Sint-janskruid - reactie minister

brunobreuns-180122.jpg

Naar aanleiding van de uitzending van Radar op 22 januari 2018 over sint-janskruid heeft minister voor Medische Zorg en Sport, Bruno Bruins, de onderstaande reactie gegeven.

  • 'Het gebruik van kruidenpreparaten is de laatste jaren sterk toegenomen, vanwege de mogelijke therapeutische of gezondheidsbevorderende werking. Gebruikers lijken er vaak vanuit te gaan dat het gebruik van kruidenpreparaten weinig of geen risico’s met zich meebrengt omdat het gaat om natuurlijke producten. Maar ook natuurlijke producten kunnen stoffen bevatten die schadelijke effecten op de gezondheid hebben. Ook kan het gelijktijdige gebruik van kruidenpreparaten en geneesmiddelen tot een ongewenste wisselwerking leiden. Dit is zeker bij Sint Janskruid het geval. Door Sint Janskruid kan de therapeutische werking van de geneesmiddelen verstoord worden en kunnen er schadelijke gezondheidseffecten optreden.
  • Zoals u meldt zijn producten met Sint Janskruid niet alleen als kruidenpreparaat, maar soms ook als kruidengeneesmiddel verkrijgbaar. Belangrijkste vraag hierbij is hoe we consumenten die een product met Sint Janskruid kopen zo goed mogelijk informeren over een mogelijke wisselwerking met bepaalde geneesmiddelen, of ze dit nu als kruidengeneesmiddel of als kruidenpreparaat kopen.
  • Daarom wil ik een waarschuwingstekst op alle producten met Sint Janskruid verplicht stellen. Hiervoor moet het Warenwetbesluit kruidenpreparaten worden aangepast. Ik hoop dit voor het eind van het jaar gerealiseerd te hebben.
  • Ik vind het verbieden van de verkoop van kruidenpreparaten met Sint Janskruid via de drogist te ver gaan. Het gevaar van wisselwerking met geneesmiddelen geldt namelijk niet voor alle kopers van kruidenpreparaten met Sint Janskruid. Niet iedereen gebruikt immers geneesmiddelen waar Sint Janskruid een wisselwerking mee heeft. Daarnaast worden gebruikers van geneesmiddelen waarbij een wisselwerking met producten met Sint Janskruid mogelijk is, via de bijsluiter van het geneesmiddel hiervoor gewaarschuwd.
  • Overigens zou ik het een goede ontwikkeling vinden als fabrikanten van producten met Sint Janskruid een aanvraag zouden doen om het product als kruidengeneesmiddel geregistreerd te krijgen. Bij door het CBG beoordeelde en geregistreerde kruidengeneesmiddelen wordt in de productinformatie en op de verpakking de volledige informatie over de samenstelling en de mogelijke interacties met andere geneesmiddelen vermeld.
  • Tenslotte zou ik consumenten willen oproepen zich goed te informeren voordat ze kruidenpreparaten met Sint Janskruid gaan gebruiken en eventuele bijwerkingen bij het Lareb te melden. (Bijwerkingecentrum Lareb verzamelt informatie en meldingen over bijwerkingen van geneesmiddelen, vaccins en gezondheidsproducten zoals supplementen in Nederland).'