Geen zekerheid bij arbeidsongeschiktheid voor ZZP'ers

Aov Afgewezen

Als ZZP’er afgewezen worden door de verzekeraar voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering, omdat je in het verleden een keer naar de fysio bent geweest. Het gebeurt echt en is iets waar veel zelfstandigen tegenaan lopen. Verzekeraars beperken de dekking of weigeren zelfs te verzekeren op basis van je medische geschiedenis. En dat tegenover torenhoge premies. Via lange vragenlijsten zoeken ze naar elk ongemak, zelfs duizeligheid of hoofdpijn. En als je ziek wordt, duikt de verzekeraar opnieuw in je dossier om onder de uitkering uit te komen.

Hoe kan het dat de overheid de bestaanszekerheid van ZZP'ers al jaren in handen legt van verzekeraars? Minister van Hijum van Sociale Zaken en Werkgelegenheid reageert.

Uitsluitingen en beperkingen

Joost, die zichzelf wilde verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid, werd uitgesloten voor rug- en nekklachten, simpelweg omdat hij ooit naar een fysiotherapeut was geweest voor een pijnlijke rug. Dit klinkt misschien als een onschuldige gebeurtenis, maar het blijkt een grote impact te hebben op de mogelijkheid om een AOV af te sluiten.

Verzekeraars vragen naar de kleinste medische ongemakken via lange vragenlijsten. Zelfs als je sinds je geboorte ooit last hebt gehad van hoofdpijn of duizeligheid, kan dit invloed hebben op je verzekering. Het lijkt een paradox: je zoekt medische hulp om je gezondheid te verbeteren, maar dit kan je juist in de weg staan als je je wilt verzekeren.

Reactie van de Minister

Minister Van Hijum erkent de problematiek van Joost en andere zelfstandigen die hiermee worstelen. “Ik vind het een probleem dat zelfstandigen zich moeilijk kunnen verzekeren, zeker wanneer ze een medische achtergrond hebben. Als je een ziekte hebt, krijg je moeilijk toegang tot een verzekering of het is een hele dure verzekering”, zei de minister.

Hij stelt dat deze situatie niet langer houdbaar is, en dat het tijd is voor verandering. "Zelfstandigen hebben recht op inkomenszekerheid wanneer ze ziek worden. Dat moeten we wettelijk regelen", voegt hij eraan toe.

Torenhoge premie

Nico's situatie is niet veel anders. Zijn schouder, die al eens was geopereerd, leidde tot een uitsluiting voor de dekking bij schouderklachten. Hij betaalde vervolgens een premie van tussen de 600 en 700 euro per maand. Toen hij zich jaren later ziek meldde wegens gewrichtsklachten, besloot de verzekeraar zijn volledige medische geschiedenis door te spitten, om met terugwerkende kracht te onderzoeken of Nico wel een uitkering zou krijgen.

Waar Nico dacht dat hij een torenhoge premie betaalde voor zekerheid, lijkt dit ineens niet zo zeker meer. Minister Van Hijum herkent de situatie van Nico: “Het is zo dat verzekeraars scherp selecteren op risico’s en daar worden mensen soms de dupe van, zeker als zij iets mankeren of een ziekte hebben. Dat brengt de toegankelijkheid van het stelsel onder druk en dat moet veranderd worden.”

De verplichte AOV (Baz)

Jaren heeft de overheid de bestaanszekerheid van zelfstandigen in handen gelegd van verzekeraars. “Ik kan alleen maar constateren dat er in al die jaren onvoldoende politiek draagvlak is geweest om dit op te lossen. Ik zie dat dat nu anders is”, stelt minister Van Hijum.

De situatie waarin zelfstandigen zich op dit moment moeilijk kunnen verzekeren of zelfs helemaal geen toegang krijgen tot een AOV is onhoudbaar, vindt de minister. “We zijn er tot nu toe vanuit gegaan dat ondernemers de risico’s zelf kunnen inschatten en dragen. Maar er zijn genoeg voorbeelden die laten zien dat dit niet altijd werkt.”

Hoewel de invoering van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor zelfstandigen al eerder was uitgesteld naar 2030, durfde de minister deze keer zelfs geen garantie te geven voor dat jaar. “We moeten zo snel mogelijk naar die verplichte verzekering toe. Dit is een stap die we echt moeten maken om de bestaanszekerheid van zelfstandigen te garanderen. Het wetsvoorstel wordt nu voorbereid en ik hoop dat het voor de zomer bij de Tweede Kamer kan worden ingediend,” aldus de minister.

Premie verplichte AOV

Met de verplichte AOV, die een premie van 6,5% van het inkomen met een maximum van 195 euro per maand zal hebben, krijgen zelfstandigen de mogelijkheid om 70% van hun verdiende inkomen te verzekeren, met een maximum van het minimumloon. Dit biedt een zekere basisinkomen voor zelfstandigen die niet meer in hun eigen beroep kunnen werken.

Maar wat de minister in de tussentijd kan betekenen voor de zelfstandigen? “Ik kan eigenlijk alleen oproepen voor de mogelijkheden die er wel zijn. Ook de vangnetverzekering die er is. Eerlijk is eerlijk, dat zijn geen toereikende middelen op dit moment.”

Ondanks de plannen voor een verplichte AOV, is er vanuit kamerleden en zelfstandigen zelf veel kritiek op de huidige voorstellen. Het is dus nog afwachten hoe deze verplichte verzekering uiteindelijk zal vorm krijgen.

Reactie Verbond van Verzekeraars

Veruit meeste aanvragen worden geaccepteerd

Het Verbond herkent zich niet in het beeld dat Radar aan de hand van twee casussen schetst over de toegankelijkheid en uitkeringspraktijk bij arbeidsongeschiktheidsverzekeringen voor zelfstandigen. Verzekeringen zullen niet geweigerd worden op grond van een enkel bezoek aan een fysiotherapeut, maar alleen als het risico vanwege de combinatie leeftijd/beroep en/of gezondheid zo groot is dat er geen acceptabel aanbod kan worden gedaan. Veruit de meeste aanvragen voor een AOV-verzekering worden zonder bijzondere voorwaarden geaccepteerd. Verzekeraars zijn voorstander van de invoering van een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen. Een verplichte verzekering zorgt ervoor dat alle zelfstandigen zonder personeel hun risico’s onderling delen en zo een basisdekking voor het arbeidsongeschiktheidsrisico hebben. Volgens het wetsvoorstel dat de verplichte verzekering regelt, houden ZZP’ers de mogelijkheid om een gelijkwaardige private verzekering te sluiten die past bij hun behoeften. Op een verplichte verzekering is door sociale partners in het kader van het pensioenakkoord aangedrongen om prijsconcurrentie tussen ZZP’ers en werknemers in vaste loondienst tegen te gaan.

Meer over