Overheid ontloopt incassoregels bij verkeersboetes en duwt mensen in schuld

Sinds 1 april 2024 geldt de Wet kwaliteit incassodienstverlening (Wki). Die wet moet mensen beter beschermen tegen hard of oneerlijk incasso gedrag van commerciële partijen. Bedrijven mogen geen buitensporige kosten meer rekenen en moeten transparant zijn over hun werkwijze. Opvallend genoeg geldt de Wki níet voor de overheid zelf. Instellingen als het CJIB, dat verkeersboetes int, vallen buiten deze wet. En dat zorgt voor groeiende kritiek: waarom gelden er strenge regels voor bedrijven, maar niet voor de overheid?
Hoe werkt de Wki?
De Wki verplicht commerciële incassobureaus zich te registreren bij de overheid en te voldoen aan eisen rond transparantie, redelijkheid en zorgvuldigheid. Zo mogen ze niet zomaar extra kosten in rekening brengen en moeten ze betalingsregelingen aanbieden aan wie dat nodig heeft. Wie zich niet aan de regels houdt, riskeert een boete of kan zijn registratie verliezen.
De overheid valt buiten de Wki, omdat haar incassobevoegdheden al zijn vastgelegd in andere wetten, zoals de Wet Mulder (voor verkeersboetes) en de Invorderingswet. Daarin staat precies wat er gebeurt bij te laat betalen: verhogingen, dwangbevelen, beslag. Volgens het ministerie int de overheid niet voor winst, maar in het kader van publieke taken.
Toch schuurt dat. Waar commerciële bureaus zorgvuldig en mensgericht moeten werken, mag de overheid boetes automatisch verdubbelen zonder toetsing.
Boetes kunnen zo verdrievoudigen
Bij verkeersboetes is het effect van die uitzonderingspositie duidelijk. Betaal je een boete niet op tijd, dan volgt een aanmaning met 50 procent verhoging. Betaal je daarna nog steeds niet, dan wordt het bedrag verdubbeld. Zo kan een boete van 150 euro oplopen tot 450 euro. Daarbovenop kunnen nog administratiekosten en beslaglegging volgen. Ter vergelijking: bij een gewone incasso mag het bedrag maximaal met 15 procent worden verhoogd, en krijgt de consument eerst een gratis betalingsherinnering.
Juristen en schuldhulpverleners noemen dit een ongelijk speelveld. Waar commerciële bureaus zorgvuldig en sociaal moeten werken, mag de overheid automatisch kosten stapelen. Volgens het CJIB zijn de verhogingen wettelijk vastgelegd en onder andere bedoeld om snelle betaling te stimuleren. Maar uit de praktijk blijkt dat juist mensen met financiële problemen hierdoor nog dieper in de schulden raken.
Grote gevolgen voor mensen met schulden
Bij schuldhulpverleners staat het CJIB inmiddels in de top drie van grootste schuldeisers. Wie niet kan betalen, ziet bedragen snel oplopen, vaak met honderden euro’s tegelijk. Het effect van stapeling is enorm, zien ook de NVVK - de branchevereniging voor schuldhulpverlening en financiële dienstverlening - en schuldhulporganisatie De Schie.
"Mensen kunnen dat niet dragen. Een kleine achterstand groeit uit tot een maatschappelijk probleem", zeggen hulpverleners. De stapeling van boetes raakt vooral kwetsbare mensen. Wie al moeite heeft om rond te komen, komt zo in een neerwaartse spiraal.
Het IBO-rapport laat zien dat schuldenproblematiek de samenleving jaarlijks ongeveer 8,5 miljard euro kost, door kosten zoals uitval op het werk, zorg en schuldhulpverlening.
Ook in de politiek groeit de onvrede. Kamerleden willen de verhogingen omlaag. Een aantal moties tegen de verhogingen zijn inmiddels aangenomen. Maar het financiële belang blijft groot: de opbrengst van verkeersboetes vormt een structureel onderdeel van de rijksbegroting.
Boetes als inkomstenbron
Verkeersboetes leveren de schatkist jaarlijks honderden miljoenen op. De opbrengsten worden niet alleen gebruikt om naleving van regels te bevorderen, maar ook om begrotingsgaten te dichten. Het ministerie van Justitie en Veiligheid erkent dat boete-inkomsten bijdragen aan de “rijksbrede dekkingsopgave.” Critici vinden dat hiermee de grens tussen recht en financieel belang vervaagt.
Het ministerie van Justitie en Veiligheid benadrukt dat er maatregelen bestaan om te voorkomen dat vooral kwetsbare groepen geraakt worden - zoals betalingsregelingen, een ‘noodstopprocedure’ en kwijtschelding in uitzonderlijke gevallen. Maar schuldhulpverleners zeggen dat die mogelijkheden vaak te laat komen en niet altijd voldoende zijn om stapeling van kosten te voorkomen.
Volgens het CBS kampen zo'n 127.000 mensen in Nederland met problematische schulden als gevolg van verkeersboetes. Het aantal mensen dat in armoede leeft lijkt af te nemen, maar de groep die 'op het randje leeft', groeit. Als er dan maar iets gebeurt, is dat de katalysator dat het kaartenhuis omvalt.
In strijd met de menselijke maat?
De Hoge Raad buigt zich op dit moment over aanmaningen die verkeersboetes kunnen verdriedubbelen en of zulke boeteverhogingen juridisch nog wel door de beugel kunnen. Mogelijk zijn ze ook strijd met het Europees recht. Volgens politiek econoom Merel van Rooy, auteur van De Boetefabriek, is het tijd dat de overheid haar eigen incassopraktijken kritisch bekijkt.
De overheid zou juist het goede voorbeeld moeten geven. Als we commerciële partijen streng controleren op redelijkheid en transparantie, moet dat ook gelden voor de staat. Dat roept de vraag op: meet de overheid wat dat betreft niet met twee maten.
Het CJIB geeft aan enkele jaren geleden in haar Stand van de Uitvoering gewezen te hebben op de verhogingspercentages, en gevraagd om ruimte om de verhogingen bij verkeersboetes kwijt te schelden.
Positieve ontwikkelingen
Er zijn gelukkig ook positieve stappen. Zo start in juli 2026 een pilot waarbij mensen eerst kosteloos een betalingsherinnering ontvangen voordat een boete wordt verhoogd. De effecten daarvan moeten nog blijken.
Daarnaast verplicht de Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening (vroegsignalering) organisaties zoals woningcorporaties en nutsbedrijven om bij betalingsachterstanden tijdig contact te zoeken met de klant - of de gemeente in te schakelen voordat schulden verder oplopen.
Wat kun je zelf doen?
De belangrijkste boodschap bij oplopende schulden blijft: zoek op tijd hulp! Dan kun je structureel dingen oplossen. Hulp zoeken is vaak moeilijk voor mensen. Veel mensen openen hun post niet meer uit schaamte of stress, waardoor schulden verder oplopen. Wie eerder aan de bel trekt, voorkomt dat problemen verder uitgroeien. Hulp is altijd mogelijk! Zoek contact via een schuldhulpverleningsorganisatie die is aangesloten bij de NVVK of de gemeente.
Zoek – zo nodig - tijdig contact met het CJIB om te kijken hoe je aan je betalingsverplichting kunt voldoen. Zij hebben een ruim betalingsregelingenbeleid en er zijn mogelijkheden voor het bieden van maatwerk, zoals de noodstopprocedure.
Zolang de overheid zichzelf uitzondert van regels die burgers wél moeten volgen, blijft de vraag overeind: Moet het dichten van een begrotingsgat echt worden betaald door mensen die het al het moeilijkst hebben?