Trouwen in 2018: zijn huwelijkse voorwaarden nog nodig?

Vanaf 2018 ben je niet meer vanzelf in algehele gemeenschap van goederen getrouwd. Wat verandert er precies en waar moet je rekening mee houden?
Een artikel uit consumentenmagazine RADAR+
Wie vóór 2018 trouwt, trouwt automatisch in een algehele gemeenschap van goederen. Je kon natuurlijk altijd al kiezen voor huwelijkse voorwaarden, maar als je dat niet deed, kwam alles in één grote pot. Jouw geld is mijn geld, jouw schulden zijn mijn schulden.
Wat verandert er per 1 januari 2018?
Met ingang van 2018 wordt de algehele gemeenschap van goederen een beperkte gemeenschap van goederen. De bezittingen en schulden die je had vóórdat je ging trouwen, blijven van jou. Die komen niet in de gemeenschap van goederen terecht. Ook erfenissen en schenkingen vallen buiten de gemeenschap van goederen.
Vanwaar deze verandering?
De verandering is doorgevoerd omdat het beter past bij deze tijd. Waarom zou alles wat van jou is automatisch ook het eigendom van je partner worden zodra je trouwt? En waarom zou je partner aansprakelijk zijn voor schulden die jij hebt gemaakt toen je hem nog niet eens kende? In de meeste landen bestaat de beperkte gemeenschap van goederen allang.
Wat betekent dat in de praktijk?
Wat je al hebt, blijft van jou. En ook het rendement erop. Als je een beleggingsrekening hebt die 50.000 euro waard is op je huwelijksdag en 60.000 euro als je gaat scheiden, dan is die 60.000 euro alleen van jou. Dit soort informatie is digitaal opgeslagen, dus altijd vindbaar. Met spullen kan dat lastiger zijn. Bijvoorbeeld als de één een complete inboedel en een auto heeft en de ander niets.Dan zou je een administratie moeten bijhouden. Maar dat had je vóór 2018 ook moeten doen om deze bezittingen gescheiden te houden. Als het financieel belang klein is, kun je die administratie ook laten schieten. Dan is de verdeling bij scheiding 50/50.
Hoe zit het met schulden?
Als je in 2018 of later trouwt, ben je beter beschermd tegen de schulden die je partner vóór het huwelijk had. Nu is het nog zo dat een schuldeiser beslag kan laten leggen op jullie huis, caravan of inboedel. Straks heeft een schuldeiser nog maar recht op de helft van de waarde van het huis, de caravan of de inboedel. Namelijk op het deel van de partner, niet op jouw deel. Dat maakt de situatie waarschijnlijk niet minder vervelend, maar je kunt niet meer alles kwijtraken.
En als je toch alles wilt delen?
Je blijft alles delen, dat wil zeggen alle bezittingen en schulden die je tijdens het huwelijk opbouwt. Als je ook de bezittingen wilt delen die je ieder apart vóór het huwelijk had, kun je huwelijkse voorwaarden opmaken. Als je vóór 2018 trouwde, gebeurde dat vanzelf. Dat was een gevolg van de algehele gemeenschap van goederen. Stel dat de ene partner een miljoen had en de ander niets. Dan zouden beide partners na het jawoord dat miljoen samen bezitten en als ze scheiden hebben ze allebei recht op de helft. Vanaf 2018 zijn daar dus huwelijkse voorwaarden voor nodig.
Is de anti-schoonzoonclausule nu niet meer nodig?
De meeste mensen willen dat hun kinderen erven, maar de schoonzoons en schoondochters niet. Die mogen best meeprofiteren van de erfenis, maar het is niet de bedoeling dat de schoonzoon er na de scheiding met de helft van de erfenis vandoor gaat. Om dit te voorkomen nemen de meeste mensen een uitsluitingsclausule op in hun testament. Met ingang van 2018 vallen erfenissen automatisch buiten de gemeenschap van goederen. Maar een uitsluitingsclausule blijft wel nuttig. De beperkte gemeenschap van goederen gaat immers alleen op voor mensen die op, of na 1 januari 2018 trouwen. Niet voor stellen die al getrouwd zijn. Bovendien kunnen stellen die in 2018 trouwen in hun huwelijkse voorwaarden afspreken dat ze wél alles delen. En dan heeft de schoonzoon wél recht op de halve erfenis.
Nog iets om rekening mee te houden?
Veel mensen denken dat je vanaf 1 januari 2018 automatisch trouwt op huwelijkse voorwaarden. Dat is niet zo; er is een beperkte gemeenschap van goederen. Bezittingen die je hebt vóórdat je gaat trouwen, vallen hier niet in. Gezamenlijke voorhuwelijkse bezittingen wél. Dit speelt bij samenwoners die gaan trouwen.
Stel dat je samen een huis hebt gekocht. Dat huis komt automatisch in de gemeenschap van goederen terecht zodra je trouwt. Dat hoeft geen probleem te zijn, behalve wanneer de eigendomsverhouding niet 50/50 is. Veel stellen hebben samen een huis met een eigendomsverhouding van 30/70 of 40/60. Of de eigendomsverhouding is wel 50/50, maar een van de twee heeft 50.000 euro eigen geld in het huis gestopt en de ander niets. In het huwelijk komt dit allemaal op één grote hoop. Als je dat niet wilt, moet je huwelijkse voorwaarden laten maken. Dat had je vóór 2018 ook moeten doen. Maar het risico is dat mensen in 2018 denken dat huwelijkse voorwaarden niet nodig zijn, omdat er geen algehele gemeenschap van goederen meer is.
Wanneer heb je toch nog huwelijkse voorwaarden nodig?
Als je de eigendomsverhouding van je huis anders dan 50/50 wilt regelen dan heb je nog steeds huwelijkse voorwaarden nodig. Of als de een meer geld in het huis heeft gestopt dan de ander. Of als je niet aansprakelijk wilt zijn voor schulden die je partner tijdens het huwelijk maakt. Om die reden kiezen mensen met een eigen bedrijf meestal voor huwelijkse voorwaarden. Dan worden niet allebei de partners meegesleept in een eventueel faillissement.
Huwelijkse voorwaarden heb je ook nodig als je niet wilt dat alles in één pot terechtkomt. Bijvoorbeeld omdat je op je onafhankelijkheid gesteld bent en het idee van alles delen ouderwets vindt. Of omdat je heel realistisch bent en rekening houdt met een scheiding. Het lijkt raar om je bij een huwelijk af te vragen wat er gebeurt als je gaat scheiden, maar het is wel verstandig. De helft van de stellen gaat uit elkaar en bij een tweede huwelijk is die kans nog groter. Wil je weten wat het beste is in jullie situatie? Doe dan de Trouwen & geld-test.
Schenkbelasting
Zeer waarschijnlijk verandert er per 1 januari 2018 nog iets. Als je in 2018 besluit om in huwelijkse voorwaarden vast te leggen dat je een algehele gemeenschap van goederen wilt, komen de voorhuwelijkse bezittingen dus ook in de gezamenlijke pot. Als een van de twee hierdoor meer dan 50 procent van het gezamenlijk vermogen gaat bezitten, wordt dit gezien als een schenking. Hierover moet schenkbelasting betaald worden. Stel dat Jeroen € 25.000 spaargeld heeft. Hij trouwt met Tessa, die een huis heeft dat € 350.000 waard is. Ze maken huwelijkse voorwaarden waarin ze hun bezit samen delen. Samen bezitten ze € 375.000. Ze hebben ieder de helft daarvan, € 187.500. Maar als zij alleen Tessa’s huis verdeeld hadden en niet Jeroens spaargeld, dan zou Jeroen méér dan 50 procent van het gezamenlijke vermogen bezitten. Dan zou hij € 200.000 hebben. Over dat meerdere bedrag moet hij schenkbelasting betalen. Dit staat in het Belastingplan voor 2018. Medio december 2017 is bekend of dit doorgaat.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in Radar+, Winter 2017, nummer 6
Wil je meer van dit soort handige informatie? Kijk op radarplus.nl