'Databank tegen zieke rashonden'
Veel erfelijke ziekten bij rashonden kunnen uitgeroeid worden door een landelijke DNA-bank in te voeren voor rashonden. Een proefproject met een aantal rassen heeft al zijn vruchten afgeworpen. Dat zei hoogleraar interne geneeskunde van gezelschapsdieren Jan Rothuizen dinsdag.
Radar besteedde al eerder aandacht aan dit onderwerp. We lieten zien dat het lastig blijkt te controleren hoe gezond je rashond daadwerkelijk is. De stamboom bij een rashond zegt namelijk niets over de gezondheid van het dier. Veel rashonden kampen met erfelijke aandoeningen en schadelijke raskenmerken.
Wij toonden hoe het doorgeschoten fokbeleid ernstige gezondheidsproblemen voor bijna alle rashonden oplevert. Bekijk hier de uitzending terug.Erfelijke afwijkingen door mutaties
Door DNA af te nemen van een aantal labradors, die vaak lijden aan chronische leverontsteking, zijn een paar mutaties gevonden in de genen van de dieren. Die mutaties zijn de veroorzakers van erfelijke afwijkingen. Door vóór het fokken te controleren of een bepaalde hond deze afwijking heeft, en alleen te fokken met honden die de mutaties niet hebben, kan voorkomen worden dat de ziekte doorgegeven wordt.
Dat rashonden relatief vaak bepaalde afwijkingen hebben, komt door het fokken. Honden met bepaalde wenselijke eigenschappen worden geselecteerd om mee voort te planten: 'Een lange staart, mooie ogen, gedrag. Maar door daarop te selecteren, selecteer je automatisch ook op andere, vaak onzichtbare eigenschappen, die dan ook doorgegeven worden. Elk hondenras heeft wel zijn veel voorkomende ziektes', zei Rothuizen.Data-bank rashonden
Elke jonge rashond wordt een aantal weken na de geboorte gechipt. Rothuizen en zijn collega-onderzoekers zien er wel wat in als degene die gaat chippen, gelijk ook wat wangslijmvlies afneemt. Met dit wangslijmvlies kan een DNA-profiel opgesteld worden. Dat kan dan weer in een DNA-databank opgeslagen worden. Het idee van zo'n databank is dat fokkers die raadplegen om te kijken welke dieren ziek zijn, of drager zijn van een bepaalde aandoening, zodat ze gezonde dieren kunnen selecteren om mee te fokken. 'Zo kan je een aantal typische ziektes bij hondenrassen uitroeien', legt Rothuizen uit.
Rothuizen, die verbonden is aan de faculteit diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht, heeft, samen met collega's van de universiteit van Wageningen, het succesvolle proefproject uitgevoerd. Dat deed hij in opdracht van het ministerie van Landbouw. Rothuizen zou graag zien dat de schaal van het project vergroot wordt. Daarover praat hij momenteel met het ministerie en met fokkersverenigingen.
Bron: ANP / TROS Radar