Verziekfarma: maak van een kleine kwaal een hype-ziekte
In Nederland is het verboden om reclame te maken voor receptgeneesmiddelen. Het is tot op bepaalde hoogte echter wel toegestaan om reclame te maken voor een aandoening.
De farmaceutische industrie maakt van die onduidelijkheid gebruik door
Radar legt de strategie van deze 'symptoomreclame' bloot en laat zien hoe de farmaceutische industrie probeert consumenten in Nederland tot patiënt te maken. PraktijkVoorbeeld: er zijn mensen die een overactieve blaas hebben. Maar dit is slechts een heel beperkt aantal. De afzetmarkt voor de fabrikant is klein. De industrie gebruikt daarom allerlei marketingtrucs om het publiek 'te informeren' over de overactieve blaas. Dit doet zij om haar afzetmarkt te vergroten: hoe meer mensen denken ook een overactieve blaas te hebben, hoe beter. De 'kwaal' overactieve blaas wordt opgeblazen, overdreven, om zo veel mogelijk mensen te doen geloven dat ook zij last hebben van een overactieve blaas. Op deze manier ontstaat een hype-ziekte. De industrie leidt en verwijst het publiek naar de huisarts. De huisarts wordt tegelijkertijd bestookt met reclame over het receptgeneesmiddel voor de overactieve blaas. Reclame maken bij een huisarts mag namelijk wel. En 1 + 1 = 2: de patiënt denkt een overactieve blaas te hebben, gaat naar de huisarts die net een bezoekje heeft gehad van een artsenbezoeker die een middel heeft tegen een overactieve blaas. Een grote kans dat de huisarts nu een recept voor het nieuwe middel uitschrijft.
Dat verziekfarma werkt, bevestigen het Nederlands instituut voor verantwoord medicijngebruik (DGV) en het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG). Het NHG zegt in de uitzending dat door de voorlichtingscampagne over Restlesslegs (een ander voorbeeld) meer mensen naar de huisarts gaan. Voorbeeld: schimmelnagels. Het is een cosmetisch probleem dat door marketing is neergezet als een ziekte. Dat symptoomreclame werkt blijkt uit de omzetcijfers: na de 'voorlichtingscampagne' steeg de omzet van het middel Lamisil met 4 miljoen euro en nam het gebruikersaantal met 20.000 toe. Hoe wordt van een kwaaltje een hype-ziekte gemaakt?Er zijn verschillende strategieën om een kwaal zozeer te overdrijven dat de "patiënt" naar de dokter stapt. **De farmaceutische industrie schakelt vrijwel altijd een pers- en advies bureau in, al dan niet gespecialiseerd in 'disease-awareness campagnes'. Zij zorgen voor aandacht op verschillende manieren. ** Men maakt gebruik van een website met "voorlichting" over de aandoening. Hierbij is de zelftest meestal een essentieel onderdeel. Vult de consument de test in, dan is het zaak dat hij/zij het advies krijgt om naar de huisarts te gaan. Op de site www.plastest.nl krijgt de bezoeker het advies om naar de huisarts te gaan ('daar kunt u baat bij hebben'). Als je alleen maar invult dat je 's nachts wel eens wakker wordt omdat je moet plassen en dat je daar een beetje last van hebt. Op de sites staat het geneesmiddel zelf niet vermeld (dat mag niet), maar er wordt wel duidelijk dat er een behandeling is. Hierbij spelen 'testimonials' een grote rol: verhalen van mensen die er ook last van hadden en geweldig geholpen zijn door het nieuwe middel. Voorbeelden zijn: www.overactieveblaas.nl, www.erectiestoornis.nl, www.hoofdpijn.nl, www.restlesslegs.nl. Zo is op restlesslegs.nl te lezen van ene Peter: 'Ik heb dus zelf de diagnose van RLS gesteld. Via de RLS-vereniging heb ik toen een deskundige arts en het juiste geneesmiddel gevonden. Het doet mij bovendien goed dat ik nu eindelijk weet wat mij mankeert. Ik beeld me deze aandoening niet in! Zonder RLS zou mijn leven ongetwijfeld heel anders zijn verlopen.' Onder het mom van voorlichting wordt via deze sites reclame gemaakt. Het is niet altijd duidelijk dat de site van een farmaceutisch bedrijf is. ** Via de pers. Onderzoeksbureaus worden ingeschakeld om uit te zoeken hoeveel last mensen hebben van een aandoening. Er komt een persbericht uit (al dan niet onder naam van het onderzoeksbureau) en de pers neemt het over. De afzender, het farmaceutische bedrijf dat de opdracht heeft gegeven voor het onderzoek, wordt vaak niet overgenomen. Een voorbeeld is de voorpagina van de Spits van 8 april 2009. Op de voorpagina staat: 'RestlessLegs wordt onderschat'. Eén miljoen lijdt aan de aandoening. Nergens wordt vermeld dat Boehringer Ingelheim achter het onderzoek van TNS-Nipo zit. En niet 1 miljoen heeft er last van, maar een half miljoen (zo staat in het oorspronkelijke persbericht van TNS-Nipo). De informatie in het artikel is dus ook nog eens niet correct. Het gaat om de kritiekloze aandacht voor de aandoening. In de jaren zeventig en tachtig werd dit de ziekte van Bremer genoemd: het verschijnsel dat de wachtkamer van de dokter daags na het programma Vinger aan de Pols van Ria Bremer vol zat met mensen die dachten dat zij de ziekte hadden die gisteren was behandeld. Dat verschijnsel werkt nu nog steeds. Mensen die na het lezen van de krant denken 'goh, misschien heb ik er ook wel last van'. Ze gaan naar de site en worden aan de hand van een paar onbenullige vragen verwezen naar de huisarts. Daar zijn artsenbezoekers geweest om de huisarts te wijzen op het nieuwe receptgeneesmiddel tegen de kwaal. ** via promotiemateriaal. Folders worden bij huisartsen en apothekers geplaatst, posters worden opgehangen met 'voorlichting' over de kwaal die een ziekte moet worden. Niet alle huisartsen accepteren alle folders (sommigen hebben alleen de NHG folders). Advertenties worden in tijdschriften geplaatst, en ook radio- en televisiespots worden veelvuldig ingeschakeld als ondersteuning van het ziektebeeld. ** via tijdschriften. Tijdschriften worden gebeld en bezocht. Ervaringsdeskundigen en door de farmacie uitgezochte specialisten kunnen door de tijdschriften geïnterviewd worden. Zij hebben een redactioneel stuk, de industrie heeft aandacht. Uiteraard wordt er verwezen naar de website in het stuk. ** via televisie. Reclame via –gesponsorde- televisieprogramma's is normaal. Net voor het programma's kun je billboarden: een reclame maken voor de site. Of je betaalt een programma om een specialist te laten optreden in het programma. Hij/zij vertelt op tv over de aandoening en wat je er aan kan doen. Of je laat een soapster lijden aan jouw aandoening. Wat heeft Radar gedaan om de strategie van verziekfarma bloot te leggen?Radar heeft een aandoening in de markt gezet. We hebben een kwaal gebombardeerd tot ziekte. Van de kwaal winderigheid hebben wij een ziekte gemaakt. Dit hebben wij (met een beperkt budget) gedaan op precies dezelfde manier als de industrie. . via een website. Op de website hetluchtop.nl staat wat je kan doen aan winderigheid. Er staat dat er behandeling is en dat je naar de huisarts kan gaan voor meer informatie. Verder staat er een zelftest op: heb je 3 keer 'eens' ingevuld, dan krijg je een mailtje met 'u heeft klachten die wijzen op.... ga naar de huisarts...'. Op de site kun je ervaringsverhalen bekijken, stemmen op een poll en je kan een formulier invullen om je vrienden op de site te wijzen.. via folders en posters. We hebben bij een aantal huisartsen folders geplaatst over winderigheid en een poster opgehangen. Na een aantal uur hebben we de folders weer verwijderd. Het is niet onze bedoeling echt mensen naar de huisarts te sturen om zich te laten behandelen tegen winderigheid. Wij wilden alleen weten of de huisarts weet welke informatie (reclame) hij onbedoeld aan zijn patiënten geeft en of hij informeert naar de afzender en de bedoelingen achter de folder. Dat valt in de praktijk nogal tegen.. via tijdschriften. Gevraagd is of ze aandacht willen besteden aan de aandoening winderigheid. Libelle en Santé hebben toegezegd in hun bladen aandacht aan winderigheid te besteden.. via –gesponsorde- televisieprogramma's. Verschillende gezondheidsprogramma's willen tegen een bepaald bedrag graag aandacht besteden aan 'het probleem', al dan niet in een thema-uitzending. Zolang we onze portemonnee trekken, is alles bespreekbaar. Ook Goede Tijden Slechte Tijden wil tegen betaling aandacht besteden aan onze 'ziekte'. . via een onderzoek naar winderigheid. Er is onderzoek gedaan door een onderzoeksbureau. Er is onderzocht hoeveel mensen last hebben van winderigheid. De mensen die last hebben ( 1 op de 4) zijn gevraagd naar welke klachten ze dan hebben, of ze er over praten met hun huisarts en of ze een medicijn willen. De onderzoeksresultaten zijn in een persbericht verwerkt en dit is via het ANP verspreid. . via media als kranten, radio, televisie en internet is er veel aandacht besteed aan de 'aandoening' winderigheid. Er wordt verwezen naar de site, tijdens radio-interviews verteld dat er behandeling voor is en dat mensen naar de huisarts moeten gaan en er wordt aandacht besteed aan winderigheid op televisie. Ook diverse kranten berichten over ons onderzoek naar winderigheid. Dit heeft ertoe geleid dat meer dan 5000 mensen de website hebben bezocht. 3300 keer is de zelftest ingevuld. Er is nagenoeg niet gevraagd wie er achter het persbericht zat. En als het al gevraagd is, dan is het niet in de uitzending vermeld. Het publiek denkt dus geïnformeerd te worden over winderigheid, maar in feite is het gewoon reclame voor een middel. Dat blijkt ook uit het aantal mailtjes dat we hebben gehad met de vraag wat de naam van het middel is. Hiermee toont Radar aan dat het relatief simpel is om aandacht te krijgen voor een aandoening en indirect mensen te wijzen op een middel. We houden ook journalisten een spiegel voor want onbedoeld laten ze zich voor het karretje spannen van de industrie. Het publiek heeft geen idee wie erachter zit en wat de bedoeling ervan is. Het is belangrijk dat mensen nadenken over wie de boodschapper is van bepaald nieuws, omdat er commerciële belangen achter kunnen zitten. Wat vinden het Nederlandse Huisartsen Genootschap en het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (DGV)In de uitzending van Radar leggen het Nederlandse Huisartsen Genootschap en het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik uit hoe dit soort reclame precies werkt. Aan de hand van verschillende voorbeelden tonen we aan dat het ook werkt. NHG en DGV hebben twee grote bezwaren. Volgens hen lijdt de wijze waarop de farmacie mensen 'verziekt' tot onnodige medicalisering omdat mensen met onschuldige problemen naar de dokter gaan. Op die manier worden onnodig kosten gemaakt. Zij pleiten in de uitzending daarom voor een verbod. Radar heeft intensief samengewerkt met DGV aan deze uitzending. Zij hebben ondermeer geadviseerd over het onderzoek dat wij hebben laten uitvoeren, de website en de folders. Standpunt VWSMinister Klink van Volksgezondheid heeft, ondanks een advies van de Raad van Volksgezondheid en Zorg om symtoomreclame te stoppen, geen intenties om symptoomreclame te verbieden. Hij laat het aan de markt over. Lees hier de reactie van de minister. De farmaceutische industrie is in gesprek met andere partijen zoals de Consumentenbond om een onafhankelijke database op te richten. Een onafhankelijke commissie zou dan bepalen welke informatie bij het publiek terecht moet komen over aandoeningen. Ook NHG vindt zo'n database een goede optie, maar in combinatie met een verbod op symtoomreclame. PetitieDe consumentenbond benadrukt in de uitzending dat symptoomreclame niet wenselijk is omdat het voor iedereen lijdt tot onnodige kosten en tot onnodige medicalisering. Zij willen de politiek onder druk zetten met behulp van een petitie. Lees hier het persbericht van de Consumentenbond. De petitie kan ondertekend worden op www.consumentenbond.nl/petitie Tot slotUiteraard wordt benadrukt dat er wel degelijk mensen zijn die écht last kunnen hebben van winderigheid, een overactieve blaas, onrustige benen etc. Het gaat Radar erom dat we laten zien dat de aandoening –al dan niet een onschuldige kwaal- wordt opgeblazen, overdreven. Er wordt een hype-ziekte van gemaakt. Darnaast bieden we alle mensen die daadwerkelijk naar de huisarts zijn gegaan onze excuses aan. Het is niet onze bedoeling geweest mensen bang te maken. NHG wist van deze actie en staat er ook achter.
De huisarts wordt tegelijkertijd bestookt met reclame over het receptgeneesmiddel voor de overactieve blaas. Reclame maken bij een huisarts mag namelijk wel. En 1 + 1 = 2: de patiënt denkt een overactieve blaas te hebben, gaat naar de huisarts die net een bezoekje heeft gehad van een artsenbezoeker die een middel heeft tegen een overactieve blaas. Een grote kans dat de huisarts nu een recept voor het nieuwe middel uitschrijft.