Wolluis op je geliefde kamerplant: vijf tips om er vanaf te komen

Wolluis120244126_l_normal_none.jpg

Kamerplanten zorgen niet alleen voor kleur in je woning. Ze verlagen ook nog eens stress, zorgen voor een beter humeur en zuiveren de lucht. Maar wat als je groene vrienden opeens gele en bruine blaadjes krijgen? En kruipende witte, wollige pluisjes? Het kan zijn dat je dan last hebt van wolluis. Hoe je er vanaf komt, lees je hier.

Over het algemeen krijgt bijna iedereen weleens te maken met wolluis in zijn of haar kamerplanten. Vooral planten die op de tocht staan of te vochtig zijn, hebben meer risico op het aantrekken van deze kleine insecten.. Dit komt omdat wolluis zich kan verspreiden via windstromen. Voorkomen is beter dan genezen, dus zet je planten niet op de tocht en geef ze niet te veel water.  

Hoe ziet een wolluis eruit?

Als er eenmaal wolluis op je plant zit, zie je dat vrij snel. Er ontstaan dan witte, stoffige deeltjes op de bladeren. 

Het insect is niet schadelijk voor mensen, maar wel voor je plant. Wolluizen zuigen voedingsstoffen op, waardoor de plant verzwakt. Ook produceren de diertjes honingdauw. Dat is een heldere, kleverige vloeistof waar schimmels goed op kunnen groeien. Daardoor wordt de plant alleen maar zieker.

Hoe kom je van deze wollige vijanden af?

Als je plant deze luis heeft, is het verstandig om in actie te komen. Gelukkig zijn er een aantal effectieve bestrijdingsmethoden. Wij hebben er een aantal op een rij gezet. Let op: voor vetplanten, cactussen en planten met harige en reliëf-achtige bladeren is een andere manier van bestrijden nodig, deze kun je het beste aanstippen met een wattenstaafje bij tip twee.

1. Afwasmiddel

Een eenvoudig middel dat iedereen thuis kan maken is water met afwasmiddel. Mix water en een scheut afwasmiddel en giet dit vervolgens in een plantenspuit. Zo kun je makkelijk alle besmette planten besproeien. Sproei het mengsel van water en zeep op de bladeren, zowel de boven- als onderkant. Vergeet hierbij niet de stelen en eventueel houten delen van de plant. Zijn de wolluizen nog steeds op je plant te vinden na één week? Besproei de plant opnieuw.

2. Spiritus en zeep

Wat zwaarder geschut nodig? Mengwater, zeep en spiritus. Houd hierbij de verhouding aan van ongeveer één eetlepel spiritus, met één eetlepel zeep en een halve liter water. Besproei vervolgens de boven- en onderkant van de bladeren, samen met de stelen en eventueel houtachtige delen van de plant. Geen resultaat na één week? Herhaal de behandeling dan. Je zou ook een wattenstaafje kunnen dopen in spiritus en daarmee de wolluis kunnen aanstippen. Het aanstippen van wolluis werkt het best bij vetplanten, cactussen en planten met harige en reliëf-achtige bladeren.

3. Azijn

Een ander handig middeltje dat in het keukenkastje staat, is azijn. Vul de plantenspuit met water en voeg een scheut azijn toe. Schud de plantenspuit om het water en azijn te mengen en besproei de plant volledig. Ook dit sproei je over de gehele plant. Het is verstandig om de azijn eerst op één blad te spuiten, zodat je kunt zien wat het doet met de plant. Azijn is immers een sterk middel en kan gevoelige planten beschadigen. Is er na een aantal dagen niks te merken aan het testblad van je plant? Dan kun je de hele plant besproeien.

Je kunt wolluis ook bestrijden door de besmette delen van de plant aan te stippen met spiritus. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een wattenstaafje.

4. Biologische opties

Er zijn ook nog enkele biologische opties, zo bestaat er een biologische insectenspray. Gebruik je zo’n spray? Volg dan de instructies op de verpakking. Een andere groenere keuze, is het in huis halen van de natuurlijke vijand van de wolluis: lieveheersbeestjes larven. Deze kun je kopen in een zakje bij een tuincentrum of online. Open het zakje met lieveheersbeestjes-larven en strooi ze in het doosje. Hang het doosje vervolgens aan de plant, zodat de larven er makkelijk in kunnen klimmen. Enkele larven zullen na verloop van tijd sterven, terwijl andere zullen uitgroeien tot lieveheersbeestjes. Velen zullen zelf hun weg naar buiten vinden, of je kunt ze naar buiten brengen. 

5. Neemolie

Een ander middel dat goed werkt en eventueel ook preventief gebruikt kan worden, is neemolie. Neemolie is een geelbruine stroop die gewonnen wordt uit de vruchten van de neemboom, ook wel azadirachta indica genoemd. Het ruikt een beetje naar ui, knoflook en zwavel. Neemolie wordt in traditionele geneeskunde gebruikt bij bijvoorbeeld huidinfecties wegens zijn ontstekingsremmende werking. Tegenwoordig wordt het ook vaak bij biologische landbouw gebruikt om insecten te weren. Hiervoor meng je één liter warm water, één eetlepel neemolie en één eetlepel groene zeep in een plantenspuit. Herhaal vervolgens dezelfde stappen als hierboven beschreven. Herhaal de behandeling als er na één week nog wolluis in de plant zit. Gebruik je de neemolie preventief? Herhaal het dan eens in de twee weken.  

Bron: Plantje, Biobestrijding, Mevrouwmonstera