Reactie: AFM

Ondanks het provisieverbod ontvangen adviseurs nog altijd provisie op de producten die zij verkopen. Doordat ze over het ene product een hogere beloning ontvangen dan over het andere, krijgt de klant geen onafhankelijk advies. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft hierop de onderstaande reactie gegeven.

Sinds 1 januari 2013 is het provisieverbod van kracht. Daarvoor ontving een adviseur of bemiddelaar provisie van een bank of verzekeraar als hij een ingewikkeld financieel product afsloot voor een klant. Daardoor was zijn advies mogelijk niet altijd in het belang van die klant, omdat hij bijvoorbeeld koos voor een product dat hem een hoge provisie opleverde. Het provisieverbod heeft als doel een einde te maken aan dergelijke sturingsprikkels.

Consumenten betalen hun adviseur nu direct voor advies over complexe financiële producten, zoals hypotheken, uitvaartverzekeringen of bankspaarproducten. Dit geeft adviseurs de vrijheid om in alle opzichten het belang van de klant te dienen.Welkomstbonus

Het televisieprogramma Tros Radar besteedde maandagavond 31 maart aandacht aan een aantal praktijksituaties, waarbij aanbieders een bonus betalen aan klanten voor het afsluiten van een product dat onder het provisieverbod valt. Een dergelijke bonus kan sturing in het advies van bemiddelaars opleveren.

De AFM heeft in januari in haar nieuwsbrief voor financiële dienstverleners hier al aandacht voor gevraagd. Bij een welkomstbonus maakt een aanbieder een geldbedrag over aan de klant voor het afsluiten van een product dat onder het provisieverbod valt, zoals een pensioenverzekering of een overlijdensrisicoverzekering. Het geldbedrag is in principe vrij besteedbaar, maar wordt in de praktijk gebruikt voor de betaling van de advieskosten van een zelfstandige adviseur.

Strekking van het provisieverbod


Strekking van het provisieverbod

De AFM heeft aangegeven dat onder het provisieverbod de aanbieder de adviseur niet – rechtstreeks of middellijk – mag betalen voor advies en/of bemiddeling. Als een aanbieder de klant betaalt voor het afsluiten van een product en de klant betaalt daarmee de adviseur, dan betaalt de aanbieder indirect de adviseur. Dit is niet toegestaan, omdat deze betaling in strijd is met het doel en de strekking van het provisieverbod.

De betaling van een geldbedrag aan de klant voor het afsluiten van een product betekent een direct financieel voordeel voor de klant. Het wordt voor de adviseur daardoor gemakkelijker om zijn dienstverlening te verkopen aan de klant, als de klant met het geldbedrag zijn advieskosten kan/zal betalen. De adviseur zal sneller het product van de aanbieder die het geldbedrag verstrekt, adviseren. Dit kan sturing in het adviesproces opleveren. Het doel van het provisieverbod is om dergelijke sturingsprikkels juist weg te nemen. Deze betalingswijze komt dicht bij de oude praktijk van provisiebetaling, waarin de aanbieder de adviseur betaalde voor het afsluiten van een product.

De AFM heeft diverse aanbieders op deze praktijk aangesproken. Zij hebben hun werkwijze aangepast. De AFM blijft hier scherp op letten en zal, indien nodig, optreden.