een retrospectief observationeel cohortonderzoek is een zeer goed te verantwoorden onderzoeksdesign. Een dergelijke studie kan zeker bijdragen aan onze kennis t.a.v. fysiotherapie bij COPD-patiënten, of beter gezegd: het gebrek aan fysiotherapie bij COPD. Klinisch gezien zijn de uitkomsten ook wel in lijn met onze hypothesen. Echter, het is een studie die nog niet door anderen gereviewed is en als zodanig gepubliceerd. Het is dus nog te vroeg om zomaar op deze resultaten te varen.'
Hoe kijken jullie aan tegen het advies van het Zorginstituut om tegelijkertijd fysiotherapie bij COPD vanaf de eerste behandeling te vergoeden, en een maximum aan de vergoeding te stellen?
'Wij hebben van het begin af aangegeven blij te zijn met vergoeding van de eerste 20 uit de Basisverzekering en dat de maximering voor de zware patiënten problemen zal opleveren.'
Wat vonden jullie van de consultatie van de beroepsgroep in de totstandkoming van bovengenoemd rapport?
'Wij zijn op zich goed betrokken geweest, maar onze bezwaren tegen de maximering zijn niet gehoord en de nu veel striktere uitleg van de aanspraken in het tweede jaar overvalt ons.'
Wat vinden jullie van de manier waarop het Zorginstituut tot adviezen komt?
'Wij hebben begrip voor het feit dat het werk van het Zorginstituut binnen kaders en richtlijnen gedaan wordt. We maken ons echter evenals andere zorgdisciplines en sommige Kamerleden zorgen over de uitwerking van hun adviezen. Anders gezegd vinden wij dat we er met elkaar voor moeten waken dat het belang van de patiënt en de werkelijkheid van de behandelkamer niet uit het oog worden verloren.'
Is het wel een goed idee om ergens te maximeren? Waar zou die grens dan moeten liggen?
'Daarvoor wordt in de nieuwe richtlijn een invulling gegeven, maar in individuele gevallen moet daar, als dat voor de patiënt nodig is, altijd van kunnen worden afgeweken. Dat past echter niet in de lijn van ZIN.'
Wat zou er nu moeten gebeuren?
'Een betere formulering van de aanspraken die beter aansluit bij de werkelijkheid van de behandelkamer en bij de variatie van de zorgbehoefte/vraag van de patiënt.'
Is er onderzoek naar welke frequentie van fysiotherapie bij bepaalde groepen COPD-patiënten wenselijk is? Wat laten die onderzoeken zien? Als die er zijn, zijn die dan meegenomen in de literatuurstudie van het Zorginstituut en zo nee, waarom niet?
'Er is geen wetenschappelijk onderzoek dat onomstotelijk aantoont welke duur en frequentie bij patiënten met COPD noodzakelijk is. Echter, vanuit principes uit de inspanningsfysiologie, trainingsleer en gedragsverandering kan vastgesteld worden met welke duur en frequentie van behandelen de meest optimale resultaten behaald kunnen worden. Deze analyse wordt door experts binnen de werkgroep van de richtlijn COPD (fysiotherapeuten, huisartsen, longartsen) momenteel gemaakt.'