'Laat kind voor jongens- of meisjesspeelgoed kiezen, niet de fabrikant'

1928_speelgoed_jongens-meisjesfolder-780.jpg

Roze keukentjes en blauwe gereedschapssets, die mogen best op de afdeling kinderspeelgoed blijven liggen, vindt 39 procent van de bijna 22.000 deelnemers aan een vragenlijst van Radar. Van 30 procent mag het speelgoed juist wel aangepast worden. 60 procent zou het een positieve ontwikkeling vinden als kinderen via reclame en verpakkingen niet de boodschap krijgen dat bepaald speelgoed voor een meisje of jongen 'niet hoort'.

Een kind moet zelf kunnen kiezen met wat voor soort speelgoed het wil spelen, en het moet zich ook vrij voelen om die keuze te kunnen maken. Daar is 99 procent van de deelnemers het over eens. Als een jongens met 'meisjesspeelgoed' wil spelen, en andersom, moet dat kunnen. Al is het oordeel over een jongen met een barbiepop minder positief dan over een meisje met een transformerauto, zo is te lezen in het volledige verslag van het onderzoek. (Bekijk daar ook de ingezonden reclamefoto's.)

Speelgoedreclame heeft invloed op kinderwensen

Hoe speelgoed wordt aangeprezen op de verpakking, in de schappen en in reclames, heeft invloed op wat kinderen kiezen, denkt 54 procent (30% denkt van niet). Volgens de oudere deelnemers (46+) heeft de manier waarop speelgoed wordt ingedeeld en gepresenteerd geen invloed op hoe kinderen de wereld en hun eigen kansen zien. Bij de jongere deelnemers (tot 46 jaar) denkt een meerderheid dat wel.

De meerderheid van de deelnemers aan het onderzoek ziet voordelen van speelgoed dat in een neutrale kleur verpakt wordt, met zowel een jongen als een meisje afgebeeld op de verpakking: goed dat het laat zien dat ieder kind (m/v) ermee kan spelen, zegt 60 procent.

Mannen hebben minder problemen met rolbevestigend speelgoed

Een meerderheid oordeelt negatief over een overheid die zich met de speelgoedbranche bezighoudt, zoals in Frankrijk (niet meer sturen op geslacht) en onlangs in Nederland (rolbevestigend speelgoed onder de loep nemen). Oudere deelnemers meer dan de jongere groep. Toch reageren mensen ook negatief op rolbevestigend speelgoed zelf. We gaven als voorbeeld een pop in een roze verpakking met daarop 'verpleegster', naast een pop in een blauwe verpakking met daarop 'dokter'. 'Niet goed', is het meest gekozen antwoord: kinderen moeten zelf kiezen met wat voor pop ze moeten spelen, en niet leren dat voor mannen en vrouwen verschillende beroepen zijn weggelegd. Dit laatste probleem wordt overigens vooral gezien door vrouwen (32%) en veel minder door mannen (15%).

Meer cijfers?
Lees ook de volledige uitslag van dit onderzoek, inclusief foto’s van speelgoedfolders die deelnemers aan het onderzoek ons toestuurden. Wil je meer weten over het Radar Testpanel, of zelf meedoen aan de onderzoeken van Radar? Je meldt je gratis aan via deze vragenlijst.