Persoonsgebonden budget - reactie UWV
In de uitzending van maandag 23 september besteedt Radar aandacht aan het gebrek aan een vangnet voor mensen met een persoonsgebonden budget (pgb). Radar heeft het UWV om een reactie gevraagd. Deze lees je hieronder.
Algemeen
In de sociale verzekeringswetten (o.a. WW, Ziektewet en WIA) is bepaald dat werknemers verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen. Een werknemer is iemand die op basis van een arbeidsovereenkomst werkt voor een werkgever. De vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst, wordt niet alleen bepaald door de schriftelijk gemaakte afspraken.
Voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst zijn de feiten en omstandigheden waaronder de werkzaamheden worden verricht bepalend. Een belangrijke eis hierbij is de aanwezigheid van een gezagsverhouding tussen budgethouder en zorgverlener. Ook bij de beoordeling van de vraag of er sprake is van een gezagsverhouding zijn de feitelijke omstandigheden waaronder wordt gewerkt bepalend. Er moet een gezagsverhouding bestaan tussen de werkgever en de werknemer.
PGB
In zijn algemeen geldt bij de bepaling of een PGB-zorgverlener verzekerd is voor bijv. de WW, dat de beoordeling niet anders gaat dan bij andere werknemers. Wel kan bij de PGB-zorg- vaker dan in andere branches- sprake zijn van een arbeidsrelatie met familie.
De PGB-budgethouder is als werkgever verantwoordelijk voor het kiezen van de juiste overeenkomst. Het is belangrijk om bij de beoordeling van de arbeidsrelatie te kijken naar de aanwezigheid van een gezagsverhouding, aangezien dit bepalend is voor de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Omdat de beoordeling van de arbeidsrelatie bij familierelaties lastig kan zijn, kan de PGB-budgethouder hier bij het afsluiten van het contract advies over vragen bij SVB en Belastingdienst. UWV heeft hier geen rol in.
Bij informele zorg tussen bijvoorbeeld ouders en kinderen of broer en zus, is niet altijd een gezagsverhouding aanwezig. In die situatie wordt daarom vaak voor een overeenkomst van opdracht gekozen (zorgovereenkomst met familie. De zorgverlener (de ouder, het kind, de broer of zus) is niet verzekerd voor de WW, Ziektewet en WIA als er geen gezagsverhouding is. Er is ook geen recht op loondoorbetaling bij ziekte en de PGB-budgethouder heeft geen re-integratieverplichting.
Nu kan het zijn dat een PGB-zorgverlener met een zorgovereenkomst met familie, achteraf van mening is dat er toch sprake was van een gezagsverhouding en een arbeidsovereenkomst. Dan kan er alsnog een uitkeringsaanvraag worden ingediend. UWV zal die aanvraag dan beoordelen. De zorgverlener moet dan wel aannemelijk maken dat er sprake is van een gezagsverhouding/ dienstverband want UWV heeft wel informatie nodig voor die beoordeling.
Het is mogelijk dat UWV dan bij de beoordeling van zo’n aanvraag tot de conclusie komt dat er toch sprake is van een arbeidsovereenkomst. Bij informele zorg binnen familieverband is de beoordeling niet altijd eenvoudig. De uitkomst van een beoordeling achteraf door het UWV kan dus ook wisselen; vaak is er bij informele zorg geen gezagsverhouding en soms wel, afhankelijk van de omstandigheden waaronder gewerkt is. Er kan dan alsnog recht zijn op een uitkering. We maken bij familierelaties altijd een zorgvuldige afweging, op basis van de feiten en omstandigheden.
Het komt ook wel eens voor dat UWV na bezwaarfase tot een andere afweging komt. Het alsnog toekennen van de uitkering kan echter niet worden gezien als UWV-beleid voor alle zorgovereenkomsten met familie.