Waarom zijn boodschappen in Duitsland goedkoper dan in Nederland?
In Duitsland kun je jouw dagelijkse boodschappen veel voordeliger doen dan in Nederland. Vooral sterke drank, bier, sigaretten, frisdrank, wasmiddel en drogisterij-artikelen zijn een stuk goedkoper bij onze oosterburen. Hoe kan dat eigenlijk? Retaildeskundige Cor Molenaar vertelt ons vijf redenen.
1. Lagere BTW en accijnzen
Om te beginnen is de BTW in Duitsland wat lager. “In Duitsland hebben ze een algemeen tarief van 19 procent en een verlaagd tarief van 7 procent. Dat scheelt ten opzichte van de 21 procent en 9 procent bij ons”, aldus Molenaar.
Daarnaast zijn de accijnzen in Duitsland een stuk lager. Vandaar dat alcohol en sigaretten een stuk goedkoper zijn over de grens. “In Duitsland betaal je negen euro voor een krat bier. In Nederland is dat al gauw het dubbele.”
2. Meer concurrentie
De tweede reden die Molenaar geeft voor het prijsverschil is de hoeveelheid concurrentie. “Hier hebben we eigenlijk maar twee grote spelers: Albert Heijn en Jumbo. In Duitsland zijn dat er veel meer. Om klanten naar hun winkel te lokken, houden supermarkten de prijzen lager dan bij ons.”
3. Grotere inkoopkracht
Ook hebben Duitse supermarkten een grotere inkoopkracht dan Nederlandse winkels. Omdat er in Duitsland meer mensen wonen, kunnen ze grotere aantallen producten inkopen. “Ze kunnen dan ook meer korting bedingen dan onze supermarkten”, legt Molenaar uit.
4. Minder aanbiedingen
Ook de hoeveelheid aanbiedingen speelt een rol. In Duitsland hebben ze heel weinig aanbiedingen. Alle producten in de supermarkt of drogist zijn relatief goedkoop. Eens in de zoveel tijd worden producten afgeprijsd.
“Nederlanders houden juist van aanbiedingen”, legt Molenaar uit. “Maar die aanbiedingen moeten wel bekostigd worden. Daarom is de normale prijs van producten hier vaak iets aan de hoge kant. Op die manier kunnen supermarkten de vele aanbiedingen veroorloven.”
5. Inkoopbeperkingen
Tot slot legt Molenaar uit dat winkels te maken hebben met inkoopbeperkingen: fabrikanten dwingen ze om producten in te kopen in het land waar ze het verkopen. Cola is in Duitsland bijvoorbeeld een stuk goedkoper, maar Nederlandse supermarkten kunnen het niet in Duitsland bestellen en hier laten afleveren. Ze worden dan verwezen naar het Nederlandse verkoopkantoor van de frisdrankfabrikanten.
Supermarkten kunnen ook niet zelf de grens over rijden om daar de colaflessen in te kopen. “Producten die in Nederland verkocht worden, moeten door een maatregel van de EU ook een Nederlands etiket hebben”, vertelt Molenaar.
De Europese Commissie berekende dat consumenten hierdoor ongeveer 14 miljard euro meer betalen voor boodschappen.